Van alle gemeenten in Nederland haalt Hengelo de meeste Europese subsidies binnen. 150 euro per inwoner, berekende Binnenlands Bestuur onlangs. Ter vergelijking: Beuningen, de nummer 10, haalt 45 euro binnen. Dat is opmerkelijk want de Hengelose bevolking stemde bij de statenverkiezingen van maart voor 19 procent op anti-Europa partij Forum voor Democratie. Pro-Europa partij D66 haalde 14 procent. Met andere woorden, het is de vraag of de kiezer weet waar zijn of haar belang ligt.
‘We moeten het goede verhaal vertellen, dat de Europese burger het beter krijgt dankzij de EU.’
Voordelen EU groter dan nadelen
Volgens D66 wethouder Claudio Bruggink stemmen mensen echter niet alleen op Forum voor Democratie vanwege de anti-Europaretoriek. ‘Er zijn ook andere redenen. Mensen ervaren veel onzekerheid over hun toekomst. De wereld verandert snel. Er is ontevredenheid over de politiek. En Europa is dan voor deze mensen geen kans maar een bedreiging’, zegt hij.
Bovendien vindt hij dat je ook dat aantal stemmen voor Forum voor Democratie niet moet dramatiseren in de aanloop naar de Europese verkiezingen van 23 mei. ‘De meerderheid is pro-Europees maar dat is vaak een zwijgende meerderheid.’ D66 vindt ook dat er wel wat kan verbeteren aan de Europese Unie. Zo moeten lidstaten het geld dat ze uit de Unie krijgen, beter verantwoorden. Keer op keer blijkt dat sommige lidstaten dat niet voor elkaar hebben. ‘Maar Europa zorgt al 70 jaar voor stabiliteit. Wat ons betreft, zijn de voordelen van de EU echter vele malen groter dan de nadelen.’
Maar negatieve verhalen blijven langer hangen
Bijkomend probleem is echter, dat negatieve verhalen, over bonnetjes bijvoorbeeld, langer blijven hangen bij de kiezer dan positieve verhalen. Dat Europa zorgt voor lagere tarieven voor roaming waardoor we allemaal minder betalen voor onze telefoonkosten zien mensen snel als de normaalste zaak van de wereld, zegt Bruggink. ‘Negatieve verhalen blijven langer hangen. Daarom proberen we in Hengelo het subsidieverhaal goed te vertellen.’
Ook in de regio werkt hij daar aan. Zo moeten er bij het Twentekanaal, als het verbreed en uitgebaggerd wordt, straks borden met onder andere een EU-logo komen om duidelijk te maken dat de Europese Unie één van de aanjagers is van het project dat Twente nog meer economische voorspoed gaat brengen.
Meer banen dankzij EU
Bruggink: ‘Het uitbaggeren van het kanaal zorgt voor meer bedrijven, dus meer werkgelegenheid, dus een groei van de welvaart, dus hogere inkomens. Dat snapt iedereen. Het is beter dan een term als economische structuurversterking. Maar het is een verhaal dat je niet zomaar uit je mouw schudt. Je moet het iedere keer goed neerzetten.’ Daarom maakt hij ook tijd voor media als buurtenregio.nl, Binnenlands Bestuur, lokale media en Eenvandaag dat onlangs het Twentekanaal is komen filmen.
Ook bestuurlijk met een goed verhaal naar ‘Brussel’
Bestuurlijk gaat het er om dat je met meerdere partijen met een goed verhaal naar Brussel gaat, zegt de wethouder, wat aansluit bij wat je wilt bereiken en waarvoor je ook zelf wil investeren. Het gaat volgens Bruggink niet om het platte geld maar om de inhoud. ‘Als er geen Europese Unie zou zijn, zou Den Haag misschien ophouden bij de grens of bij Duitsland. Wij liggen in de corridor naar Berlijn en de Baltische staten. We hebben in Brussel duidelijk gemaakt dat we op die route liggen. In Brussel vonden ze het belangrijk. Ik moet nog zien of Rijkswaterstaat het belangrijk had gevonden, als er geen Europese Unie zou zijn.’
Maar dat verhaal moet je volgens Bruggink wel iedere keer opnieuw neerzetten en je moet partijen meenemen in je verhaal. ‘Brussel, daar werken ambtenaren en bestuurders die je moet leren kennen, dus daar moet je naartoe om te investeren in die contacten.’ Een van onze ambtenaren was, toen het er voor het Twentekanaal echt om ging, minimaal een keer per maand in Brussel omdat belang te bepleiten. Een tip: ‘Het werkt niet als wij gaan vertellen tegen Brussel wat zij moeten doen. We moeten juist inspelen op de met alle Europese landen samen opgestelde wensen en ambities.’
De vraag is: Hoe help je Brussel?
De kernvraag is volgens Bruggink juist dat je als gemeente of als regio duidelijk maakt hoe jouw ambities aansluiten bij de Europese.. ‘En dat is een hele andere vraag.’ De vraag ‘hoe sluiten we aan op Brussel’ vraagt ook een duidelijke visie op de eigen regio, zoals de vraag of het gebied de logistieke hotspot is die het denkt te zijn. Je moet intern de bakens verzetten, je moet CEO’s van bedrijven meenemen in je verhaal. Bruggink: ‘Die CEO’s snappen het wel, want het gaat om hun vestigingsklimaat. We zijn ook heel trots dat het gelukt is. Maar het is niet van een leien dakje gegaan.’
In Twente is de vraag ‘hoe kunnen we de Europese ambities samen realiseren’ uiteindelijk terugvertaald in het kanaal: goederentransport over water is handel en dat is belangrijk voor Nederland en de EU en dat betekent dus met hard werken Europees geld, naast Nederlands geld. ‘Bij miljardenprojecten als de tunnel bij de Brennerpas gaat dat net zo.’
Volgende wens: HSL naar Berlijn
Overigens zijn er nog wel andere wensen voor de komende jaren. De trein naar Berlijn bijvoorbeeld. Nu is dat een oude langzame eurocity zonder wifi aan boord die tussen Amsterdam en Berlijn 15 keer stopt. ‘Het zou mooi zijn als daar een hogesnelheidstrein zou rijden. Dat betekent dat je vanuit Hengelo in drie uur in Berlijn kan zijn en in een uur in Amsterdam. Dat ontsluit heel Nederland voor Europa en maakt Nederland tegelijkertijd één grote metropool van kennis en bedrijvigheid.’