De Groningse jaren van Herman Brood: de basis, de doorbraak, de hoogtijdagen

Jazeker, Herman Brood (1946-2001) werd geboren in Zwolle en woonde het grootste gedeelte van zijn leven in Amsterdam. Maar in Groningen legde hij de basis voor zijn rockcarrière, brak hij definitief door en kende hij zijn muzikale hoogtijdagen.

De anekdote is genoegzaam bekend. Maar omdat de ontmoeting van wezenlijk belang is geweest én veelzeggend is, mag-ie in dit verhaal toch niet onvermeld blijven. Dus bij deze.

Winschoten, 1976. Herman Brood is weer in genade aangenomen bij Cuby + Blizzards, en speelt met deze legendarische Drentse bluesband in café Het Pleintje. Juist op het moment dat de pianist in een prullenmand op zoek is naar een injectienaald die hij heeft laten vallen, komt Koos van Dijk, eigenaar van café, binnenlopen.

Vriendschap voor het leven
Coach van Dijk schopt Brood niet z’n kroeg uit, maar zet de prullenmand op z’n kop helpt vervolgens driftig mee met zoeken. Lang verhaal kort: Van Dijk wordt Broods manager en een vriendschap voor het leven is geboren.

Wat er in vogelvlucht aan vooraf gaat: Herman wordt op 5 november 1946 geboren in Zwolle. Op zijn twaalfde krijgt hij pianolessen. Als hij vijf jaar later naar de kunstacademie in Arnhem gaat, treedt hij toe tot The Moans, de voorloper van Long Tall Ernie. Weer drie jaar later, in 1967, schuift hij aan bij het legendarische Cuby + Blizzards. Hij houdt het bij Harry Muskee en Eelco Gelling twee jaar vol, tot de platenmaatschappij hem vanwege zijn drugsgebruik uit de band knikkert.

Vanwege Broods druggebruik is menig platenmaatschappij huiverig. Slechts Ariola Benelux durft het aan

Inbraken, drugshandel en porno
In de jaren die volgen, legt Brood zich toe op inbraken, kleinschalige drugshandel en zelfs, zo wordt gefluisterd, op het maken van porno. Ja, je moet toch wat. Er moet brood (lees: drugs) op de plank komen, nietwaar? Dankzij dit weinig verheffende carrièrepad ontkomt hij niet aan een regelmatig terugkerend bezoek aan de gevangenis.

In 1974 zoekt Brood toch weer z’n toevlucht tot de muziek. Hij duikt op bij de Flash & Dance Band, waar hij voor het eerst zingt, en is zelfs even lid van Herman van Boeyens Vitesse. En dan loopt hij in Winschoten dus Koos van Dijk tegen het lijf.

Niet lang na deze ontmoeting wordt Herman Brood & his Wild Romance opgericht. De eerste bezetting is voor het grootste gedeelte oer-Gronings: Gerrit Veen speelt bas, Peter Walrecht drumt, Ellen Piebes en Ria Ruiter zijn de achtergrondzangeressen en Ferdi Karmelk speelt gitaar.

Vanwege Broods druggebruik is menig platenmaatschappij echter huiverig. Slechts Ariola Benelux durft het aan. Daar krijgen ze geen spijt van, al moeten ze nog even geduld hebben: de eerste elpee Street, die in 1977 verschijnt, verkoopt redelijk, al wordt de plaat door de critici enthousiast ontvangen en zijn de recensies lovend. De elpeehoes is van de hand van niemand minder dan Anton Corbijn, het achtergrondkoortje bestaat uit Margriet Eshuijs en Sjoukje van ‘t Spijker, en Bertus Borgers blaast op sax hier en daar een partijtje mee. Het begin is er.

Voor het eerste grote concert in Huize Maas zit Herman in de cel
Koos van Dijk, de manager, weet het nog goed. De Wild Romance speelt de ene Groninger kroeg na de andere plat, maar Van Dijk en de band willen meer. ‘Vera in de Oosterstraat was al te klein voor ons’, zegt Van Dijk tegen het DvhN. ‘Huize Maas was destijds dé concertzaal, het Paradiso van het Noorden. Alles wat van belang was speelde daar.’

Zo ook de Wild Romance, in de zomer van 1977. Huize Maas is met 700 man afgeladen, ter promotie van de debuutelpee Street. De band is er klaar voor, maar Herman is in geen velden of wegen te bekennen.

Mooi verhaal. Koos van Dijk: ‘Herman was wel vaker zoek. Dus ik bellen met de bekende kroegen in de stad. Herman was vermist. Uiteindelijk belde ik het politiebureau. Daar zat Herman, gearresteerd wegens het stelen van wat platen. De politie wilde hem niet laten gaan. Of jullie dat even willen gaan uitleggen aan een volle zaal waar om Herman wordt geroepen, heb ik toen gezegd. Blijft-ie weg, dan breken ze de tent af. Voor het optreden kreeg ik ‘m vervolgens mee. Werd een geweldig concert, Herman gaf meer toefgiften dan ooit. Maar vervolgens moest hij toch weer de cel in. Na afloop stonden de agenten klaar om Herman weer mee te nemen.’

Op auditie bij de meester
Bezettingswisselingen blijven niet uit, en al in november 1977 krijgt de bij vele fans favoriete Brood-lineup gestalte, met Dany Lademacher (gitaar), Freddie Cavalli (bas) en Cees ‘Ani’ Meerman (drums). Lademacher, Belg van geboorte, weet nog precies hoe hij bij de band terechtkwam. Lademacher is namelijk bevriend met Cees Meerman, de Zeeuw die net drummer bij Brood is geworden. Of Dany wel ‘ns van Herman Brood gehoord heeft? Nee? Nou, hij zal ‘ns een goed woordje voor hem doen. En verdomd, even later mag Lademacher bij de meester zelf auditie komen doen.

Of nou ja, auditie…  Lademacher krijgt de baan zonder ook maar een noot te hoeven voorspelen.

Lademacher, in Panorama: ‘Toen ik voor Herman stond zei hij: ‘Ah, net op tijd, help me even’. Hij was een injectienaald aan het prepareren en vroeg mij of ik zijn arm wilde afbinden. Zonder na te denken zei ik: ja hoor. Dat vond Herman zo te gek, dat ik meteen werd aangenomen. Zonder een noot te spelen… Achteraf hoorde ik dat hij allang had besloten, maar zo verliep onze eerste ontmoeting.’

Beste Nederlandse plaat ooit
Dat voorspelen is niet nodig ook. Want spelen kán Lademacher. Dat blijkt wel uit het eerste album dat de Wild Romance na zijn aantreden afscheidt: Shpritsz. Misschien wel de beste plaat van Nederlandse bodem ooit gemaakt, zeggen sommigen.

De elpee levert eerst ‘goud’ en vervolgens al snel ‘platina’ op, en wordt gekenmerkt door het eerste en meest bekende nummer van de plaat: Saturday Night. Het wordt geschreven door Brood (tekst) en Lademacher (muziek, inclusief openingsriff). Daarnaast staan er nóg veertien nummers op: stuk voor stuk in een moordend tempo, en bovenal ultrakort. In totaal duurt de elpee ‘slechts’ 37 minuten en 25 seconden.

Maar goed, Groningen dus. Herman Brood woont er gedurende de jaren zeventig af en aan, boven een café aan de Reitemakersrijge. In kroegen als De Kattebak aan het Kattendiep, Het Pakhuis, Speak Easy, De Koffer en The Talk of the Town legt hij de basis voor zijn carrière als rockster. In Groningen wordt Herman, al in 1968, ook voor het eerst vader. Samen met de zeventienjarige Tekie Buissink, die dan net is uitgeroepen op Miss Groningen, krijgt 21-jarige Herman zoon Marcel. Marcel Brood (officieel Buissink) woont tegenwoordig in Amsterdam, maar spreekt nog altijd met een onvervalst Gronings accent.

Marcel was tien toen Herman doorbrak met zijn eigen band. ‘Natuurlijk was ik trots op hem’, zegt hij tegen het Parool. ‘Mijn moeder liet me laatst nog een tekening van me uit die tijd zien: had ik de hoes van de elpee Sphritsz nagetekend. Ik spaarde ook alles van hem. Maar ik liep er niet mee te koop dat ik Hermans zoon was. Kinderen die het wisten, pesten me er wel mee. Want die Herman Brood, dat was een hoerenloper en een junk en zo.’

Om ons van de straat te houden, had Koos een repetitielokaal geregeld aan het Kattendiep. Het was eerder een soort kraakpand

Vanaf z’n zesde werd kleine Marcel door Herman regelmatig opgehaald. ‘Dan gingen we naar de bioscoop of naar het circus. Leuk, maar hij kon ook ineens verdwenen zijn. Na een uur of zo werd ik dan opgehaald door Koos, z’n manager.’

Goede herinneringen aan Stad
Gitarist Dany Lademacher, de enige van de originele Wild Romance die nog in leven is, heeft goede herinneringen aan Stad. De Belg mijmert er in het boek ‘De muzikale rechterhand van Herman Brood terug’ hardop op los.

‘Ik moet toegeven dat ik me er zeer snel thuis voelde’, aldus de Brusselaar,  ‘dankzij de leuke tenten in de Peperstraat en de nog leukere dames (..) Dit was meer een dorp, maar dan wel met een duidelijk stadsgezicht. Om ons van de straat te houden, had Koos een repetitielokaal geregeld aan het Kattendiep (de leegstaande gokhal, red.). Het was eerder een soort kraakpand dat zelfs een professionele kraker zou negeren…’

Échte Wild Romance geboren in Groningen
Volgens Lademacher wordt ‘de échte Wild Romance’ [sic] ook geboren in Stad. De band zit zonder bassist als Brood en Lademacher aan de bar van jazzcafé De Spieghel beiden onder de indruk raken van de bassist van het bandje dat op dat moment speelt.

‘Na een minuut of tien keek Herman naar mij en ik naar hem en tegelijk, met bijna emotionele stem: ‘Die bassist!’ Freddy van Kampen (Cavalli) was de naam en ja, rock vond hij ook wel leuk. De volgende avond stonden we met z’n viertjes voor een bomvolle Koffer te spelen. Het dak ging eraf. De echte Wild Romance was geboren.’

Groninger Springtij
Herman Brood en zijn Wild Romance zijn in de tweede helft van de jaren zeventig een grote inspiratie voor het ontstaan van het Groninger Springtij, dat iconische bands oplevert als White Honey, New Adventures, Phoney & the Hardcore en de Streetbeats van de vorige maand overleden Jan Rot. Brood is voor de uit het Drentse Zuidwolde afkomstige Rot zelfs de reden om voor Groningen te kiezen, en niet voor Amsterdam.

Toeval of niet, maar eigenlijk ging het minder nadat Brood Groningen had verruild voor Amsterdam

‘Mijn broers en zussen gingen studeren in Amsterdam’, vertrouwt Rot het Stadsmagazine toe, ‘en daarom dacht ik, dan ga ik naar Groningen. Bovendien woonde Herman Brood hier. En ik was een enorme fan van Herman Brood, altijd gebleven. In Groningen wilden de kroegen graag de halve nacht open zijn en dat mocht als je livemuziek had en dus speelden er in allerlei kroegen bands. Herman Brood kwam je twee keer in de week tegen.’

Toeval of niet, maar eigenlijk gaat het muzikaal gezien minder met Brood nadat hij Groningen verruilt voor Amsterdam. De film Cha Cha (uit 1979) is nog een groot succes, waarna wordt gedacht dat ook Amerika zo zoetjes aan wel rijp is voor Broodmania. Dat blijkt een misvatting. De band mag in het voorprogramma van The Cars en The Kinks opdraven, maar krijgt geen vaste voet aan de grond. Saturday Night, met een voor de preutse Amerikaanse markt een wat gekuisde tekst, behaalt weliswaar de 35ste plaats in de Billboards top 100, maar daarmee is alles wel gezegd.

When I do my suicide for you
Natuurlijk zijn er nog wel eens muzikale uitschieters, maar eenmaal in de hoofdstad groeit Herman vooral uit tot nationale knuffeljunk en houdt hij zich ook meer en meer bezig met de schilderkunst. Begin jaren tachtig keert Brood nog wel even terug naar Groningen voor een muzikale herstart, en mag ook Gerrit Veen weer opdraven, maar het eind jaren 70-succes wordt niet meer geëvenaard.

Op 11 juli 2001 trekt Herman Brood (54) er zelf de stekker uit, door van het dak van het Amsterdamse Hilton hotel te springen. But when I do my suicide for you, I hope you miss me too (Rock ‘n’Roll Junkie, Shpritsz), had hij in 1977 in Groningen al geschreven.

‘Maak er nog een groot feest van’, staat er op het afscheidsbriefje dat hij heeft achtergelaten bij de bar van het Hilton.

Eerder verschenen in deze serie: Johan van Veen | Dick Nanninga | Wayne Huizenga | Etta Palm | Willem Vroom | Lou Ottens | Jannes van der Wal | W.A. Scholten | Aletta Jacobs | Jan Uitham | Fré Meis | Jan Pelleboer | Renze de Vries

Bronnen: darch media | ReportersOnline | StadMagazine | GIC | Poparchief | Harry Knipschild | DvhN | Het Parool

Mijn gekozen waardering € -

De interesses van Geert Jan Darwinkel zijn legio. Van (Amerikaanse) sport, tot film, human interest, lifestyle, muziek en reizen. GJ is old skool, maar toch reuze bij de tijd.