De nieuwe frontlinies van Irak

Corona is aan de winnende hand aan de frontlinies in Irak. Overal mondkapjes en handschoenen, maar binnen wel met de hele familie gezellig bij elkaar, en zonder. En met z’n honderden op een kluitje om een coronatest te doen.

En de winnaar is… corona. In Irak wordt dagelijks een nieuw record bereikt voor nieuwe gevallen. Iedere dag komen er duizenden bij. De opgaande lijn laat zich niet omkeren.

Zaterdag 15 augustus bijvoorbeeld, was het cijfer bijna 4300 nieuwe gevallen voor (heel) Irak (dus ook de autonome Koerdische Regio), in één dag erbij, met 76 doden. Het totale aantal bekende gevallen stond die dag op 172,583, en het dodental op 2571. Irak zit in het lijstje van tien landen met de grootste stijging van gevallen.

Symbolisch voor wat er allemaal misgaat staat een testfaciliteit in de Koerdische hoofdstad Erbil.  Na maanden waarin alleen mensen met een verblijfstitel konden uitreizen, willen nu duizenden anderen eindelijk familie of geliefden elders opzoeken. Veel luchtvaartmaatschappijen (en landen van aankomst) eisen daarvoor een negatieve test.

Wie geen 250 dollar kan ophoesten om de tester aan huis te krijgen, moet in de rij. Samen met honderden anderen. Terwijl er geen nummertjessysteem is en niemand afstand houdt. Gemiddeld ben je er vier uur aan kwijt. Bij de chaos en het voordringen kan je zelfs met je mondmasker voor, nog makkelijk besmet worden. Terugkomen van het testen met een besmetting – het is een reële mogelijkheid.

Lockdowns

De overheid moet behoorlijk wanhopig zijn, want Irak is van de ene lockdown in de volgende gegaan de afgelopen maanden. Die hebben steeds minder effect. Want vanwege de grote economische gevolgen, houden velen zich er niet aan. Als je handelaar bent, levert thuisblijven immers geen inkomen op.  De armoede is daar voor velen te groot voor.

Irak is bovendien een van de landen waar veel geloof wordt gehecht aan geruchten over het virus. Waar sommige imams gelovigen voorhouden dat ze alleen ziek worden als God dat wil. Waar de schaamtecultuur bovendien voorkomt dat zieke mensen zich melden, waardoor zij thuis hele grootfamilies besmetten.

Daarom nam de VN-organisatie voor Irak, Unami (onder leiding van de Nederlandse ex-minister Jeanine Hennis) Iraakse kunstenaars in de arm om de voorlichting over de ziekte te bevorderen. Dat leverde sterke cartoons op, maar het effect ervan lijkt vooralsnog minimaal. Hoe krijg je Irakezen, getraumatiseerd als ze zijn, zover dat ze iets doen waarvan ze het voordeel voor zichzelf niet zien?

Geen wonder dat de Iraakse minister van Gezondheid klaagt dat de veiligheidsmaatregelen niet worden nageleefd. Volgens een Iraaks parlementslid is het probleem vooral dat ‘beslissingen op papier worden genomen maar niet geïmplementeerd worden’. Uitgaansverboden gelden daardoor in feite alleen voor ambtenaren en studenten, maar bestaan nauwelijks op straat, zei hij. Inmiddels zijn de lockdowns vervangen door een nachtelijk uitgaansverbod waarvan niemand meer weet waar het precies goed voor is.

Tegenstellingen

Het leidt tot vreemde tegenstellingen. Op straat zie je heel veel mondkapjes, en veel mensen dragen ondanks de temperaturen van meer dan 45 graden zelfs latex handschoenen. Politici die de gebruikelijke foto’s publiceren van hun besprekingen met andere politici, dragen daar altijd mondmaskers en vaak ook handschoenen. Veel van de vergaderingen gaan overigens via Zoom, zien we via sociale media. En als dat niet gebeurt, dan wordt er redelijk afstand gehouden. Grote groepen zijn verboden, en belangrijke partijcongressen daarom uitgesteld. Pelgrims zijn even niet welkom bij de sjiitische heilige plaatsen in Najaf en Karbala.

Anderzijds ontvangen Irakezen hun familieleden nog steeds thuis, zoals dat is ingebakken in de cultuur. In afgesloten ruimtes, waar vanwege de voortdurende stroomstoringen ventilatie en airconditioning voortdurend uitvallen, komt men samen voor maaltijden – zonder mondkapjes of afstand houden.

Ik zou wel eens onderzocht willen hebben wat het effect is van de waterkoeler die in Irak populair, omdat die goedkoper is en minder stroom trekt dan de airco. In dat systeem wordt de lucht met water gekoeld. Corona verspreidt zich vooral via superkleine druppels, die het heerlijk moeten vinden in die bevochtigde lucht.

Dat geldt ook voor de populaire waterpijp. Dat de cafés ze niet meer mogen aanbieden, betekent niet dat ze verdwenen zijn. Daarvoor zijn ze te veel onderdeel van de Iraakse (mannen)cultuur. Voordat mannen elkaar in cafés ontmoetten om een shisha of nergila te delen, deden ze dat al in de buitenlucht of gewoon thuis. En dat doen ze nog steeds. Zelfs al heeft iedereen zijn eigen mondstuk, dan nog kan het speeksel van de roker die met corona besmet is zich via de slang en het water verplaatsen.

Bang

Toch is het niet zo dat mensen in Irak niet bang zijn voor de ziekte. Velen hebben familieleden die ziek zijn geworden en aan de ziekte overleden zijn. Ze zien de chaos in de verpauperde ziekenhuizen, waar een tekort is aan van alles. Zoals aan zuurstof, waarvan de lokale producenten de vraag niet aankunnen. Op de IC in het overheidsziekenhuis in Erbil zijn daardoor al patiënten overleden. Met als gevolg dat families van zieken zelf zuurstofcilinders aanschaffen en meebrengen, en ongelijkheid creëren voor wie zich dat kan veroorloven, en wie niet.

Nog zo’n tegenstelling is dat ondanks de stijgende lijn van de coronastatiek, de vliegvelden onlangs weer open zijn gegaan. Vandaar die chaos bij de testfaciliteit, want duizenden mensen willen naar veiliger oorden.

Wie aankomt uit het buitenland moet een recente negatieve coronatest hebben, of wordt op het vliegveld getest en moet in quarantaine tot de uitslag duidelijk is. Daarvoor zijn in de Koerdische hoofdstad Erbil echter een paar dure hotels geselecteerd, die de reiziger zelf moet betalen. In de Iraakse cultuur leidt dit tot gesjoemel. Er zijn meerdere gevallen geweest van reizigers uit Iran (waar de besmettingen groot waren) die zich onder de quarantaine hadden uitgepraat en vervolgens het begin werden van een nieuw coronacluster.

Protesten

In de chaos vormen ook de vele protesten in Irak een gevaar. In Bagdad zijn de jongeren ondanks de hitte terug op straat, om te protesteren tegen de wetteloosheid waarbij de daders van moorden en ontvoeringen van hun kameraden nooit zijn vervolgd. Ook de moord op de Iraakse analist Hisham al-Hishami, die zich voor hervormingen had uitgesproken, is veertig dagen later nog niet opgelost. De onvrede over de voortdurende corruptie, ook onder de drie maanden geleden aangetreden nieuwe premier, het gebrek aan stroom en drinkwater spelen een belangrijke rol. Betogers dragen wellicht mondkapjes, maar houden meestal geen afstand.

In de Koerdische Regio gaan mensen de straat op om te protesteren tegen het feit dat door een maar doorziekende ruzie tussen Erbil en Bagdad, ambtenaren maandenlang geen salaris hebben uitbetaald gekregen. Artsen en verplegend personeel hielden al meerdere stakingsdagen. In een deel van de regio treedt de veiligheidspolitie hard op om betogingen te voorkomen, met corona als excuus. Het parlement bespreekt zelfs een voorstel om het oproepen tot protest op sociale media strafbaar te stellen. Waar dat kan, wordt echter wel massaal gedemonstreerd. Opnieuw: Veel maskers, maar geen afstand.

Het is een gevaarlijke mix: onvrede, gebrek aan vertrouwen in de overheid, slecht functionerende gezondheidssystemen, tradities en het coronavirus. De speciale dodenakker die buiten Najaf is ingericht voor coronaslachtoffers groeit tot ongekende proporties. Duizenden zijn er al begraven, die uit angst voor besmetting niet welkom waren op de gewone begraafplaatsen. Fotograaf en cameraman Gabriel Chaim die er filmde, zei erover: ‘Jarenlang heb ik verslag gedaan van de oorlogslinies, maar dat is niet te vergelijken met verslag doen van de Covid19-frontlinies.’

Dat is het precies in Irak. Na de oorlogen en het geweld, levert men er nu strijd aan nieuwe frontlinies. De vijand is echter niet minder gevaarlijk, en de strijd is bovendien deze keer erg ongelijk en slecht georganiseerd.

Mijn gekozen waardering € -

Judit Neurink is schrijver en journalist die vooral schrijft over Irak en het Midden-Oosten