De tussenbalans: de chaos en het onbegrip rond een virus

Onze regelgevingtaal is veranderd en uitgebreid met nieuwe woorden, die een afspiegeling zijn van een wereld in crisis. Bijvoorbeeld dat er ‘coronaopzichters’ in de samenleving toezicht houden op het volgen van de ‘anderhalvemeter- en plexiglaseconomie’ en de samenleving door de ‘wasstraat’ wordt gehaald door de handen te desinfecteren bij een bezoek aan winkels. En Bijzonder Opsporing Ambtenaren worden belaagd, door jongeren die opstandig worden als hen de les wordt gelezen. Met andere woorden: de maatregelen zorgen voor spanningen.

Dat uit zich als de coronamaatregelen als een inperking van de vrijheidsrechten worden gezien en in strijd zijn met de Grondwet, die ruimte geeft voor een ‘schurkstaat’ als er geen goed debat over kan worden gehouden en werkgelegenheid en inkomens kunnen worden beschermd.

Ondertussen is het gebouw van onze volksvertegenwoordigers corona bestendig gemaakt en blijkt dat onze regeringsleiders de impact van het coronavirus op de samenleving moeilijk aan te kunnen. Er moet worden geslalomd wat weer verdeeldheid zaait. Waar de één zich geholpen voelt, voelt de ander zich in de steek gelaten of brengt een tussentijdse 30 man/vrouw maatregel bij (horeca-) ondernemers en de cultuursector te weinig geld in het laatje om te kunnen overleven en wordt voor de laatste een beroep gedaan op noodhulp van de welgestelde AOW’er zijn/haar vakantiegeld te doneren. Ondanks dat de kas van onze overheid flink is gespekt en de miljarden euro’s aan financiële tegenvallers zegt te kunnen opvangen.

De sportscholen hebben met drie miljoen leden het nakijken. En dat terwijl breinprofessor Erik Scherder ons voorhoudt dat beweging uitermate belangrijk is om de weerstand te vergroten, hoewel het geen garantie is dat daarmee het risico de ziekte op te lopen, is verdwenen. De sportscholen mogen desondanks niet eerder open en voelen zich genegeerd. (Update 27 mei 2020: Onder voorbehoud mogen sportscholen in plaats van 1 september op 1 juli open gaan)  Hoewel ze er alles aan hebben gedaan om geen ‘zweethok’ te zijn waar het virus ongehinderd zijn gang kan gaan, waarbij ‘aerosolen’ als kleine druppels wel langer in de lucht blijven hangen en zich over een grotere afstand kunnen verspreiden dan de grotere druppels die minder lang in de lucht blijven hangen, maar wel het grootste besmettingsgevaar opleveren. ‘Aerosolen en spatten’ zijn in de tandheelkunde geen nieuwe verschijnselen. Daar wordt rekening gehouden met ruim honderd virussen en is het gebruik van mondneusmaskers, beschermbrillen en handschoenen standaard ingevoerd.

In dit verhaal mogen de sekswerksters niet ontbreken. Pandjesbaas Aagje Split in Groningen heeft plexiglas met een gat (‘sexyglas’) erin laten aanbrengen om aandacht te vragen voor de nijpende situatie onder de prostituees, die brodeloos thuis zitten of zijn teruggekeerd naar hun geboorteland. Of ze doen het stiekem. Inmiddels zijn de nodige stickers aangebracht om uiting te geven aan de ‘anderhalvemetereconomie’, maar hoe zich dat in de praktijk moet ontwikkelen met de maatregel dat iedereen het mag doen met 1 ‘seksbuddy’ en het gebruik van wisselende contacten daarin niet voorkomt, is nog onduidelijk. Hoewel andere contactberoepen met wisselende contacten wel weer aan de slag mochten. Voorlopig ziet het ernaar uit dat Aagje Split pas op 1 september het verlossende antwoord krijgt, dat haar gedoofde rode en paarse lampen in de binnenstad van Groningen weer mogen branden, tenzij corona een addertje onder het gras is om de seksindustrie in Nederland af te romen. (Update: De peeskamers zijn vervroegd open gegaan op 1 juli. Posters die er waren opgehangen, maakten duidelijk dat er veel mis is onder prostituees, die alleen door uren te draaien, verzekerd zijn van een inkomen.) 

Ook twee andere termen trekken de aandacht: ‘B en T-cellen’, de witte bloedcellen, die druk in de weer zijn om het coronavirus te bestrijden. T-cellen kunnen lichaamscellen die geïnfecteerd zijn met virussen doden en de B-cellen maken de antistoffen tegen het virus aan. Het voordeel van deze cellen uit het ‘aangeleerde afweersysteem’ zijn, dat ze blijven bestaan als de infectie voorbij is wat ook geldt voor de antistoffen. Het geeft een idee wat er in het lichaam gebeurt, maar is nog onvoldoende om te weten waarom de één daar anders op reageert dan de ander. Met andere woorden een duidelijk antwoord is er nog niet en is het volgens de deskundigen nog te vroeg om conclusies uit de ‘antistofconcentraties’ te trekken.

Behalve al deze wetenschappelijke termen hebben de burgers en het bedrijfsleven de nieuwe ontwikkelingen ondanks gesputter lijdzaam te ondergaan en moeten ze flexibel genoeg zijn om zich aan te passen aan de nieuwe regels, die een heel andere toekomst beloven aan jongeren in een samenleving, die onderhevig is aan (economisch) instortingsgevaar en wereldwijd vele slachtoffers maakt. Die toekomst ziet er dan uit dat je, zoals bij Campina Friesland, een koortspistool krijgt gericht op je derde oog of een camera je op twee meter afstand in 0.2 seconden doorlicht op koorts.

Iedereen heeft of krijgt ermee te maken, maar als het even mooi weer is, lijkt iedereen met een daling van het aantal coronapatiënten op de intensive care in het achterhoofd de pandemie alweer vergeten te zijn. Massaal rukken we uit naar het strand en recreatiemeren. Hoewel er nog steeds een dreiging hangt van een ‘tweede golf’ die de eerste zou kunnen overstijgen, maar de vraag oproept of dit geen bangmakerij is, net zoals eerder het staken van het onderwijs in verband met de corona-uitbraak werd onderschat. Je weet het niet.

Net als in Nederland is corona in de Verenigde Staten vergeten als op verschillende plekken het strand druk wordt bezocht, een zwembad het centrale punt is van een groot feest en een truck met discomuziek de mensen laat samenklonteren in het lange weekeind dat volgt op Memorial Day. Een feest- en gedenkdag, waarop overleden Amerikaanse soldaten worden herdacht.

Artsen haasten zich om hun afkeuring erover uit te spreken en te waarschuwen voor de gevaren. Ze hadden het liefst gezien dat de badgasten mondkapjes hadden voorgedaan en de anderhalve meter afstand in acht hadden genomen. Ze betreuren dat de ernst van de situatie onvoldoende doordringt en iedereen elkaar kan besmetten, omdat niemand weet wie wel of wie niet besmet is geraakt met het onzichtbare coronavirus en de coronadodenlijst in de ‘New York Times’ door het zon overgoten strand in het geheugen verloren lijkt te zijn gegaan.

In de stortvloed aan informatie die de media over ons uitstort, is het niet eenvoudig te weten wat je wel of niet moet en kunt geloven, en is je eigen situatie de beste graadmeter om te oordelen wat je positie is. Veel gaat daarom het ene oor in en het andere weer uit. Maar er zijn wel een paar krenten die je bijblijven.

Ook al zijn het de gekke fratsen van Donald Trump of Jair Bolsonaro.

Kinderen blijken toch niet zo onschendbaar te zijn als wordt gedacht. De Wereldgezondheidorganisatie van de Verenigde Naties heeft melding gemaakt van een mysterieuze ziekte bij kinderen die symptomen bevatten van corona en het Kawasaki-syndroom, die zich uit in koorts, lage bloeddruk, shock en ontstekingen met een rode huiduitslag. Volgens de deskundigen gaat het om een milde uitbraak en zijn de ernstige gevallen te gering om zich al te veel zorgen te maken. Deze kwaal leek aan Nederland voorbij te zijn gegaan toen deze beschouwing werd geschreven en Teletekst en het Journaal met het nieuws er vandoor gingen, dat twintig kinderen erdoor waren getroffen.

Er waren al enkele honderden meldingen binnengekomen uit het Verenigd Koninkrijk, Italië, Spanje, Frankrijk en verschillende Amerikaanse staten waaronder New York, Washington en Michigan. De meldingen voldoen doorgaans aan de klassieke ziekte van Kawasaki: ontstoken en opgezwollen bloedvaten, die voor complicaties zorgen, zoals een zwelling van de hartslagader. De gevallen van ‘pediatrische shock’ en de ziekte van Kawasaki namen toe in landen met een grote uitbraak van het coronavirus en is opgenomen in een onderzoeksprogramma.

Wat overblijft is de kracht om de maatregelen te blijven herhalen, zolang het gevaar nog niet is geweken. Dat haalt de chaos en het onbegrip evenwel niet weg en blijft het vervagen van de zin en de onzin op de loer liggen. Niemand wil graag ‘gekooid’ zijn of worden. Totdat je het zelf hebt. ‘Euh, resomeren, dan maar?’

Mijn gekozen waardering € -