Het geheim van Wijk aan Zee

Hoe zou het zijn in Wijk aan Zee? Grafietregens en luchtvervuiling door Tata Steel, een transformatorstation in aanbouw. Kortom, geen unique selling points. Toch wonen er ruim tweeduizend mensen. Waarom verhuizen ze niet? "Hier is een laboratorium van sociale en culturele projecten ontstaan."

Wat grazende paarden, een witte partytent, uitgestrekt groen. De dorpsweide — een veld van circa zeven hectare (1 ha = 100 x 100 meter) — kan je niet ontgaan als je via de Zeestraat Wijk aan Zee binnenrijdt.
Rechts de Spar-supermarkt, links zijn achter de duinen de draaiende schoepen goed zichtbaar van de windmolens langs de weg naar de Noordpier. Met een wiekhoogte van 131 meter torenen ze ver boven de duintoppen uit; minstens vier keer zo hoog reiken ze als de twee kerken die het dorp telt. Langs de witte huizen aan de Zeecroft verder naar het Julianaplein, het hart van Wijk aan Zee. Hier is de halte voor de bus naar Beverwijk.

Zul je net zien, Nederland is al weken zonovergoten, maar juist vandaag trekken er wolken vanuit het westen het land in. Vooralsnog is het droog in Wijk aan Zee, en om maar meteen met de deur in huis te vallen: ook van de beruchte zwarte neerslag, waar het Noord-Hollandse kustdorp regelmatig de krant mee haalt, is vandaag geen sprake. En de wind staat gunstig, de hemel zij dank, het stinkt niet.

Mosterdgeel
Vervuilde lucht is hier geen nieuws. Al jaren zijn er zorgen over de uitstoot van staalfabriek Tata Steel — de opvolger van Hoogovens (1918-1999) en Corus (1999- 2010). Over mosterdgele wolken, zwaveloxide en kankerverwekkende PAK’s. Soms komen er zwarte deeltjes naar beneden waar volgens het RIVM schadelijke stoffen inzitten, zoals lood, mangaan en vanadium. Vooral jonge kinderen zijn daar gevoelig voor. Volgens dit onderzoeksinstituut worden IJmonders — waaronder inwoners van Wijk aan Zee — aan meer schadelijke stoffen blootgesteld dan mensen elders. Reden waarom een groep uit de regio een strafzaak tegen Tata Steel is begonnen en webcamera’s heeft geplaatst om de uitstoot van de fabriek in de gaten te houden. Enkele Wijk aan Zeeërs trekken deze kar. Er zijn voor- en tegenstanders, en dat houdt de gemoederen hier best wel bezig.

Maar dit is niet het onderwerp vandaag, hoewel je letterlijk niet om Tata heen kunt. De enige toegangsweg naar Wijk aan Zee (de Zeestraat) loopt dwars door het fabrieksterrein van maar liefst 750 hectare groot (7,5 km2 – red.). Aan bijna alle kanten ligt de industrie tegen het dorp geplakt, op nog geen kilometer van het centrum. Tata strekt zich uit over drie gemeenten: Velsen, Beverwijk (in casu: Wijk Aan Zee) en Heemskerk. Opmerkelijk dat Tata Steel IJmuiden heet, terwijl daar juist geen fabrieken staan, alleen Tata’s postbusadres is in IJmuiden.

Wijk aan Zee lijkt een schiereiland. Omsloten door Tata-terreinen die je niet zomaar kunt betreden, en in het westen is de Noordzee. Je kunt een eind dwalen langs het strand en in de duinen, maar slechts één lange weg verbindt je met de rest van de wereld.

Afvalbakken en toiletcabines
Op de Julianaweg tref ik Merei Dekker (49), journalist bij SBS Hart van Nederland en dorpeling sinds een jaar of vijf. Merei: ‘In Wijk aan Zee gebeurt van alles. Liefst spontaan en weinig georganiseerd, want zodra iets een verplichting wordt, haken de meesten af.’ Ze zit in de bouwploeg van SaWaZ — Stichting Actief Wijk aan Zee — een club van zo’n vijftig oproepbare vrijwilligers. Onmisbaar, want er valt hier elke week wel iets te sjorren en te versjouwen. Zijn het geen kramen die op- of afgebouwd moeten worden, dan moeten tafels en stoelen wel een plek krijgen, zijn er afvalbakken nodig, of toiletcabines. En vooral ook moet er veel gekookt en versierd worden. Want Wijk aan Zeeërs mogen dan wars zijn van verplichtingen, een evenement dat goed uitpakt, is hier al snel een terugkerende traditie.

Zo heeft de maand maart de jaarlijkse Rory Gallagher-tribute, waarvoor fans van de in 1995 overleden Ierse gitarist vanuit de hele wereld naar dorpscafé De Zon komen. Tijdens de achtdaagse workshop Ezels en Kwasten nodigt Wijk aan Zee professionele en amateurschilders uit om te komen schilderen, met als afsluiting een serieuze kunstveiling. Ook het Jutterspad is wijd en zijd bekend, met miniconcerten bij mensen thuis. Van rock tot klassiek, en muzikanten overal vandaan. Daar komen altijd honderden bezoekers op af. Veel plezier, en vergunningen zijn niet nodig.
Merei: ‘Binnenkort is weer de Zeepkistenrace die we elk jaar in de De Zwaanstraat houden, omdat de weg daar iets naar beneden loopt. Het hele dorp komt daarop af.’ Kortom, hier wordt van alles gevierd. Merei: ‘Ook in kleiner verband, zoals de Wijk aan Zee Dee. Wie zin heeft, komt dan naar het huis van Bert om samen te zingen en muziek te maken; daar maken we dan een cd van.’

DNA
De naam Bert valt niet voor het eerst. Wie Wijk aan Zee beter wil begrijpen, gaat bij Bert Kisjes langs, is algemeen de raadgeving. Nadat hij hier in 1985 neerstreek, transformeerde hij het zieltogende hotel-café Sonnevanck tot een ontmoetingsplek en actiecentrum voor het hele dorp. Of daar destijds het DNA van Wijk aan Zee is gevormd? Wie zal het zeggen. Op zijn minst werd het toen aangeslingerd. Ineens ging het over de kracht en trots van Wijk aan Zee, en werd er van alles met elkaar bedacht en ondernomen. Dat werkte, merkten de dorpelingen. En zo werkt het nog steeds in Wijk aan Zee.

Een rijzige man opent de voordeur van huize Ruimzicht. Aan tafel vertelt Bert Kisjes (82) dat hij in de Achterhoek opgroeide, theologie studeerde en besloot om toch maar geen dominee te worden. Begin jaren 70 werd hij directeur van de Drommedaris in Enkhuizen, een sociaal-cultureel centrum, tevens café-restaurant. Bert: ‘Ik ben dat wat onbevangen aangegaan, maar daar in de kroeg kreeg de lokale samenleving mij te pakken. Ik kwam er niet meer van los.’
Ruim tien jaar later trok hij met zijn jonge gezin naar Wijk aan Zee waar hij hotel-café Sonnevanck kocht — op een moment dat er niemand meer wilde zitten. Bert: ‘Dé gelegenheid om iets op te zetten voor de mensen hier.’
Jukebox
Bert: ‘In Enkhuizen had ik geleerd dat er interessante dingen gebeuren als mensen bij elkaar komen, muziek maken, of iets samen organiseren. Daar is cultuur. Dat moest ook in Sonnevanck gebeuren. Samen dingen doen, is een vliegwiel. Zo gingen we een keer ’s nachts na sluitingstijd met een hele groep aankondigingsborden schilderen voor langs de weg. Mensen voelden zich verbonden en trots. Hierom ook was er alleen livemuziek in Sonnevanck, geen jukebox of geluidsinstallatie. Wie zin had, kroop achter de piano, of haalde een gitaar van de muur. Zo ontstond er in het café een gemeenschap, en van het een kwam het ander.’

Suiker
Vermaard is het verhaal over het kopje suiker. Aan de toog werd het idee geopperd om kennis te maken met de buren — aan de andere kant van de Noordzee, wel te verstaan. Met brieven van de burgemeester en de pastoor is een groep Wijk aan Zeeërs naar Southwold gevaren, een dorp aan de Engelse kust, om een kopje suiker te lenen.

Het traditionele verenigingsleven in Wijk aan Zee had zijn langste tijd gehad, in Sonnevanck kwamen de initiatieven van onderop. Helemaal de tijdgeest. Bert vertelt dat ze er het einde van de Franse revolutie nog hebben gevierd, ‘om het geloof in de maakbaarheid van de samenleving overboord te zetten’.
Ondertussen werd het steeds duidelijker dat buitenstaanders weinig met het dorp op hadden. Zo lanceerde de overheid in 1989 het plan om voor de kust een groot depot voor vervuilde slib te bouwen. Dat was echter buiten de waard gerekend. Actieve Sonnevanck-bezoekers bedachten een andere bestemming voor het vervuilde slib. Niet de bagger opslaan, maar er bakstenen van bakken voor de bouw. ‘Kennemermoppen’ noemden ze die. Bert: ‘We hebben slib van de zeebodem geschept en zijn in keukenoventjes gaan experimenteren. Met succes. Helaas hadden de steenbakkerijen in Nederland geen belangstelling, er was genoeg klei. Ten slotte heeft de overheid een andere oplossing voor de vervuilde bagger gevonden.’

Cultureel Dorp
Bert: ‘Er is ook nog sprake geweest van een luchthaven voor de kust. Kortom, er werd van alles voor Wijk aan Zee bedacht, en wij hadden daar geen stem in. Kleine gemeenschappen moeten weer meetellen, vonden we. Tijdens een Hoogovens-schaaktoernooi heb ik Wijk aan Zee uitgeroepen tot Cultureel Dorp van Europa. Dat was lachen natuurlijk, maar ik was serieus. Uiteindelijk is het Cultureel Dorp een langlopend evenement geworden.’

Hiervoor werd contact gezocht met tien dorpen, in evenzoveel Europese landen, om elkaar te ontmoeten en te inspireren. Geen loze belofte, zo bleek in 1999 toen er elke maand een bus met 50 mensen uit een van de deelnemende Cultuurdorpen arriveerde. Gasten sliepen bij mensen thuis en er werd van alles samen ondernomen. En gefeest. In 2000 was een ander dorp gastheer en stapten Wijk aan Zeeërs in de bus. Dit ging jaren zo door.
Bert: ‘Door een Cultural Village te zijn, klommen de dorpen boven zichzelf uit. De verhoudingen in onze gemeenschappen verbeterden. Dit heb ik geleerd door zelf in een dorp te wonen, en in een kroeg te leven. Daar heb je overzicht. Onderlinge verhoudingen zijn het állerbelangrijkste voor de mens.’

Nog altijd herinnert Een Zee van Staal, het grote beeldenpark in de duinen met zicht op Tata Steel, aan het Culturele Dorp. De elf villages zorgden elk voor een kunstenaar die in een loods van Hoogovens — die het materiaal ook sponsorde — een monumentaal object kwam maken. Koningin Beatrix heeft het park destijds geopend.

Drive-in bioscoop
De grote dorpsweide, waar ook de Julianaweg aan grenst, stamt uit de 11e of 12e eeuw. Er zijn er nog maar een paar in Nederland, daarom mag ze niet bebouwd worden, maar ze mag wel gebruikt worden. Ideaal voor allerlei activiteiten, zoals de kofferbakmarkten, of de drive-in bioscoop in de coronatijd. Wijk aan Zee zorgt zelf voor maaien en onderhoud, daar is een eigen stichting voor, die ook het parkeren hier coördineert wanneer er veel bezoekers zijn. Die inkomsten worden gedeeld met SaWaZ.

Met Merei loop ik verder naar het Julianaplein. Hier werd al in 1428 de katholieke Sint Odulphus-kerk gebouwd, maar de kerk die we nu zien is van de hervormde gemeente. Achter het hek herbergt een bescheiden kerkhof enkele tientallen graven die teruggaan tot 1897. Oudere grafresten zijn na archeologische werkzaamheden in 2006 herbegraven op het katholieke kerkhof, een paar straten verderop.
Aan de poort vermeldt een plaquette een oorlogsgraf van het Gemenebest. ‘Dit ken ik nog niet’, zegt Merei verrast. Vlak achter ons roept een man, terwijl hij zijn bestelbus met de tekst Commonwealth war graves start: ‘Daar links moet je zijn. Hij lag te laag, veel te diep. Niet aankomen.’ Het graf in de hoek is opgehoogd met verse aarde. Op de steen staat: An airman of the 1939-1945 War – a corporal – Royal Air Force – Found April 13th 1945 – Known unto God. ‘Toch een vreemd idee’, zeg ik, ‘dat mogelijk niet eens ver van hier, aan de overkant van de Noordzee, familie van deze man woont die niet weet dat hij hier begraven ligt.’

Legerjeeps
De Tweede Wereldoorlog is hier sowieso niet ver weg. Neem alleen al de zes Duitse bunkers waar vrijwilligers uit het dorp rondleidingen geven. Tijdens de jaarlijkse open dag rijden legerjeeps de bezoekers van de dorpsweide naar de bunkers. Subtieler zijn de messingen struikelstenen die vermoorde joodse dorpsgenoten gedenken. Zoals de zes leden van de familie Belinfante op de hoek van de De Zwaanstraat. Het namenmonument verderop — Voor onze gevallen dorpsgenoten 1940-1945 — laat zien dat er nog meer Wijk aan Zeeërs te betreuren zijn.
De slagboom die hier de smalle weg naar het strand afsluit, heeft sinds kort een belsignaal, alsof het een spoorwegovergang is. Merei lachend: ‘Dat zal niet lang duren. Binnenkort zorgt iemand er vast voor dat die bel niet meer werkt.’

Bruin café
Ineens valt de regen met bakken uit de lucht. Op naar De Zon, een klassiek bruin café met een achterzaal voor feesten en partijen. Toen Bert Kisjes met pensioen ging en Sonnevanck een nieuwe eigenaar kreeg, vonden de stamgasten hier een nieuw onderkomen. Inmiddels rijst er een nieuw probleem: de eigenaren van De Zon willen graag met pensioen.
‘Veel mensen organiseren hier vergaderingen, repetities, en al dan niet spontane voorstellingen’, vertelt Jacky de Vries (52), bestuurslid van SaWaZ, en in het dagelijkse leven hoofd Nieuws van RTV Noord-Holland. ‘Als een nieuwe café-eigenaar andere plannen heeft, is dat een verlies voor de hele gemeenschap. Daarom willen we als dorp samen De Zon kopen.’ De inzamelingsactie leverde al twee ton op. Een opgerichte stichting moet het ideële concept bewaken.
‘Elk idee heeft een plek nodig’, vult Merei aan. ‘Bert was visionair, in Sonnevanck kregen zijn ideeën gestalte. Inmiddels is De Zon zo’n vrijplaats en we willen dat dat dat zo blijft. Onze gedachten en creativiteit moeten ergens samen kunnen komen.’
‘Samen’ is een sleutelbegrip in Wijk aan Zee. Ik vraag Jan de Wildt (80), die hier al in 1966 kwam wonen, hoe hij dat ziet. Ik dicht hem een professionele kijk op samenlevingen toe, omdat hij vroeger gemeentesecretaris was van Beverwijk en Zaanstad, en bestuurders en ambtenaren heeft getraind. Jan: ‘Wijk aan Zeeërs voelen zich nauw met elkaar verbonden, maar toch gaat iedereen vooral zijn eigen gang. Echt samen is het niet, niet dat er strikte tweedelingen zijn, het lijkt meer los zand. Sommige clubjes kom je moeilijk tussen. Wat de een organiseert, bemoeit de ander zich niet mee, en andersom. Er gebeurt hier van alles naast en door elkaar.’

Prettig leven
Behalve SaWaZ waakt ook de Dorpsraad over de leefbaarheid. Die kiest de meer formele weg, denk aan afspraken met de gemeente, inspraakprocedures en bestemmingsplannen. Bewoners kiezen de dorpsraadsleden, vergaderingen zijn openbaar, notulen staan op internet.
Hans Dellevoet (56), gezagvoerder bij KLM, is lid van de raad: ‘Leefbaarheid is een breed begrip, ze gaat over wonen, de bevolkingssamenstelling, het strand. Over alles wat bij prettig leven hoort, dus ook over schone lucht, schoon water en stilte. Het is belangrijk dat de toegestane normen gehandhaafd blijven. Daar moet men zich aan houden.’
Hans geeft voorbeelden van onderwerpen waar de raad zich mee bezighoudt, zoals de 600 à 700 Poolse arbeidsmigranten die hier wonen. Hans: ‘Ons dorp raakt hierdoor op een gegeven moment overbelast.’ Ook de herontwikkeling van revalidatiecentrum Heliomare (sinds 1906), waarbij grond vrijkomt waar misschien woningen kunnen komen. Verder is er de Roompot-kwestie: de vakantieparkenexploitant die inmiddels al enkele tientallen strandhuisjes langs de kust heeft opgekocht.

Dit heb ik geleerd door zelf in een dorp te wonen, en in een kroeg te leven. Daar heb je overzicht.

Hans: ‘Heb je al gehoord over het transformatorstation dat hoogspanningsnetbeheerder Tennet langs de toegangsweg bouwt? Er zou een ‘stationnetje’ komen, maar met ruim 13 hectare en een hoogte van 13 meter wordt dit het grootste van Nederland. Verschillende windparken op de Noordzee worden erop aangesloten. We vrezen een bromtoon, laagfrequent geluid dat door de gevels gaat en mensen ziek kan maken. Misschien geeft het ook elektromagnetische velden. Natuurlijk, energie moet geleverd worden, daar moet je wat voor over hebben, maar er wordt hier wel veel van bewoners gevraagd’

En dan komt het gesprek tóch op Tata Steel. Hans: ‘Wat de Dorpsraad betreft, een hoofdpijndossier. De overheid heeft haar burgers onvoldoende in bescherming genomen en vernieuwingen zijn veel te lang achterwege gebleven. Hierover hebben we binnen de -raad de nodige discussies gevoerd. Toch waren we vrijwel unaniem — er was één onthouding — dat we ons bij de aangifte wilden aansluiten.’

Jan de Wildt begrijpt daar niets van. ‘Voorlopig wil ik niet meer met de Dorpsraad te maken hebben’, stelt hij. ‘Dat ze zich hebben verbonden aan een strafzaak tegen Tata, deed voor mij de deur dicht. Ik woon hier al 55 jaar met veel plezier en geluk. Qua milieu zijn we er in de afgelopen jaren juist enorm op vooruitgegaan. Daar is geen oog voor. Ik ben ook kritisch op Tata, maar op een andere manier. Je moet er iets positiefs tegenoverstellen. In de rechtbank praat je niet meer met elkaar. We moeten er met elkaar uitkomen.’

Bonus
De loyaliteit aan de staalfabriek is groot in de IJmond. Volgens velen is ze een goede werkgever — de ruim achtduizend werknemers krijgen dit jaar een bonus van drie maanden salaris. Ook om de economische betekenis heeft ze veel goodwill. Tata is als een tanker, zeggen veel Wijk aan Zeeërs, die verander je niet in een paar dagen van koers. Ella de Jong, uitbaatster — ‘ik verhuur gastvrijheid’ — van eethuis Be my Guest: ‘Ik word er wel gaar van dat iedereen er steeds over begint. Het is heel anders als je hier woont. Je kunt niet verwachten dat het morgen allemaal anders is. Tata is hard bezig met innovatie, maar het blijft een staalfabriek, die wordt nooit schoon. Ik vertik het om dit soort kwesties mijn leefplezier te laten vergallen.’

Merei: ‘Ik schat dat 80 procent van de bewoners hier over Tata een neutraal standpunt heeft. We gaan absoluut niet rollend over straat. Bedenk wel, Tata zijn we zelf. Het bedrijf is een uitvloeisel van wat de samenleving wil. We hebben allemaal een auto voor de deur, waar komt dat staal vandaan? Tegen Tata moet je niet strijden, maar mee in gesprek gaan.’

Duivels dilemma
Sanne Walvisch (44), bestuurslid van stichting Frisse Wind die aangifte deed tegen Tata, woont sinds acht jaar met haar gezin in Wijk aan Zee. Sanne: ‘Uit onderzoek weten we dat hier 27 procent meer kans is op longkanker. Als je problemen met je gezondheid hebt, gelukkig maar. Zelf heb ik last van acute klachten, zoals hoofdpijn en een dikke keel als ik wakker word. Nee, we gaan niet weg’, antwoordt ze desgevraagd. ‘Dat is het tegenstrijdige. Wijk aan Zee is een fantastisch dorp, met strand en duinen, de seizoenen dichtbij, en een bijzondere gemeenschap, waar ik geen vijandigheid van ervaar. Maar het blijft een duivels dilemma waar we dagelijks mee opstaan. Daarom heb ik anderhalf jaar geleden besloten te vechten en niet te vluchten.’

Onderlinge verhoudingen zijn het állerbelangrijkste voor de mens.

Nog even bel ik met Bert. ‘De problemen in deze wereld gaan niet over Tata’, vertelt hij, ‘maar over de economie die nooit genoeg heeft.’ Bert: ‘We kunnen het helemaal niet meer bevatten. We leven niet globaal, maar op een klein gebiedje. Ons leven is klein, en het aantal mensen dat op onze begrafenis komt is betrekkelijk. We overdrijven vaak enorm, omdat we ergens toch geen idee van hebben. Daarom moeten we weer terug naar overzichtelijke.’
Dat er in Wijk aan Zee nu onenigheden over Tata zijn, maakt Bert zich geen zorgen over. ‘Ruzie op zijn tijd is helemaal niet erg. Iedereen staat even op scherp en daarna ontstaan er weer mooie nieuwe dingen.’

Bus
‘SaWaZ probeert groepen met elkaar te verbinden. Helaas loopt de kritiek op Tata daar nu dwars doorheen’, verzucht Jacky. ‘Overheden en bedrijven hebben de neiging het kleine onbelangrijk te vinden. “Desnoods verplaatsen we het dorp”, was zelfs ooit een voorstel voor Wijk aan Zee.
Aangewakkerd door Bert is hier een laboratorium van sociale en culturele projecten ontstaan. Bewoners lieten zien dat het hier mooi is, en dachten met elkaar na over oplossingen voor problemen. Want je kunt een baggerdepot tegenhouden, de kwestie vervuilde slib los je daarmee niet op. Wijk aan Zee liep daarmee voorop en dit willen we weer nieuw leven inblazen. Door De Zon te kopen, en misschien een eigen woningcorporatie op te richten. Binnenkort gaan we met een bus naar een aantal dorpen in Nederland waar dat al is gelukt.’

Jacky, ten slotte: ‘Door mee te doen word je mede-eigenaar van wat er gebeurt. Ik hield nooit zo van dit soort ideeën, maar dit inzicht heeft mijn leven echt veranderd. Het heeft me zelfs een intens gelukkig mens gemaakt.’
Hij vervolgt: ‘Het zal niet overal lukken om de menselijke maat terug te vinden. Ook in Wijk aan Zee niet in alle gevallen. Wel hoop ik dat we blijven vertrouwen dat we samen dingen tot stand kunnen brengen. Daarvoor moeten we met elkaar dingen blijven doen. En dus ook De Zon behouden voor het dorp, een kroeg waar aan de bar gekke ideeën zullen ontstaan.’

NASCHRIFT

CIJFERS WIJK AAN ZEE
Eind jaren 30 werden de dorpen Wijk aan Zee en Wijk aan Duin samengevoegd met de stad Beverwijk. Met als afgelegen gebied behield Wijk aan Zee zijn eigen gezicht en omvang. Afgelopen jaar telde het 2.175 inwoners: 1145 mannen en 1030 vrouwen. Er zijn 245 kinderen tot 15 jaar; 480 65-plussers.
Buiten de officiële cijfers, zijn er veel mensen die ‘tijdelijk’, of in deeltijd in Wijk aan Zee wonen, zoals mensen met een andere woonplaats, die hier een huis huren. Ook zijn de paar honderd Oost-Europese arbeidsmigranten niet ingeschreven.
Hoewel Wijk aan Zee 459 hectare groot is, beslaat het dorp feitelijk maar 167 hectare (1,67 km2). De rest (2/3) van het dorp is Tata-terrein (292 ha.). Een rondje om het bebouwde dorp is 5,3 kilometer.

TATA STEEL
Staalfabrikant Tata Steel belooft voor 2030 enkele oude fabrieken uit te schakelen en nieuwe te bouwen die op waterstof draaien. De ‘stad Tata’ bestaat echter uit veel fabrieken waar uiteenlopende processen plaatsvinden, waaraan een woud aan vergunningen en bepalingen hangen.
Eind mei kwam het bericht naar buiten dat enkele verouderde fabrieken met ernstige mankementen niet hoeven te voldoen aan de strengste Europese normen voor de uitstoot van schadelijke stoffen. Dit als gevolg van vergunningen die al langer geleden zijn afgegeven. Wel is het geurbesluit vernieuwd: de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied heeft besloten dat Tata Steel de stank verder moet terugdringen en dat het geen tien, maar vijf jaar de tijd krijgt om dit door te voeren.
Het Noordhollands Dagblad bericht op 25 mei dat de Indiase Tata Steel Group zich, ondanks rechtszaken tegen zijn onderdeel en zijn bestuurders in IJmuiden, garant stelt voor de overgang op schonere staalproductie met waterstof. Van verkoop van IJmuiden is geen sprake.

DESTIJDS IN HET NIEUWS
Tocht van elf dwaze plannen (Leeuwarder Courant – 4 juli 1994)
‘In het weekeinde van 9 tot en met 11 september houdt het actiecomité Het Dwaze Plan een protestkaravaan langs elf dwaze plannen. Met een knipoog naar de Elfstedentocht is deze trip de Elf Dwaze Plannen-tocht gedoopt. De karavaan die al deze plannen gaat verbinden, start waarschijnlijk in Havelte en eindigt in Wijk aan Zee. In dit dorp, waar het idee voor de Dwaze-Plannen-Tocht geboren werd, vecht de actiegroep Laat de Kust met Rust al vijf jaar tegen de berging van slib op het strand.’

Gaat de ‘duinroos onder de badplaatsen’ in de verkoop? (Het Parool, 24 april 1989) ‘Rijkswaterstaat wil ter hoogte van Hoogovens een stukje zee inpolderen. Op het nieuwe land, dat eerst wordt opgespoten met vier miljoen ton verontreinigd slib, zouden vier elektriciteitscentrales gebouwd moeten worden … Er wordt al een koopprijs van iets meer dan een miljard gulden genoemd.’

Koningen geschaakt (Algemeen Dagblad, 26 januari 1990) ‘De actiegroep “Ministerie van Defensie Wijk aan Zee” heeft in de nacht van woensdag op donderdag 180 witte koningen ontvreemd uit de zalen waarin het Hoogovens-schaaktoernooi wordt gespeeld. De groep verzet zich tegen het ‘kustplan’ dat voorziet in de bouw van woningen en een bungalowpark aan de kust van Wijk aan Zee. Volgens de actiegroep wordt het milieu op onaanvaardbare wijze aangetast door de uitvoering van het plan.’

Mijn gekozen waardering € -