Inzicht in Iran: een ondoordringbaar bolwerk tussen West en Oost

Om de positie van Iran in het Midden-Oosten goed te begrijpen, moet men niet alleen naar de religie, binnenlandse zaken of ingewikkelde buitenlandse politiek kijken, maar gewoon naar de topografie en geschiedenis.

Iran als bergfort

Om de positie van Iran in het Midden-Oosten goed te begrijpen, moet men niet alleen naar de religie, binnenlandse zaken of ingewikkelde buitenlandse politiek kijken, maar gewoon naar de topografie en geschiedenis. Een eenvoudige blik op de kaart toont al snel een aantal belangrijke feiten over het land. Iran is een zeer groot land, het meet 1.684.000 vierkante kilometer, en is dus groter dan heel West-Europa samen. Het is ook erg bergachtig, met bergketens en een oceaan als grenzen. Het Zagros gebergte loopt 900 kilometer lang van de noordwestelijke grens met Turkije en Armenië naar het zuidoosten, naar de Straat van Hormuz en de grootste havenstad Bandar Abbas. In het noorden strekt het Alborzgebergte zich uit van de grens met Azerbeidzjan, langs de Kaspische zee tot aan de Afghaanse grens in het oosten, en vormt het een buffer voor de Karakum-woestijn van Turkmenistan. Minder hoge bergen slingeren dan langs de Afghaanse en Pakistaanse grens naar beneden op de kaart, bijna tot aan de Golf van Oman. De Iraniërs zelf zijn in feite bergbewoners. Het grootste deel van de 70 miljoen inwoners woont immers in de bergen, en zelfs de hoofdstad Teheran ligt in de heuvels, aan de voet van de machtige Alborz.

Het Iraanse vlakke binnenland is nauwelijks bewoond. Het bestaat uit twee woestijnplateaus, de Dasht-e Kavir en de Dasht-e Lut, die bestaan uit zout- en modderlagen waar men gemakkelijk doorheen zakt en dus vrijwel onbewoonbaar zijn. Maar aan de westkant, precies tussen het Zagrosgebergte en de twee vlaktes, vormt het landschap een natuurlijke brug tussen de Perzische golf in het zuiden en de Kaspische zee in het noorden. Iran vormt ook een brug tussen het Indiase subcontinent en de Middellandse Zee, van Oost naar West. Het is een defensief bolwerk, de bergen en de woestenij maken het bijna onmogelijk om het met tanks en soldaten land te veroveren.

Demografie en etnische onenigheid

Iran is met haar uiterst strategische positie, die Noord en Zuid, en West met Oost verbindt, en haar grote oliereserves, altijd al een aantrekkelijke locatie geweest voor buitenlandse grootmachten. Terwijl het landschap het militair haast onmogelijk maakt om het te veroveren, maakt de zeer diverse demografie het gemakkelijk om de binnenlandse politiek te manipuleren. Iets wat we vaak zien in bergachtige gebieden, hebben de Iraanse etnische en nationale groepen hun eigen karakter en kenmerken weten te behouden door de tijd. Het land is ook religieus verdeeld tussen de dominante sjiieten en de soennietische minderheid, die zich in drie gebieden van het land bevinden – het noordoosten, het noordwesten en het zuidoosten. Elke buitenlandse macht die geïnteresseerd is in Iran zal proberen deze etno-religieuze groepen te manipuleren om zodanig de macht van de centrale overheid te ondermijnen. Zo heeft elke Iraanse regering, ondoordringbaar maar kwetsbaar voor manipulatie als het land is, de behouding van de interne integriteit van het land tegen separatistische groepen als haar voornaamste doel in ogen genomen.

Hedendaagse mogendheden die proberen Iran te controleren of omver te werpen, hebben dit dan ook geprobeerd door etnische of religieuze verschillen tussen de diverse groepen in het land te stimuleren. Dit blijkt uit de bestudering van de geschiedenis van het land.

Saddam Hoessein ontdekte al snel dat een directe aanval door het Zagrosgebergte, die de grens tussen Irak en Iran vormt, in 1980 helemaal niet haalbaar was. Maar de Britse kolonialisten, die geïnteresseerd waren in Iran als een tussenstop naar India, wisten de interne politieke verdeeldheid in Iran te manipuleren, net als de Sovjets, en daarmee verloor Iran tijdens de Tweede Wereldoorlog vrijwel zijn nationale soevereiniteit. De zienswijze van de hedendaagse Iraanse regering omtrent de Verenigde Staten is niet alleen die van ‘ideologische vijandigheid’, maar vooral ook dat de VS de voormalige rol van imperialistisch Groot-Brittannië heeft overgenomen, door haar huidige positie in Irak te gebruiken om de Iraanse politiek te manipuleren en door het zaaien van interne onenigheid het ‘regime’ omver wil werpen.

Historisch gezien zijn de Iraniërs ook terecht bezorgd om de Russische manipulatie geweest, en dan vooral manipulatie door de Britten en de Russen via Afghanistan. De Iraniërs hebben dus het recht om aan te nemen dat de voortdurende Amerikaanse bezetting van Afghanistan helemaal niet te maken heeft met ‘vrijheid en democratie’ of ‘het redden van het Afghaanse volk van de radicale Taliban’, maar in feite een strategie is om de omgeving van Iran te kunnen controleren, iets wat ze in het naburige Pakistan niet langdurig is gelukt. In het zuidoosten, in het Iraanse Balochistan, hebben zowel de Amerikanen als Arabische regimes verschillende separatistische bewegingen gesteund, waarbij ze de etnische en religieuze diversiteit van de lokale bevolking uitbuitten. Zij hebben dit ook gedaan bij de Arabische bevolking van de provincie Khuzestan, aan het noordelijke uiteinde van de Perzische Golf. En het meest succesvol zijn de vijanden van Iran geweest in het manipuleren van de Koerden in het noordwesten van Iran, door steun te verlenen aan een palet van seperatistische organisaties en het voeden van de droom voor een onafhankelijk Koerdistan. Andere bewijzen suggereren dat de Amerikanen en Saoedi’s hebben geprobeerd om Azerbeidzjan te gebruiken als lanceerplatform om onenigheid te zaaien onder de Iraanse Azeri’s in het noordwestelijke deel van het land, iets wat ook de pan-Turkisten meer recentelijk hebben geprobeerd.

 

 

De ‘As van het Verzet’ als tegenstrategie

Om deze manipulatiepogingen van haar vijanden tegen te gaan, heeft Iran niet alleen een complex inlichtingenapparaat op Iraanse bodem gevormd, maar heeft het ook geprobeerd haar eigen allianties in de omgeving te vormen en dusdanig de invloed van haar vijanden in de regio te verminderen. Het heeft getracht een ‘sjiitische sikkel’ te vestigen in de conceptueel sikkelvormige regio van het Midden-Oosten, waar de meerderheid van de bevolking sjiieten zijn of waar een sterke sjiitische minderheid aanwezig is. De beroemdste alliantie in deze sikkel wordt vaak ‘the Axis of Resistance’ ofwel ‘de As van het Verzet’ genoemd. In de afgelopen tien jaar is deze term uitgegroeid tot een aanduiding van gebieden die onder Iraanse invloed staan. Gebieden die deel uitmaken van deze sjiitische sikkel zijn Libanon, Syrië, Bahrein, Irak, Iran, Azerbeidzjan, Jemen en West-Afghanistan.

Door deze antikolonialistische beïnvloedingsstrategie te ontwikkelen, wint Iran in feite de oorlog om het Midden-Oosten. Hoewel het land wellicht niet in staat is haar vijanden openlijk militair te confronteren, heeft het de balans in de regio in zijn voordeel doen omslaan, door een soevereine capaciteit te ontwikkelen om de feitelijke oorlogsvoering via derden te voeren. Het doet dit door middel van assymetrische oorlogsvoering via niet-overheidspartners, in plaats van zich te beperken tot het bombarderen van haar vijanden of het voeren van traditionele staat-tegen-staat oorlogen. De wreedheden van de bezetters in de regio hebben de invloed van Teheran alleen maar aangesterkt. Iran is dan ook door de gemeenschappelijk haat voor de Westerse bezetters, de belangrijkste speler in een mozaïek van lokale en regionale facties geworden. En in feite is deze positie als verzetsleider voor Iran van grotere strategische waarde dan raketten, de eigen strijdkrachten, of zelfs de mogelijke ontwikkeling van kernwapens.

Iran heeft haar identiteit in de regio gevormd door haar bondgenoten tot het einde toe te verdedigen, zich vast te bijten in haar weinige allianties, en het verhaal van het verzet telkens te herhalen. Een grote factor in Iran’s succes is mijns inziens haar strategie ten opzichte van buitenlandse bezetters. Iran heeft nooit geprobeerd de soevereiniteit van een ander land te schaden of een land te bezetten. In plaats daarvan heeft het samenwerkingen nagestreefd met “de zwakken en de onderdrukten”. Door dit te doen, heeft het niet alleen getracht groepen die de Iraanse staatsreligie of anti-imperialistische ideologie delen in te lijven, maar heeft het letterlijk een beschermende cocon om haar grenzen gevormd in een gebied dat telkens weer door buitenlandse grootmachten ingevallen wordt.

Het is maar al te duidelijk dat Iran succesvol is geweest in deze strategie, want haar vijanden durven alleen maar Iraanse schaakstukken of bondschappen aan te vallen (zie bijvoorbeeld de moord op generaal Qassem Soleimani en de moord op de Iraanse wetenschapper Fakhrizade), in plaats van Iran aan te vallen op Iraans grondgebied.

Iran, tenmidden sancties en nieuwe strategische economische partnerschappen

Het is bijna drie jaar geleden dat de Amerikaanse president Trump de nucleaire overeenkomst van 2015 heeft verlaten, precies die overeenkomst waardoor Iraanse nucleaire activiteiten werden teruggedraaid en onder het strengste internationale inspectieregime werden geplaatst dat ooit is toegepast. Er gaat geen maand voorbij zonder nieuwe sancties, maar toch zal Trump’s ‘maximale druk’ campagne Iran niet doen zwichten. Zonder twijfel brengt het ‘maximale druk’-beleid Iran aanzienlijke economische schade toe. De Iraanse munt heeft twee derde van zijn waarde verloren, aangezien de olie-export met meer dan de helft is gedaald, en zal waarschijnlijk nog verder dalen. De burgers in het land lijden enorm onder deze sancties, maar het doctrine ‘overleven en verzetten’ heeft Iran op de been gehouden.

Iran heeft namelijk de afgelopen vier decennia wel geleerd zelfvoorzienend te zijn, en hoewel de Iraanse geografie niet leent voor grote binnenlandse industriële expansie, heeft het land voortdurend gezocht naar nieuwe mogelijkheden en alternatieve partnerschappen in de regio. Iran, dat gebukt gaat onder sancties en een vreselijke uitbraak van het coronavirus, heeft zich naar het Oosten, naar China gewend voor economische en militaire steun. De dalende Iraanse olieprijzen hebben China verleid tot slimme alternatieven voor goedkopere energiebronnen, en dan wel op een manier die de Verenigde Staten vaak tracht te ondermijnen. Zo heeft het Amerikaanse ministerie van Financiën vorig jaar ten minste twee keer Chinese bedrijven gesanctioneerd voor het zakendoen met Iran.

In 2020 bleek uit een gelekt document dat er een strategisch partnerschap voor 25 jaar zou worden gesloten tussen beide landen, waarbij China zou investeren in Iraanse infrastructuur, transport en zeehavens, en in ruil daarvoor zou Iran een sterk afgeprijsde regelmatige levering van olie verzorgen. Het jaar daarvoor had Iran het door Xi Jinping ondertekende ‘One Belt One Road’-plan ondertekend, waardoor Iran een sleutelrol speelt in de Chinese race naar de top van de economische wereldorde. Iran en China zijn dan ook momenteel hard bezig met de renovatie van spoorwegen om Ürümqi in de autonome Oeigoerse regio van China te verbinden met Teheran, en om Kazachstan, Kirgizië, Oezbekistan en Turkmenistan allemaal met elkaar te verbinden. Deze ‘nieuwe zijderoute’ zal het transport door Azië aantrekkelijker en veel sneller maken dan het transport via zee.

De regeringen van Turkije, Iran en Pakistan hebben ook aangekondigd dat ze dit jaar een transnationale spoorverbinding tussen Istanbul, Teheran en Islamabad nieuw leven zullen inblazen. Het ITI transnationaal spoor zal de connectiviteit met China’s ‘Belt and Road Initiative’ verbeteren door een spoorverbinding tussen China en Turkije aan te bieden. Door de spoorlijn uit te breiden naar Turkije, positioneert Iran zich als een belangrijk vervoersknooppunt en vormt het een brug tussen het Westen en het Oosten, zoals het in de geschiedenis altijd al is geweest. Het is ook een handige manier om sancties te vermijden, aangezien de ECO-landen op deze alternatieve handelsroute hun handelsbetrekkingen in lokale valuta bedrijven en dus minder last zullen hebben van Amerikaanse sancties in de omgang met Iran.

Door Iran zwaar te sanctioneren heeft de VS zichzelf eigenlijk meer schade berokkend dan Iran, omdat ze Iran daardoor in de armen van de Amerikaanse rivalen China en Rusland hebben gedreven, zonder dat daar iets voor tegenover stond. Iran heeft sinds lange tijd aardgas geëxporteerd naar Turkije, Irak en Armenië, maar door de sancties van de VS zijn Turkije en Armenië op zoek gegaan naar alternatieven voor de levering van gas. Maar Iran heeft daarmee alleen dat enkele gevecht verloren, maar samen met China en Rusland, heeft het de VS verslagen in de grotere “pijplijnenoorlog”. Rusland, Iran en Turkmenistan hebben respectievelijk de grootste, op één na grootste en op drie na grootste gasreserves ter wereld en China zal in deze eeuw bij uitstek de grootste gasconsument zijn. Samen met de ECO-landen hebben deze partners de pijpleidingverbindingen door de Kaukasus en Centraal-Azië nieuw leven ingeblazen – en zijn zij van plan om nog veel meer pijpleidingverbindingen tot stand te brengen, waardoor de regionale doelstellingen van de VS hevig worden ondermijnd.

Zelfs als het gaat om het COVID-19-vaccin, heeft Iran geweigerd om met haar vijanden samen te werken. Vaccins die door de VS en het Verenigd Koninkrijk worden geproduceerd, zullen de toegang tot Iran worden ontzegd, zo heeft de hoogste leider van Iran gisteren gezegd. “De invoer van Amerikaanse en Britse vaccins in het land is verboden. Ze zijn volledig onbetrouwbaar”, zei Ayatollah Ali Khamenei in een live televisietoespraak. “Het is niet onwaarschijnlijk dat ze andere landen willen besmetten.”

Het land heeft zijn eigen vaccin ontwikkeld, dat momenteel wordt getest. De staatsmedia hebben ook gemeld dat Iran uiteindelijk een miljoen vaccindoses uit China, en misschien ook uit Rusland, zal ontvangen.

De toekomstige Iraanse strategie van de VS

Wat het economische schaakspel betreft, hebben de Verenigde Staten tijdens de Trump-administratie grote verliezen aan Rusland en China geleden. Zowel Rusland als China hebben bewezen betrouwbare toekomstige partners te zijn voor Iran, dat als direct gevolg van de Amerikaanse sancties in hun armen is geduwd. De groeiende partnerschappen van Iran met China en Rusland tonen aan dat Iran in staat is om verder te groeien dan haar militaire partnerschappen in het Midden-Oosten, de sjiitische sikkel, en misschien zelfs een belangrijke speler in de wereld zal worden in de volgende decennia. Het Westen kan immers de rest van de wereld niet voor altijd verbieden handel te drijven met Iran, omdat het land nu eenmaal enorme natuurreserves heeft en zich in een zeer geostrategische positie bevindt.

Omdat het bang is voor de steeds groeiende Iraanse invloed in de regio, zullen de Amerikanen niet snel het Midden-Oosten verlaten. Ze kunnen de Iraanse invloed ook niet tegengaan, want elke poging om dat te doen heeft een terugslag gehad. Het doden van generaal Qassem Soleimani heeft de gevoelens van de ‘Iraanse vrienden van het verzet’ alleen maar versterkt. Een totale militaire confrontatie met Iran is ook veel te riskant voor haar vijanden, want Iran heeft zich enorm ingespannen voor de ontwikkeling van langeafstandswapens die veel schade en verlies aan mensenlevens aan het thuisfront kunnen veroorzaken. Iran is bepaald geen land dat bij de geringste aanval zal capituleren, en kan zichzelf ook prima tegen een inval verdedigen.

Toch zullen de vijanden van Iran zich in de nabije toekomst nog meer richten op de vele Iraanse minderheden, en de gewapende oppositie, om Iran van binnenuit schade toe te brengen. Zij zullen deze groeperingen nog meer dan voorheen financieren, bewapenen en trainen. Anti-Iraanse denktanks en propagandamachines zullen steeds meer worden gestimuleerd in een poging om volksopstanden aan te wakkeren. Dit is een patroon dat we al eerder hebben gezien in Syrië, Libië en verschillende andere landen, en dat mag Iran ook niet onderschatten.

 

Mijn gekozen waardering € -

Hedwig is een zeventalige Belgische auteur. Zij vertoeft graag in het Midden-Oosten en brengt daar verslag van de huidige stand van zaken. Haar favoriete onderwerpen zijn dan ook Iran, Syrië, en de Koerdische kwestie. Daarnaast schrijft Hedwig over allerhande onderwerpen die zij zelf interessant of bizar vindt. Denk daarbij aan kwesties in de Europese politiek, geschiedenis en True Crime.

Naast de gebruikelijk Europese talen (Nederlands/Frans/Engels/Duits), spreekt Hedwig vloeiend Turks, Koerdisch en Perzisch. Momenteel verdiept zij zich ook in de Arabische taal.

Je kunt haar e-mailen en terug vinden op twitter. Ze schrijft sporadisch over de verschillende Koerdische partijen op haar eigen engelstalige blog.