Hoe hard Arnhem zich ook wil profileren als modestad: er is maar een modestad en dat is Parijs. En London en Milaan in een ander segment. Dat zegt Kris Achten accountmanager creatieve economie van de gemeente Antwerpen in een film van de Arnhemse oud-modeacademiestudent en filmer Serif Kurtdaylar. ‘Voor ik naar Arnhem kwam had ik nog nooit gehoord dat Arnhem een modestad zou zijn. Ik heb gehoord van de modebiënnale en een opleiding van ArtEz, maar niet van de modebusiness.’
Nergens anders
Antwerpen zet zichzelf neer als stad met mode die je nergens anders kunt kopen. Er zijn experimenten. Achten: ‘We hebben in Antwerpen de mode afgestemd op wat er al is in de stad.’ Zoals Rubens en de diamanten. Antwerpen zet zich neer als stad met mode die je nergens anders haalt. Achten: ‘Wat Arnhem zou kunnen helpen is dat er een soort Arnhemse zes zou zijn, analoog aan de Antwerpse zes, Dirk Bikkembergs, Ann Demeulemeester, Walter van Beirendonck, Dries van Noten, Dirk van Saene en Marina Yee.
Tegelijk ziet Arnhemmer Chris Zeevenhooven tijdens een werkbezoek over modebusiness aan Antwerpen parallellen. De stad aan de Rijn die onder anderen Viktor en Rolf voortbracht, zou de Steenstraat kunnen ontwikkelen tot aanloopstraat naar het Modekwartier in Klarendal, met modelabels, naar het Antwerpse voorbeeld in de Nationalestraat. Op die manier is er mogelijk meer modebusiness te genereren. Dat zou een doorontwikeling en uitbreiding betekenen van het Modekwartier waaraan sinds 2000 gewerkt wordt.
Voor de film van Serif Kurtdaylar klikt u hier.
