Morele chantage

Wat doe je als journalist als je tussen drie, vier vuren zit? Als je een interview wilt plaatsen wat als consequentie kan hebben dat iemand wordt ontslagen en/of een mooi sportief en sociaal-maatschappelijk project de nek om wordt gedraaid?

Laat je dan je hart spreken en bescherm je de klokkenluider, alsmede het bewuste project, of doe je je journalistieke plicht en plaats je het interview?

Aan het einde van het jaar besloot ik als hoofd sport van de oudste en grootste Nederlandstalige krant van Curaçao, de Amigoe,  een interview te doen met de technisch directeur van de Curaçaose voetbalbond FFK, Etienne Siliee. Daar was voldoende aanleiding voor in mijn ogen, want Curaçao had in 2015 een dure, doch mislukte WK-kwalificatie achter de rug én het totale voetbal op Curaçao is – in mijn ogen – toe aan een grondige evaluatie.

Er klopt te veel niet. Bijvoorbeeld: er wordt ‘betaald voetbal’ gespeeld voor een paar honderd toeschouwers, maar ‘in de wijk’ wordt er nauwelijks nog gevoetbald wegens een gebrek aan kader (organisatoren en trainers), accommodatie en materiaal. Een voetbalbolwerk als Boca Samí ligt totaal op zijn gat en in de wijk Stenen Koraal probeert David Heycoop op vrijwillige basis verwoed om de kinderen van de straat en aan het voetballen te krijgen. Hulp krijgt hij nauwelijks bij dit nobele streven. Dáár ligt de taak van de voetbalbond. Het faciliteren van de voetbalsport. Dus zorgen dat er gevoetbald kan worden: technisch kader, accommodatie en materiaal.

Piramide
In het interview dat ik half december met Etienne Siliee had, erkende hij dat. Hij beseft dat er aan de basis van de voetbalpiramide gewerkt moet gaan worden. Want zonder goede basis zal de top van de piramide altijd blijven wankelen. Een nationale ploeg bijeen roepen voor een WK-kwalificatie, een dure trainer ervoor zetten die een paar dagen voor de eerste kwalificatiewedstrijd aan de slag gaat met zijn spelers, het werkt niet. Dat bleek al in 2004 met Pim Verbeek, in 2008 met Leen Looyen, in 2011 met Manuel Bilches en in 2015 met Patrick Kluivert. Het kwartje blijkt te zijn gevallen. Siliee wil nu graag structureel gaan werken met een vaste ploeg en een vaste staf die zich vanaf dit jaar al gaan voorbereiden op de kwalificatie voor het wereldkampioenschap van 2022.
In hetzelfde interview liet Siliee zijn licht schijnen over de staat van het Curaçaose voetbal. Omdat zijn verhaal over de kwalificatie met Kluivert al een vrij lijvig stuk werd, besloot ik het verhaal-Siliee in tweeën te knippen. Een deel over de kwalificatie, een deel over de huidige staat en de toekomst van het voetbal op Curaçao. Siliee bleek daar een goed overdachte mening over te hebben. Een mening die hij verpakt in een plan van aanpak, waarvan hij hoopt dat het bestuur van de FFK het goedkeurt en er dus uitvoering aan gegeven kan (en móet) gaan worden. Daarover in een later stadium meer.

Academy
Siliee plaatste tijdens het interview ook een paar kanttekeningen bij de Curaçao Soccer Academy (CSA). Die CSA is (meer dan) een voetbalschool waar de grootste talenten van Curaçao vier keer in de week terecht kunnen. De voetballertjes worden opgehaald bij school, gaan naar de accommodatie van de FFK, krijgen te eten, doen onder begeleiding hun huiswerk, krijgen waar nodig sociale vaardigheidstraining en psychische of sociale bijstand en trainen daarna onder leiding van gediplomeerde trainers.

Een prachtig initiatief dus, die Academy. Het wordt allemaal betaald door de stichting van Gregory Elias, de Fundashon Bon Intenshon, en dat nu al vijf jaar lang. Inmiddels zijn beide partijen, de CSA en FFK, aan het onderhandelen over een nieuw samenwerkingsconvenant. Een convenant dat – dit keer – wordt opgesteld door de directeur van de CSA, Hans van Elden, en moet worden goedgekeurd door de FFK.

Omdat het interview van Siliee wat puntjes van kritiek bevatte op de samenwerking met de CSA besloot ik, zoals het een goed journalist betaamt, om wederhoor toe te passen. Ik mailde de tekst van het artikel dan ook naar Gregory Elias, zodat hij daar namens de CSA een reactie op kon geven.
Tot mijn verbijstering ging het daarna helemaal los. Bij de CSA was men uitermate verbolgen over de kritiek die volledig onterecht en bezijden de waarheid zou zijn. In de krant reageren wilde men evenwel niet. Soit. Tot zover. De storm ging liggen en het leed leek geleden. Het interview zou komende zaterdag in de krant verschijnen. Later op de dag, afgelopen dinsdag, werd mij evenwel te verstaan gegeven dat indien ik het artikel zou plaatsen Siliee mogelijk ontslagen zou worden en/of de academie gesloten…

Pure chantage, zo vond ook de leiding van de Amigoe. Maar, zo vond men intern, het was mijn beslissing om al dan niet tot plaatsing over te gaan. Na veel – uitermate emotionele – praatsessies met diverse betrokkenen heb ik besloten om het interview niet te plaatsen. Ik wil niet verantwoordelijk zijn voor het ontslag van iemand, noch voor de sluiting van de Curaçao Soccer Academy.

Zo overkomt mij wat al vele collega’s op Curaçao is overkomen; we worden onder druk gezet om bepaalde zaken niet te publiceren. De media worden gewoon gecontroleerd op Curaçao. Iedereen heeft de mond vol over de persvrijheid en vrijheid van meningsuiting op Cuba, maar op Curaçao is het niet veel beter. Je draait hier alleen niet de bak in.

Ik ben me aan het bezinnen. Er klopt een heleboel niet in het voetbal op Curaçao, dat is een feit. En ik steek voor niemand mijn hand in het vuur, want iedereen heeft zo zijn eigen agenda, diverse belangen en tientallen petten. Het is een bende. Ik wil best proberen daar wat verandering in te brengen door zaken aan de grote klok te hangen, maar niet ten koste van kinderen.
Ik niet.

Mijn gekozen waardering € -