Pleegouders, de zonnetjes in huis

In 2016 opende het meldpunt Geweld in de Jeugdzorg en kwamen de verhalen over geweld in pleeggezinnen los. Niet dat die nieuw waren, ze gingen al decennia lang rond. Toen ik negen jaar oud was en in een pleeggezin verbleef, gingen dergelijke verhalen al rond. Over hoe erg het mis ging bij de disciplinering van kinderen. De Belangenvereniging Minderjarigen, opgericht in 1971, vroeg aandacht. Door bezettingsacties, zwartboeken. Het hielp niets.  Hoe jammer, dat er toen niets mee werd gedaan, het had zoveel leed kunnen voorkomen.

De Commissie De Winter tekende van een groot aantal melders gedurende  haar drie jaar durende onderzoek de trieste verhalen op. We lezen ze terug in het in 2019 verschenen  eindrapport,  getiteld “Onvoldoende Beschermd”. Jeugdzorg bood, uitsluitend onder druk van dit rapport, haar excuus aan voor zoveel gevallen van vaak stelselmatige en langdurige  kindermishandeling. Waarom hoorden wij hier niet eerder over?

Want als de eigen,  biologische ouders hun kind mishandelen of misbruiken lezen we in de krant over vervolging, justitie. En dan, aan het eind van zo’n artikel is daar meestal dat kleine onopvallende zinnetje “Het kind is in een pleeggezin geplaatst.”  Wat een opluchting. Eind goed al goed, toch?

Maar hoe is dat te rijmen met die duizend melders van de commissie De Winter? Wat nog maar het topje van de ijsberg zou zijn, het ging mogelijk om tienduizenden kinderen. Waarom lazen we nooit berichten over  pleegouders en jeugdleiders (M/V) die door justitie werden vervolgd? Zouden we niet duizenden berichten hebben moeten lezen over al die pleegouders en instellingen die vervolgd werden? Gold voor hen misschien een ander strafrecht?

Wie voor de instelling van de commissie De Winter aan jeugdzorg excuus of erkenning  vroeg voor alle geweld dat onder jeugdzorg plaatsvond, werd minachtend de deur uitgestuurd. Een ex – voogdij kind dat zomaar denkt ergens recht op te bezitten? Die dacht dat geweld tegen hem of haar werkelijk telde voor justitie?

Wie wilde opkomen voor zijn of haar in de doofpot gestopte zaak was een roepende in de woestijn. Hoe kon dat?

Geïdealiseerd beeld

Om pleegouders te werven moet je een goed verhaal hebben. Over warme harten, liefdevolle mensen en heel veel ruimte in gezinnen. En natuurlijk, het gaat gelukkig ook goed op veel plaatsen in pleegzorg. En voor al die pleegkinderen die dat meemaakten is dat een verrijking, om een toekomst te krijgen als het misliep in hun leven. Maar o wee, als het misgaat. Dan werd alles verdoezeld. Uit de boot gevallen kinderen telden niet. Pleegkinderen die een pleeggezin ontvluchtten vanwege bijvoorbeeld grof geweld of misbruik  zijn niet bepaald reclame voor een organisatie die eropuit is zoveel mogelijk pleegouders te werven voor de uithuisplaats- fabriek van jeugdzorg. Meisjes die seksueel misbruikt zijn belanden nog altijd in gesloten inrichtingen alsof zij het probleem zijn.

Pleegouders zijn  volgens jeugdzorg hard nodig. Opvallend is dan hoe in de media steeds uitsluitend positief over pleegouders wordt gesproken. De negatieve kanten blijven stelselmatig buiten beeld. Gelukkig loste het probleem zich voor jeugdzorg in veel gevallen vanzelf op. Kinderen uit totaal mislukte en ontwrichte pleeggezin- situaties pleegden zelfmoord.  Ze belandden in gevangenissen of inrichtingen, in TBS – klinieken. Raakten zwaar verslaafd,  leefden op straat, trokken zich terug, werden onzichtbaar voor de samenleving.  Zie je wel,  die asociale rotkinderen, die deugden toch al niet.

Voorlichting

Leven in een pleeggezin kan complex zijn. Voor de pleegouders, voor pleegkinderen. Zaken als onthechting, de band  en breuk met biologische ouders, vervreemding van familie, contact met broers en zussen. En dan ook problemen met vertrouwen, openheid, participatie, godsdienst, loyaliteit, trauma’s en erkenning om maar wat te noemen. Een kind kan op veel terreinen beschadigd zijn en pleegouders zijn geen psychologen. Eisen die aan pleegouders worden gesteld kunnen gewoon te hoog zijn, een kind kan soms beter af zijn in een instelling. Als het gaat om kennis en vooral inzicht is veel te winnen. Iemand die in pleegzorg beschadigd raakte weet als geen ander wat er mis is, hoe een pleegkind zich werkelijk voelt.

Hoe logisch zou het zijn, dat Pleegzorg Nederland zou leren van de grove fouten van weleer. Niet vanuit de situatie die altijd gold “wij weten het allemaal beter.” Want waar is jeugdzorg als het misgaat? Hoorden wij voor de instelling van de respectievelijke commissies Samson en De Winter ooit één excuus van jeugdzorg?

Hoe mooi was het, als slachtoffers van de jeugdzorg van toen zich nu samen met Pleegzorg Nederland konden inzetten voor een betere toekomst van de pleegkinderen van morgen.

Toekomst

Het was zelfs meer dan dat. Het zou uiteindelijk verzoenend kunnen werken. Voormalige vijanden die zich gezamenlijk inzetten voor de toekomst van kwetsbare kinderen.

Jeugdzorg blijft een zeer beladen term, als je als ouder of kind zoveel misstanden of geweld in de jeugdzorg meemaakte. Iets dat direct triggert, nare herinneringen geeft, diepe wonden oprakelt.
En ja, persoonlijk griezel ik alleen al van het woord pleegouder, pleegvader of pleegmoeder. Dit voelt direct als synoniem voor haat, geweld en ellende. Zou het niet mooi zijn dit beeld te veranderen? Een jeugdzorg die een gezamenlijke betrokkenheid toont en daarmee ook een nieuw perspectief biedt voor de slachtoffers die zij maakte?

Ervaringsdeskundige

Dus schreef ik, evenals sommige anderen die ook geweld in pleegzorg meemaakten, een brief aan Pleegzorg Nederland. Met de vraag of ik als ervaringsdeskundige voorlichting mocht geven. Om iets te kunnen doen met al die vreselijke ervaringen die in pleegzorg zijn meegemaakt. Iets positiefs te gaan doen met al dat negatieve. Een win- win situatie.

Hun antwoord verwachtte ik niet. Of, misschien toch wel. Ook anderen kregen dit antwoord.

“Nee, wij hebben niets met jou te maken! Wij hebben onze eigen ervaringsdeskundigen, die zijn door ons opgeleid en voldoen aan alle eisen. Dag,  jouw ervaringen interesseren ons verder totaal niet.”

Zelfs een gesprek hierover was onmogelijk. Voor Pleegzorg Nederland zijn de slachtoffers van jeugdzorg kennelijk nog altijd de onzinnige – bijzaak – rotzooi van hun mooie pleegfeestje. 

Propaganda

De vermomde wolf heeft helemaal niets te maken met de Commissie De Winter. Heeft niets te maken met een  eindrapport dat vernietigend was over haar rol in het leven van duizenden onschuldige, weerloze kinderen waar ze de volledige verantwoording voor droegen. De door henzelf opgeleide ervaringsdeskundigen blaten als makke schapen de propaganda voor Pleegzorg Nederland die zij willen horen. Niets op aarde is toch mooier dan pleegzorg? Pleegouders,  de zonnetjes in huis.

En weer groeien kinderen in jeugdzorg op, die achteraf denken: Hoe jammer, dat er toen niets mee werd gedaan, het had zoveel leed kunnen voorkomen.

Mijn gekozen waardering € -

Ik ben auteur van "Gepleegd", een uitgave van Tobi Vroegh te Amsterdam uit 2020, een jeugdervaringsverhaal waarin ik het systematisch geweld in de jeugdzorg beschreef dat ik meemaakte. Daarnaast schreef ik het boek "Hoe word ik Tim?" uitgave Pumbo, 2021, over de gevolgen van opgroeien in jeugdzorg.  Email: heijtingjasp@gmail.com