Postpunkers Wax Chattels: er schuilt schoonheid in de ruis

Het twitter account van Wax Chattels zegt het luid en duidelijk: “CLOT” IS OUT NOW! PLAY IT LOUD. Maar het nieuwe album van het Nieuw-Zeelandse noise- en postpunk trio is ook prima te genieten zonder dat meteen de kat en de buren in de gordijnen worden gejaagd.

Ze zeggen het zelf in een van de songs op ‘Clot’: ‘Less Is More’. Ze is Wax Chattels uit Auckland, Nieuw Zeeland, ofwel toetsenist en vocalist Peter Ruddell, bassiste en vocaliste Amanda Cheng en drummer Tom Leggett. Net als op hun titelloze debuut uit 2018 gebruikte Wax Chattels voor ‘Clot’ een minimum aan instrumentarium – basgitaar, keyboard en een tweedelig drumstel – maar de groep besteedde dit keer wel meer tijd aan het experimenteren met en het vinden van nieuwe geluiden. Het leverde een album op dat ook (en vooral) op een lager volume afgespeeld een diepe gelaagdheid laat horen. En dan blijkt er schoonheid schuil te gaan in wat voor velen op het eerste gehoor misschien een bak teringherrie lijkt.

De drie ontmoetten elkaar op de jazzopleiding van de universiteit van Auckland. Ze noemen zichzelf een gitaarloze gitaarband en tellen actrice en activiste Gillian Anderson, bekend als Scully van The X-Files, tot hun fans. Hun hypnotiserende debuut (met daarop het nummer ‘Gillian’) kwam op nummer zeven in de officiële albumlijsten van Nieuw-Zeeland. Het succes van het album in binnen- en buitenland leidde ook tot de nominatie van beste alternatieve artiest bij de New Zealand Music Awards 2018.

Het mag er misschien niet aan af zijn te horen, maar het schrijfproces voor de elf songs op ‘Clot’ nam, net als eerder voor ‘Wax Chattels’, een flink deel van een jaar in beslag. Het is als met veel creatieve uitingen. Een kloppend gedicht of verhaal leest alsof het in een vloek en een zucht is geschreven, maar er kunnen weken, maanden en soms zelfs jaren arbeid aan vooraf zijn gegaan. Hetzelfde geldt voor ‘Clot’. De nummers klinken alsof ze in één lange explosie van vrije energie live zijn opgenomen, maar blijken in werkelijkheid uiterst complex in elkaar te zitten. Daar komt ook de improvisatie- en jazz-achtergrond van het drietal om de hoek kijken, die zich via een breed spectrum van invalshoeken vertaalt in een waaier van klanken en geluiden en een grote variatie in de songstructuren. Er zijn referenties, bewust of onbewust (en misschien zijn het slechts de associaties van de luisteraar). Zo roept het singlenummer ‘Efficiency’ de begindagen van het Britse Wire in herinnering en resoneren elders dan weer de gitaarboventonen van het vroege Sonic Youth of de furieuze freefunk van Last Exit met onder anderen bassist en producer Bill Laswell.

Wax Chattels wilde hetzelfde live-element behouden als op hun debuut, maar met een zwaarder geluid, meer de diepte in en ging daarvoor in zee met mixer en collega-noise-maker Ben Greenberg (Uniform, Destructief Unit, The Men). Het gevolg is dat de keyboards beduidend vetter klinken en de bas intenser.

‘Clot’ is meer nog dan zijn voorganger een muzikaal manifest en komt voort uit gevoelens van somberte en frustratie, vertaald in confrontatie. Die wordt op het scherpst van de snede gevoerd in het snijdende ‘An Eye’, waarin de band de vinger op de zere plekken legt van de fysieke schade en psychologische ontreddering, die voortkomen uit de escalerende raciale en politieke opschudding die momenteel de hele wereld in de greep heeft. ‘Mindfulness’ gaat over het gemak waarmee mensen zichzelf gewillig een rad voor de ogen (laten) draaien en bestaande machtsverhoudingen accepteren in plaats van tegenstand te bieden en verandering af te dwingen, en klinkt bijna wanhopig, eindigt breekbaar. In de melodieus grommende punkrock van ‘No Ties’ gaat het over het zijn van een eerste generatie immigrant: de vervreemding van de oude familiebanden, culturele verschillen en de opofferingen die ouders zich getroosten om hun kinderen een ‘betere’ toekomst te bieden. De venijnige kreten in het hoekige ‘Cede’ zijn in Cheng’s moedertaal – Taiwanese Hokkien – en verklanken een verontwaardigde uiteenzetting over ‘Cross-Strait’* relaties en zelfbeschikking.

De band manifesteert zich op ‘Clot’ als een snelkookpan van emoties. Eindigt ‘Clot’ zoals verwacht, of misschien gehoopt, met een catharsis? Nee. Het album sluit af met een positieve boodschap. In het laatste nummer, ‘You Were Right’, opent Peter Ruddell de deur voor andere gezichtspunten dan die van hemzelf en zegt te hopen uiteindelijk in staat te zijn om de mening van anderen te accepteren, mits goed beargumenteerd. Is het zelfkritiek waarmee ‘Clot’ afsluit? Het is in ieder geval een duidelijk bewijs van zelfbewustzijn, waarmee Ruddell en daarmee Wax Chattels laat horen zichzelf, en anderen, op waarde te schatten en serieus te nemen. Een prachtig statement aan het slot van een baanbrekend album.

Wax Chattels – Clot
Captured Tracks / Konkurrent

*‘Cross-Strait’ relaties (ook wel relaties tussen het vasteland en Taiwan of Taiwan-China relaties genoemd) verwijzen naar de relatie tussen de twee politieke entiteiten, die worden gescheiden door de Straat van Taiwan in het westen van de Stille Oceaan: de Volksrepubliek China (VRC), algemeen bekend als ‘China’, en de Republiek China (ROC), algemeen bekend als ‘Taiwan’. Bron: wikipedia

Mijn gekozen waardering € -

Ex-muziekjournalist. Ruilde in de jaren 90 redactiestoel muziekblad OOR in voor een hangmat in de Amazone, Dancin' Fool.