Van de Puffo naar de Formule 1

De huidige tienerpiloot van de Formule 1 was vier jaar oud. Hij bracht met zijn moeder een middag door op de kartbaan in het naburige Belgische Genk waar hij een jongetje ontmoette die nog jonger was dan hij en al rondreed in een Puffo, een kartje gemaakt voor kinderen tot een jaar of vijf. ’Mam, ik wil ook karten’, zei Max stellig tegen Sophie Kumpen, zijn moeder - kartkampioen - en de toenmalige echtgenote van Jos Verstappen. ’Dan zal ik je vader even bellen’, antwoordde zij. Het mocht niet. Vader Jos vond hem nog te jong.

’Max was zo verdrietig dat lk hem er toch maar even inzette voor een rondje. Wat kon er tenslotte gebeuren? Ik zette hem een helm op, wilde nog uitleggen waar de rem zat, maar dat was niet nodig. Hij was al weg.’

Kind aan huis

De volgende dag belde Jos Verstappen met Richard Pex. Wat hij gedaan had; nu moest hij ook wel een kartje voor Max kopen. Het telefoongesprek was het begin van een vriendschap die tot op de dag van vandaag duurt is en diep is geworteld in de passie voor het karten. Vrijwel elke weekeind na een race in Europa komen de Verstappens even langs in Maasbracht, waar het bedrijfspand van Pex Dakbedekkingen is gevestigd. ’Max is hier kind aan huis. Toen hij klein was speelde hij hier vaak, de meeste werknemers kennen hem nog uit die tijd. Nu blaast hij regelmatig stoom af tussen vrienden en bekenden. Voor ons is dat niet zo bijzonder, maar bij de buren vallen ze bijna uit de ramen als hij hier zijn auto parkeert.’

In het grote pand op het bedrijventerrein in Maasbracht bloeide nog een vriendschap op: die tussen Stan en Jorrit, de zoons van Richard, en Max. De drie speelden niet zomaar samen, maar in alles was er competitie. En Max wilde altijd winnen. Stan en Jorrit ook. Ze joegen elkaar op tot grote hoogte. Inmiddels is Jorrit wereldkampioen in de koningsklasse van de kartsport.

Slippen en glijden

Overal in het pand hangen foto’s van karting. In het kantoor, in de gang, in de werkruimte. Van prijsuitreikingen en bijzondere racemomenten. Er hangen afbeeldingen van Max en Stan samen, van Max en Stan alleen. Van Jorrit, Stan en Max. De grote loods, achter in het pand was de speelplaats van de vrienden. Stan: ’Hier zetten we parcourtjes uit waar we wedstrijdjes hielden. Op de step, in de skelter of ook wel op de Quads. We maakten het soms wat moeilijker door op een natte vloer te gaan rijden.’

Tot de jongens te groot werden en met zware quads teveel lawaai gingen maken.

Waar Stan en Max elkaar vonden in de sportarena, ontwikkelde zich tussen Richard Pex en Jos Verstappen een technische relatie. In een hoekje van het bedrijfspand ontstond een sleutelplek, die uitgroeide tot het heiligen der heiligen. Op deze plek konden Jos en Richard ongestoord hun grote passie beoefenen: het tunen van de motortjes, het afstellen van de carburateurs, onderdelen werden er zelf gemaakt, chassis aangepast, wielen, banden, remmen of aandrijfassen bewerkt. Langzamerhand groeide als volgens afspraak een symbiose, waarbij Jos en Richard de technische kant bedachten en de jongens Stan en Max die in de praktijk brachten.

Wereldkampioen

’Toen we voor het eerst een testbank kregen die was aangesloten op de computer, waren we hier niet weg te slaan. Belde Sophie om half vijf ’s morgens naar Jos. Waar hij bleef. Ze dacht dat hij in de kroeg zat, maar we waren de tijd compleet vergeten.’

Richard Pex heeft geen twijfels over de toekomst van de Nederlandse Formule 1-piloot.  ’Hij gaat wereldkampioen worden. Dat zeg ik niet zo maar. Die jongen is zo goed. Toen hij klein was, stond er al geen maat op. Hij won elk race met zo’n overmacht, dat de concurrentie zich bij de start al neerlegde bij een nederlaag. In een race met Max, voelde de nummer twee zich de winnaar.’

Mijn gekozen waardering € -

F 1 columnist, schrijver van 'Max' Het ongeautoriseerde verhaal van de jongste Grand Prix-winnaar ooit; F 1 2016: Van Melbourne tot Abu Dhabi; Spyker langs de Afgrond.