Sportcolumn: Copa Amsterdam, Johan, Aschraf en Winston

Dit Pinksterweekend ben ik samen met Johan Cruijff (en Patrick Kluivert en Winston Bogarde en Danny Blind en Simon Tahamata) te gast bij de elfde editie van het Aegon Copa Amsterdam toernooi.

Niet dat ik naast Johan zat, voor Johan is een speciaal VIP-dekje gecreëerd. Maar als je samen met Cruijff naar de zelfde wedstrijd zit te kijken verhoogd dat de feestvreugde toch een beetje. Met als centrale vraag: hoe beoordeelt JC het geboden spel. Wat valt hem op, wie springt er uit? Ook voor de jonge Ajacieden lijkt het me een extra stimulans, je gaat het duel toch net even iets anders aan als Cruijff langs de lijn staat.

Han Hollander

Aan de muur van de perskamer, aan de oostzijde van het fraai gerenoveerde stadion, hangt een plaquette, ter herinnering aan verslaggever Han Hollander. ‘De eerste radioreporter die een verslag gaf van een interland-voetbalwedstrijd in het Amsterdamse stadion’, staat er onder (Nederland-België, 11 maart 1928). Na de oorlog, zo lees ik op een bijgevoegd kaartje, werd in het Olympisch stadion in Amsterdam een gedenkplaat onthuld voor de in 1943 in Sobibor omgekomen Han Hollander. Deze plaquette werd ter gelegenheid van de tentoonstelling ‘Echte Helden’ tijdelijk verwijderd uit de muur waarin hij was bevestigd en naar Zwolle overgebracht.

Maar nu is ie dus weer terug; we bevinden ons op heilige grond. Als het vriendelijke meisje van de ontvangst ziet dat ik een foto maakt van de plaquette zegt ze: “Oh, die was me nog niet opgevallen.”

Aschraf El Mahdioui

We weten niet hoe Cruijff naar de wedstrijden van het jonge Ajax keek, hij wilde na afloop geen namen noemen. Je moet vooral het totaal een beetje bekijken, zei hij tegen Copa TV. Mij vielen de verrichtingen van Aschraf El Mahdioui op, de nummer 6 van Ajax. De kaartjesknipper op het middenveld, Eerst tegen Rosenborg (5-0 winst) en een dag later tegen Besiktas (1-0 verlies) en het sterker geachte Anderlecht (2-1 winst). Dat bleek voldoende voor het bereiken van de halve finales, tegen het Paraguayaanse Club Guarani (pinkstermaandag 12.00 uur).

Aschraf El Mahdioui is een verhaal apart. Hij speelde pas één seizoen bij Zeeburgia toen Wim Jonk hem twee jaar geleden persoonlijk naar Ajax haalde. Vorig jaar werd El Mahdioui gekozen tot het grootste talent uit de Amsterdamse opleiding. Dit jaar raakte de aanvoerder van de A1 zijdelings betrokken bij een incident met een politieagente in burger, maar voor zijn aandeel in die zaak werd hij vrijgesproken. Na een korte schorsing speelt El Mahdioui nu weer. En hoe! Aschraf heeft zijn lesje wel geleerd, zegt zijn trainer bij Ajax. Hij is extra gebrand om sterker dan ooit terug te keren.

Tegen Rosenborg, Besiktas en Anderlecht dicteert El Mahdioui het Amsterdamse middenveld, even gedreven als dringend. Hij verdeeld het spel net zo makkelijk met rechts als links en bestrijkt met zijn enorme loopvermogen het volledige terrein tussen box en box. Ik zie in zijn bewegingen de kracht van Frank Rijkaard, gekoppeld aan het technisch vernuft van Wim Jonk. Zelf is Aschraf nogal gecharmeerd van Andrea Pirlo.

Winston Bogarde

We onderbreken dit wedstrijdverslag even omdat Winston Bogarde en Patrick Kluivert aanschuiven op de tribune. De laatste komt kijken naar zijn zoon Justin, een B-junior die volgend seizoen promotie maakt naar de A1. Bogarde geeft tegenwoordig ‘masterclasses’ aan verdedigers, zegt hij, op de vraag hoe het met hem gaat. Het wachten is eigenlijk nog steeds op een aanbieding van de juiste club. Waarom ze niet bij hem in de rij staan is Bogarde eigenlijk een raadsel want het niveau van verdedigen is jaarlijks aan devaluatie onderhevig.

Het is vandaag precies twintig jaar geleden dat hij met Ajax de Champions League won in Wenen. Als ik hem feliciteer net dat heuglijke feit, haalt Bogarde zijn (brede) schouders op. “Waarom is het eigenlijk een felicitatie waard als je zoveel jaar geleden iets hebt gewonnen? Dat is eerder een moment om te herdenken, niet zozeer om te vieren.” Patrick Kluivert zegt dat hij het daar wel mee eens is.

Turkije

En nu, vraagt de moderne Han Hollander aan Aschraf El Mahdioui als hij hem opwacht bij de spelerstunnel. “Na de Copa ga ik lekker een paar weken op vakantie naar Turkije,” zegt de Ajacied, die pinksterzondag 19 jaar werd. Hij noemt de verslaggever ‘meneer’. “Even uitrusten want over ruim drie weken begint de voorbereiding op het nieuwe seizoen alweer.” De middenvelder sluit dan aan bij de selectie van Jong Ajax, waar hij gebaat zal zijn bij zo veel mogelijk speelminuten. Of hij die ook gaat krijgen? Dat bepaalt Aschraf helemaal zelf, zegt zijn trainer. En zo is het natuurlijk maar net. Spelers stellen zichzelf op, daar kan geen oefenmeester iets aan veranderen.

@MJvdHeuvel

Mijn gekozen waardering € -

Sportcolumnist