Stefanie (32):
De nare kramp in mijn maag veranderde op slag in een horde vlinders. Na een ongelooflijk rotjaar waarin mijn moeder ernstig ziek was geworden en ik – om mijn verdriet te vergeten – het ene foute vriendje na het andere had versleten leek er eindelijk iets goeds op mijn pad te komen. Kort daarvoor was mijn laptop besmet geraakt door een virus en de leuke jongen van de fotowinkel uit het dorp bleek niet alleen erg bedreven in fotograferen maar ook in computerhulp..
Toen hij langskwam om mijn computer virusvrij te maken, ergens in de middag, werd het zo gezellig dat we om half twee ‘s nachts nog zaten te praten. Mijn angst dat hij al die uren zou doorberekenen bleek gelukkig ongegrond.
Omdat we nog lang niet waren uitgepraat maakten we een afspraak voor datzelfde weekend. Weer werd het erg gezellig. Ik viel voor hem, en hij blijkbaar ook voor mij. De eerste paar weken waren geweldig. Sam was, zoals gezegd, fotograaf. Hoewel ik er niet echt dol op ben om op de foto te gaan, gooide ik voor hem graag mijn bezwaren overboord. Ik voelde me begeerlijk en sexy. In een zwart corsetje poseerde ik voor een mooie zwart-wit shoot en al zeg ik het zelf: het resultaat mocht er zijn. Uitdagend, maar stijlvol.
In diezelfde periode was ik erg actief op een internetforum. Omdat ik zo trots was op de mooie foto’s die Sam van me had gemaakt, plaatste ik er een op mijn profielpagina. De reacties kwamen al snel binnen. Allemaal complimenten. Toegegeven, dat vond ik best leuk.
Ik voelde me eindelijk weer een beetje gelukkig, durfde mezelf weer te laten zien. Ik was verliefd op een geweldige vent, en het was wederzijds. Ik kon mijn geluk niet op en keek nu al reikhalzend uit naar de lange zomer die voor ons lag. Een zomer waarin ik flink zou gaan genieten. Ik had me te lang thuis opgesloten. Ik snakte ernaar weer te voelen dat ik leefde.
Ik begon direct met mijn goede voornemens uit te voeren. Na een heerlijke dag strand met Sam, en aansluitend een met rosé overgoten etentje op een terras, rolde ik de ochtend erna nog rozig uit mijn bed. Zoals altijd kroop ik direct met een kop koffie achter mijn laptop om te checken of ik nog belangrijke mailtjes had.
Een mailtje viel me op. Het zag er niet uit als spam, maar de afzender zei me niets. ‘Max Starwars’, stond er in de adresregel. Nieuwsgierig klikte ik de mail open.
Hey Steefje,
Tralala, daar ben ik dan! Hoe is het met je? Hopelijk erg goed, na onze heerlijke sexpartij, al was het dan virtueel. Ik ben in ieder geval erg uitgerust, na gisteren. In bed trok ik mezelf nog wat af met jou in mijn gedachten. En dan vooral op je nieuwe profielfoto. Prachtig, dat bleke gave huidje, je zwarte kousen met die kanten boord en die bos blonde, golvende haren. Je bent echt ieder mans droom. En dan expliciet mijn droom, mmmm… Maar lieve Steef, hoe graag je ook zou willen, je bent niet mijn enige. Ik heb een top tien van forum-meisjes waar ik nog wel eens overheen zou willen.
Maar ik geef toe: jij staat op nummer een.
Jou pak ik als eerste.’
Ik probeerde te slikken. Mijn mond was droog en de haren in mijn nek stonden recht overeind. Wat was dit? Of liever gezegd: WIE was dit? Ik belde Sam om te vertellen wat er aan de hand was. Hij was zo handig met computers..hij zou vast wel kunnen ontrafelen wie hierachter zat, toch? Helaas dacht ik er iets te makkelijk over. De mail kwam van een hotmail account en bleek niet te herleiden naar een IP adres, althans niet met de methodes die Sam tot zijn beschikking had. Ook een Google search op het email adres leverde niets op.
Ik kon dus niet veel doen. Ik sloeg de mail op in een speciale map en probeerde het voorval zo snel mogelijk te vergeten. Het ging vast om een slechte grap van een of andere gefrustreerde engerd, probeerde ik mezelf gerust te stellen. Dat werkte, voor even. Ik had afgesproken met vriendinnen en al snel dacht ik niet meer aan het enge mailtje. Tot drie dagen later dan, toen ik een tweede mail in mijn inbox vond.
Ditmaal was de toon een stuk dreigender. ‘Max’ sprak erover hoe hij ervan zou genieten om met een bot mes de blanke huid van mijn keel door te snijden waarna het bloed in het rond zou spatten….. een slechte grap is een ding, maar nu kreeg ik toch wel serieus de bibbers. Sten werd woest bij het lezen van de mail en stuurde een boze mail terug. Dat maakte blijkbaar niet veel indruk, want in de dagen erna ontving ik nog meer dreigende mails die van kwaad tot erger gingen.
Nog steeds wilde ik me niet laten kennen. Ik had de hoop dat de lol er wel af zou gaan als ik maar niet zou reageren. Maar ondertussen begon de angst me toch wel in zijn greep te krijgen. Ik had al mijn foto’s inmiddels van internet verwijderd, maar ik voelde me nog steeds onbehaaglijk en heel erg kwetsbaar door alle persoonlijke dingen die ik in al mijn naïviteit op dat forum had verteld.
De druppel kwam toen ik na een twee weken weer een mail ontving. Ik was inmiddels, hoe erg ook, gewend geraakt aan de bedreigingen die ‘Max’ op me afvuurde. Ditmaal was de mail leeg, er was alleen een attachment. Een afbeelding, die langzaam laadde in mijn scherm.
Ik begreep het niet, ik zag een blauwe lucht, wat wolken….
Pas toen de afbeelding volledig geladen was viel het kwartje. Het voelde alsof mijn keel werd dichtgeknepen. Dit was een foto van een straat. En niet zomaar een straat, maar die van mij! Om precies te zijn was deze foto recht voor mijn deur genomen. En ook nog heel recent, ik herkende de fiets van mijn buurvrouw die ze nog geen drie dagen eerder roze had geverfd.
Ik was nu echt doodsbang. Die engerd wist waar ik woonde, straks zou hij me echt wat aandoen!
Ik belde Sam en samen besloten we naar de politie te stappen. Deze laatste mail konden we niet meer afdoen als een internetpesterij. De politie nam de zaak hoog op. Ergens fijn, maar aan de andere kant maakte dat me nog banger. Ze vertelden dat er een speciaal team was voor dit soort ‘cybercrimes’ , omdat dit soort dingen de laatste tijd steeds vaker gebeurden. Ik gaf ze de memorystick met alle mails van ‘Erik Engerd’ zoals ik mijn stalker maar genoemd had.
Er zat ons niets anders op dan naar huis te gaan en af te wachten, want de politie had gezegd dat dit soort onderzoeken behoorlijk wat tijd in beslag konden nemen. Ondertussen had de angst me behoorlijk in zijn greep, ik durfde niet meer naar buiten, al helemaal niet alleen. Ik kreeg allerlei klachten zoals angstaanvallen en chronische hyperventilatie.
Omdat ik op een appartement woonde kon ik zelfs niet van het lekkere weer genieten door in de tuin te gaan zitten, dus tenzij Sam of mijn vriendinnen tijd hadden om me op te halen en thuis te brengen zat ik in mijn appartementje. Gelukkig werkte ik vanuit huis, dat was het enige aspect van mijn leven dat niet te lijden onder mijn straatvrees. Terwijl iedereen genoot van zon, zee en strand, zat ik te verpieteren. Tijdens een dagenlange hittegolf zat ik met alle deuren op slot, onder een plat dak te zweten.
Het duurde drie maanden, de hele zomer dus, voordat er nieuws kwam van de politie. Er was iemand opgepakt. Een man. Vader van twee kinderen. Een heel gewone huisvader uit Drenthe. Kilometers van mijn woonplaats. Het idee dat iemand 160 kilometer wilde reizen om een foto van mijn voordeur te maken..ik kon er gewoon niet bij.
En wat ik al helemaal niet kon bevatten was het de mededeling die ik kort daarna kreeg. Nadat de man twee dagen had vastgezeten en zijn computer binnenste buiten was gekeerd had zijn zeventienjarige dochter zichzelf gemeld. Huilend had ze opgebiecht dat zij degene was die achter de mailtjes zat. Omdat ze jaloers was. Op mij, een vrouw van 32 die ze nog nooit in real life had ontmoet.
Ik wist niet wat ik hoorde. Ik had de hele zomer hyperventilerend binnen gezeten door het toedoen van een onzekere puber….
Het idee moest even landen. Ik had geen moment echt gevaar gelopen, maar het was haar wel gelukt de eerste periode van mijn relatie, de tijd waarin je onbezorgd van elkaar zou moeten kunnen genieten, volledig te verzieken. Omdat het meisje minderjarig was, kreeg ze alleen een berisping. Ook heb ik nooit haar identiteit mogen weten, dat was moeilijk te verteren. Ik had haar graag face to face duidelijk willen maken wat ze me had aangedaan.
Gelukkig heb ik aan die hele nare zomer wel iets moois overgehouden; mijn relatie met Sam. Hij heeft me door alles heen gesteund, heel bijzonder vind ik, vooral je elkaar net kent. Hopelijk hebben we nog heel veel zomers tegoed. Om de schade in te halen.’