Stichting Anne Frank (60) vraagt hulp publiek

Het is stil bij het Anne Frank Huis aan de Prinsengracht in Amsterdam. Waar anders lange bezoekersrijen staan, is er nu niemand te bekennen. De inkomsten zijn door de coronavirus fors gedaald. Op de website heeft de stichting aangekondigd op 1 juni weer open te willen gaan, maar het is onzeker hoe dat met de ingevoerde sociale afstand van anderhalve meter gaat verlopen. Verwacht wordt dat dit grote invloed zal hebben op de bezoekersstroom; in plaats van ruim een miljoen belangstellenden een krimp van acht honderdduizend. Een belangrijke vraag daarbij is ook wanneer de buitenlandse toeristenstroom weer op gang komt.

Hoewel er nog wel een buffer is, heeft de stichting het publiek opgeroepen haar door deze moeilijke periode heen te helpen en donaties te geven die variëren van vijf tot honderd euro. Volgens de stichting is deze oproep nodig, omdat het om een niet-gesubsidieerde instelling gaat. ‘Als onafhankelijk museum zijn wij voor onze inkomsten grotendeels afhankelijk van het museumbezoek’, zo wordt gezegd.

Voor de stichting is het een bizarre tijd. Op 3 mei, zestig jaar geleden, werd het Anne Frank Huis geopend. Het achterhuis stond daarin centraal. Het was het schuiladres van Anne Frank en zeven andere Joodse onderduikers, die daar tijdens de Tweede Wereldoorlog verbleven. Ze werden echter door de Duitsers opgespoord en afgevoerd naar de moordkampen. Otto Frank, de vader van Anne, keerde als enige terug en besloot met hulp van de gemeente Amsterdam en financiële steunbetuigingen zijn oude kantoorgebouw en het geheime achterhuis, dat achter een draaibare boekenkast was verstopt, te kopen en op te knappen. Het dagboek dat Anne Frank van haar onderduiktijd bijhield, maakte haar wereldberoemd.

Met het wereldwijd aandacht vragen voor haar levensverhaal wil de stichting wijzen op ‘de gevaren van antisemitisme, racisme en discriminatie, en het belang van vrijheid, gelijke rechten en democratie.’ Met het reddingsplan wil de stichting het museum, het educatieve programma en het personeelbestand met honderd medewerkers voor de toekomst instandhouden.

Over de gehele linie wordt de gesubsidieerde museumsector zwaar getroffen. Wekelijks is er een schadepost van tien miljoen euro, zo blijkt uit cijfers van de Museumvereniging. Tot en met 1 juni wordt uitgegaan van 115 miljoen euro. Het is overigens niet zeker of de musea op 1 juni weer open te gaan. Het kabinet zegt daar op 13 mei meer over. Achter de schermen wordt gewerkt aan een protocol voor een ‘intelligente heropening’ die aansluiting vindt op de ‘anderhalvemetersamenleving’ en zal gelden voor alle musea in Nederland.

Mijn gekozen waardering € -