Yvette woont in een blijf-van-mijn-lijf-huis. ‘Ik ben met de kinderen in de auto gestapt en heb niet meer omgekeken…’

Na negen jaar van angst en intimidatie durfde ze de stap te zetten: met hulp van Veilig Thuis en de politie vluchtte ze met haar kinderen uit huis. Sinds enkele maanden wonen ze in een blijf-van-mijn-lijf huis op een geheime locatie.

‘In het begin voelde het heel onwennig om vrij te zijn. Als ik boodschappen ging doen, deed ik het heel snel want ik ben gewend dat mijn man de tijd in de gaten houdt en appt waar ik blijf als het langer duurt dan verwacht. Ik ben gewend om altijd op mijn hoede te zijn, op mijn tenen te lopen om hem niet boos te maken en me aan te passen aan zijn grillen. Langzaam aan begin ik steeds meer te ontspannen. Beetje bij beetje kom ik tot rust…

Het heeft jaren geduurd voor ik deze stap kon zetten. Heel lang dacht ik dat het wel mee viel. Ik werd niet wekelijks in elkaar geslagen. Mijn man is ‘maar’ drie keer echt gewelddadig geweest tegen mij. Toen draaide hij mijn arm achter mijn rug en greep hij me naar de keel. Eén keer ging hij zo tekeer dat de buren de politie hebben gebeld. Ik schaamde me ontzettend en was zo bang dat ik niks durfde te zeggen. Sindsdien deed ik alles om te voorkomen dat hij weer zo boos werd. Ik ging niet te veel tegen hem in, zorgde dat de kinderen geen lawaai maakten en deed alles zoals hij het wilde.

Terugkijkend op de relatie was mijn man vanaf het begin dominant en manipulatief. Ik leerde hem kennen via een chatbox vlak nadat mijn moeder onverwacht was overleden. Ik was kwetsbaar en op zoek naar troost en liefde. Hij was charmant en sociaal. Hij had ‘overal’ verstand van en ik geloofde alles wat hij zei. Hij kon niet werken door problemen met zijn maag en daarom had hij een bijstandsuitkering had. Inmiddels weet ik dat je in de ziektewet gaat als je ziek bent, dus dat verhaal klopt niet. Hij vertelde ook dat zijn ex hem onterecht had beschuldigd van verkrachting. Ze was een pakje sigaretten gaan halen, nooit meer teruggekomen en had hem achtergelaten met schulden. Ik had medelijden met hem. Hoe kon ze zoiets doen? Inmiddels snap ik haar heel goed…

Toch waren de eerste jaren van onze relatie niet ongelukkig. We waren en team. Ik werkte fulltime en deed een groot deel van het huishouden, maar hij hielp op zijn manier mee. Hij kookte een paar keer per week, hij stofzuigde en hij dweilde. Alles moest wel gaan zoals hij het wilde. Dat begon al met onze trouwerij. Hij wilde absoluut geen spontane acties, alles moest gaan zoals hij het had gepland. Ik vond het niet leuk maar ik ging erin mee. Ik was toen al bang om hem boos te maken. Ook in bed had hij de controle. Als hij zin had in seks, moest het gebeuren. Maar als ik wilde vrijen in mijn vruchtbare dagen omdat we zwanger wilden worden, duwde hij me weg. Hij deed het toch zeker niet op commando…

In de loop der jaren werd zijn gedrag steeds grilliger. Als de kinderen teveel lawaai maakten in huis,  gooide hij een schoen naar ze toe. Als er vrouwen over de vloer kwamen, zat hij aan ze op een seksuele manier, ook als de kinderen erbij waren. Als ik een afspraak buiten de deur had, wilde hij precies weten waar ik heen ging en hoe laat ik thuis zou zijn. Als ik iets zei dat hem niet aanstond, kreeg ik een schop onder de tafel. Hij wilde ook niet dat ik alleen met vriendinnen afsprak, dat vond hij niet nodig. We waren toch samen? Ik raakte steeds meer geïsoleerd en afhankelijk van hem.

Heel moeilijk vond ik zijn contacten met andere vrouwen. Hij kende ze vaak zogenaamd uit zijn jeugd, ook jonge vrouwen van begin twintig… Als ik er iets van zei, verweet hij me dat ik jaloers was. Ik had te weinig zelfvertrouwen en moest aan mezelf gaan werken. Ondertussen zat hij hele nachten achter zijn computer en ging meestal pas rond vijf uur ‘ochtends naar bed. Als pornografische foto’s van jonge meisjes op de computer vond, zei hij dat hij de politie hielp met het opsporen van pedo’s. Ik geloofde hem allang niet meer, maar ging er ook niet tegenin. Ik wilde geen ruzie en ik wilde ook niet jaloers zijn.

Het is moeilijk uit te leggen waarom ik het zover heb laten komen. Ik begrijp het zelf nog niet helemaal. Met een psycholoog kijk ik nu naar de patronen in mijn leven. Voor mijn huwelijk had ik een andere relatie die ook gewelddadig was en vroeger als kind heb ik ook te maken gehad met geweldsituaties. Ik ben het van jongs af aan gewend. Ik denk dat ik het gedrag van mijn daarom lang niet herkend heb als gewelddadig of manipulatief. Ik wist dat het niet normaal was hoe hij met mij omging, maar omdat ik niet wekelijks in elkaar werd geslagen, herkende ik het niet als huiselijk geweld.

Je stompt ook af. Een soort gewenning. En mijn man deed ook altijd alsof er niets gebeurd was als hij weer eens geëxplodeerd was. Of hij draaide het zo dat het aan mij lag. Ik ging steeds meer twijfelen aan mezelf. Had ik dat écht zo gezegd? Misschien lag het inderdaad wel aan mij. Had ik ruzie gezocht? Had ik irritant met mijn handen zitten frunniken? Ik kreeg regelmatig een klap met de elektrische muggenmepper als ik dat deed. Als je steeds hoort dat je irritant bent of dat je je grote mond moet houden, ga je vanzelf steeds minder zeggen… Ik voedde de kinderen ook zo op, dat ze zo min mogelijk last veroorzaakten.

Soms dacht ik aan weggaan. Maar meestal drukte ik die gedachte snel weg. Waar moest ik heen? En hoe moest ik het aanpakken? Ik vond ook dat ik moest doorzetten. Het was tenslotte mijn eigen keuze geweest om met deze man te trouwen en het was niet alleen maar slecht, er waren ook leuke momenten. Daarbij waren we in gemeenschap van goederen getrouwd dus als we zouden scheiden zou ik hem alimentatie moeten betalen. Hoe kon ik dat opbrengen van mijn secretaresse-loon? En stel dat hij de kinderen van me af zou nemen? Ik dacht wel steeds vaker: ik hoop dat je maagzweer knapt!

Ondertussen kwamen er steeds meer vrouwen over de vloer. Hij ontmoette ze online en vaak stuurde hij aan op een driehoeksrelatie. Ik ben er één keer in meegegaan maar het voelde helemaal niet goed. Ik walgde ervan, ik deed het alleen omdat hij het wilde. Een ander meisje van een jaar of twintig logeerde een tijd lang op een logeerbed bij ons in de slaapkamer. Dat speelde rondom de geboorte van onze jongste. Als ik er ’s nachts uit ging om de baby te voeden, kroop ze op mijn plek in bed! Ze douchte ook samen met mijn man maar als ik vroeg of er meer gebeurde, reageerde hij boos en verwijtend. Ik moest hem vertrouwen…

Omgekeerd vertrouwde hij mij allerminst. Als ik naar het ziekenhuis was met mijn oudste zoon – hij is inmiddels genezen van kanker – en het duurde te lang, kreeg ik appjes waar ik bleef. Hij wilde altijd precies weten waar ik was, met wie ik had gesproken, wat er gezegd was, enzovoort. Ieder piepje op mijn telefoon moest ik verantwoorden. Wie was dat, wat wil diegene, waarom appten ze niet naar hem? Hij liet ook een camera plaatsen bij de voordeur, zogenaamd uit veiligheid, maar ik denk nu dat hij mij in de gaten wilde houden.

Als ik terugkijk op de laatste jaren, dan leefde ik continue met spanning en stress. Ik was altijd bang dat mijn man boos zou worden. Ik paste me steeds aan en kon niet mezelf zijn. De ziekte van mijn zoon kwam daar nog eens bovenop. Anderhalf jaar lang waren we in en uit het ziekenhuis. Mijn man ging min of meer zijn eigen gang. Ik zorgde voor het huishouden, het inkomen en de kinderen. Het was zo stressvol, dat ik het niet kon volhouden. Ik ben zelfs een periode arbeidsongeschikt verklaard. Die laatste jaren waren heel zwaar. Ik voelde me steeds eenzamer en ongelukkiger in de relatie.

Mijn man hield mijn telefoon in de gaten, maar hij wist niet dat ik een account had op Facebook. Dat mocht niet van hem maar ik deed het toch. Facebook was mijn enige lijntje met de buitenwereld. Via Facebook ben ik in contact gekomen met een vroegere buurvrouw die toevallig werkt bij Veilig Thuis. Toen ze bij ons op bezoek kwam, maakte ze een opmerking over de camera bij de voordeur. Dat zag ze heel vaak in haar werk, bij vrouwen die te maken hadden met huiselijk geweld. Het zette mij aan het denken.

In de maanden daarop had ik af en toe contact met hulpinstanties. Via Facebook leerde ik ook andere vrouwen kennen die te maken hadden met huiselijk geweld via speciale pagina’s. Toch duurde het nog een tijd voor ik klaar was om actie te ondernemen. Het keerpunt kwam toen mijn zoon mij op een middag apart nam en zei dat hij veel meer van mij hield dan van papa en dat hij bang was voor hem. Hij was bang dat hij boos zou worden en bang dat hij hem zou slaan. Dit was een eyeopener voor mij. Dat mijn zoon aangaf ook bang te zijn, was het laatste zetje dat ik nodig had. Ik vertelde hem dat ik ook bang was en dat ik bezig was met een plannetje om het beter te maken. Die middag heb ik mijn vriendin via messenger laten weten dat ik een officiële melding wilde maken.

De week erop had ik een afspraak bij de oogarts en kon ik zonder problemen het huis uit. In het echt ging ik langs bij een regionale hulporganisatie voor huiselijk geweld en kindermishandeling. Terwijl ik daar was, kwamen de appjes al binnen: waar ben je, ik verwacht je thuis… Dat onderstreepte de situatie. Ik werd heel serieus genomen en kreeg alle hulp en steun die ik nodig had. Bereid je voor dat je volgende week niet meer thuis woont, zeiden ze. Ik vond het doodeng maar ik moest het doorzetten. Ik had het aan mijn zoon beloofd.

Samen met de mensen van Veilig Thuis hebben we een vluchtplan gemaakt. Zes dagen heb ik ermee rondgelopen. Ik was óp van de zenuwen. Ik kreeg een hele lijst met instructies voor mijn veiligheid voor de komende dagen. Ik moest zorgen dat mijn telefoon altijd opgeladen was en dat er altijd een ‘way out’ was uit het huis, een open voor- of achterdeur. Als er iets zou gebeuren in de tussentijd, moest ik wegrennen, desnoods op mijn sokken. De kinderen zouden dan later worden opgehaald. Gelukkig is dat niet gebeurd, maar het zorgde wel voor de nodige stress en spanning.

Het weekend voor vertrek was heel intens. Mijn man was jarig en we gingen op bezoek bij familie in een vakantiepark. Daar kwam het tot een enorme aanvaring tussen hem en onze oudste zoon. Hij ging helemaal uit zijn dak. Op de terugweg in de auto was de spanning te snijden. Hij reed zigzaggend over de snelweg, dat deed hij vaker als hij geïrriteerd was en ons bang wilde maken. Ik heb hem dat weekend nog een cadeau gegeven van ons drieën met een briefje erbij dat hij altijd in ons hart zou zijn. Een afscheidsbrief, al wist hij dat toen nog niet.

Alles was inmiddels geregeld. Ik had de week ervoor aansluitend op een ziekenhuisbezoek een tas met medicijnen voor mijn zoon bij mijn vriendin afgegeven. De rest van onze tassen had ik ’s avonds laat in de schuur gezet.  Op maandagochtend, alsof ik de kinderen naar school ging brengen, zijn we in de auto gestapt en weggereden. Ik trilde zo dat de auto afsloeg toen ik de hoek om wilde gaan. Maar uiteindelijk lukte het. Ik ben gevlucht en heb niet meer omgekeken. Ik had het gedaan, ik was vrij!

De eerste periode na onze vlucht was heel moeilijk. We zaten tijdelijk in een klein eenkamer appartement vlakbij ons huis in dezelfde wijk. Van te voren wist ik niet dat het zo dichtbij zou zijn. We konden niet naar buiten en ik was helemaal op mezelf aangewezen. Ik moest mezelf echt toespreken om door te zetten en niet terug te gaan. Na twee weken zijn we naar een blijf-van-mijn-lijf huis gebracht aan de andere kant van het land. Hier wonen we nu sinds een aantal maanden. Hier voel ik me veilig.

We wonen samen met acht andere moeders en hun kinderen die vergelijkbare dingen hebben meegemaakt. Ik heb een klein appartementje met een slaapkamer en een badkamer. De kinderen gaan hier naar school. Ik heb het erg naar mij zin en het gaat goed met de kinderen. Mijn zoon zei gister nog dat hij zo blij is dat we hier wonen. Het doet me goed dat te horen, want ik twijfel soms of ik de juiste stap heb gemaakt. Maar wat had ik anders moeten doen?

Ik moet nu beslissen waar we ons in de toekomst willen vestigen, want deze opvang is tijdelijk. Het lastige is dat mijn man gezag heeft over de kinderen. Hij heeft rechten. Hij vindt dat ik de kinderen ontvoerd heb en wil dat we in zijn woonplaats komen wonen zodat hij de kinderen kan zien. De kinderen bellen nu één keer per week met hem onder begeleiding en er wordt een onderzoek gestart of omgang mogelijk is. Binnenkort start de rechtszaak.

Ik voel me schuldig tegenover mijn man omdat ik achter zijn rug om ben weggegaan. Tegelijkertijd weet ik dat mijn gevoelens tegenover hem niet betrouwbaar zijn. Onze relatie was ongezond. Ik krijg nu psychologische hulp en dat helpt om objectiever naar de situatie te kijken. Ik wil geen overhaaste beslissingen nemen. Het allerbelangrijkst is dat mijn kinderen veilig zijn. Ik wil dat ze opgroeien in een gezonde omgeving. Ik wil waarmaken wat ik mijn zoon heb beloofd! Dat ik het beter ga maken voor ons. Ik heb de eerste stappen gezet. Nu is het een kwestie van  doorzetten…’

Kader

Volgens onderzoek van CBS maakte 8 procent van de bevolking van 16 jaar en ouder in 2020 melding van huiselijk geweld. Dit komt neer op 1,2 miljoen personen. Verbale agressie is hierbij niet meegerekend. Inclusief verbale agressie komt het percentage slachtoffers op 33 procent.

Meer info over huiselijk geweld en wat je eraan kunt doen vind je op veiligthuis.nl en ikvermoedhuiselijkgeweld.nl

Foto van Joonas Sild via Unsplash

Mijn gekozen waardering € -

De artikelen van Anne verschenen eerder in tijdschriften en kranten waaronder Fabulous Mama, Viva, Margriet, Linda en NRC Next. Anne is cultureel antropoloog en eigenaar van Uitgeverij 11