Zomerlezen: op reis met Paul Theroux

Vakantie! De ideale tijd om eindelijk eens die stapel boeken weg te lezen waar je maar niet aan toegekomen was of die je nog zo graag wilde lezen. A•Quattro•Mani tipt uit de titels van de afgelopen tijd de lekkerste romans voor de zomermaanden.

Reizen naar het onbekende heeft iets weg van doodgaan, schrijft Paul Theroux aan het begin van zijn nieuwe reisverslag The Last Train to Zona Verde, die in september in Nederlandse vertaling verschijnt uitgeverij bij Atlas Contact. Toen hij aan de reis begon die zou resulteren in dit boek, had hij al een akelig voorgevoel dat het misschien weleens een van zijn laatste reizen zou kunnen worden. Voor veel oudere schrijvers, zo realiseert hij zich, werd een verblijf in Afrika een afscheidsreis. De 70-jarige Theroux, een van de grootste reisschrijvers en nog altijd springlevend, was voor zijn boek Dark Star Safari (2004) over land van Caïro naar Kaapstad getrokken, en wilde nu vanuit Kaapstad noordwaarts Afrika doorkruisen via Namibië, Botswana en Angola. Als 22-jarige onderwijzer aan een klein schooltje op het platteland van Afrika had hij een paar van de gelukkigste jaren van zijn leven doorgebracht, vertelt hij, jaren van vrijheid en vriendschap en hoop.

Het besef dat het vermoedelijk de laatste keer zal zijn dat hij dit geplaagde continent zal bezoeken – "hoeveel meer kunnen deze botten nog verdragen?" – spoort hem aan, dwingt hem zelfs, volstrekt eerlijk te zijn over zijn ervaringen. Hij wil de dingen zien zoals ze zijn en zichzelf zien zoals hij is: een 70-jarige man die als rugzaktoerist door Afrika trekt en bijna geen andere buitenlanders treft, behalve mensen die geld proberen te verdienen aan het land.

Wat Paul Theroux ziet en meemaakt op zijn reis door de drie Afrikaanse gebieden, valt hem niet mee. Waar sommigen in de toenemende Chinese inmenging economische kansen zien, ziet hij vooral nietsontziende uitbuiting en respectloosheid. Waar anderen de vrolijkheid in de sloppenwijken van Luanda als levensdrift beschouwen, klinkt het lachen Theroux in de oren als geraaskal, doodsgereutel, als ‘het gelach in de schaduw van de galg', dat alleen afkomstig kan zijn van mensen die weten dat ze ten dode zijn opgeschreven. Of zoals de Afrikaanse Kalunga, de man met wie Theroux een tijdje optrekt, het omschrijft: "Zo zal de wereld eruitzien wanneer het einde der tijden is aangebroken."

Wat doe ik hier?

En zo komt onherroepelijk een vraag bovendrijven, een vraag die Paul Theroux zich zelden zal hebben gesteld tijdens zijn omzwervingen: "Wat doe ik hier?" Halverwege zijn reis door Angola vraagt hij zich af waarom hij eigenlijk nog in Afrika zou blijven. Steeds dezelfde verschrikkelijke steden, weer die armoedige sloppenwijken, slechte wegen… Ook het feit dat drie mensen die hij tijdens zijn reis ontmoet, een voortijdige dood sterven, gaat hem niet in de koude kleren zitten. En ineens heeft hij er genoeg van. Ontgoocheld en terneergeslagen besluit Theroux – iets wat hij nog nooit eerder heeft gedaan – zijn reis voortijdig te beëindigen.

Alles in The Last Train to Zona Verde ademt afscheid, bitterheid en weemoed, scherp geobserveerd en prachtig opgeschreven. Aan deze vorm van rondtrekken is voor Paul Theroux definitief een einde gekomen. De 70-jarige reisschrijver hangt zijn rugzak aan de wilgen (hopelijk niet zijn pen!), maar hij neemt afscheid in stijl.

 

 

 

Mijn gekozen waardering € -

Geef een reactie