Eerlijkheid is overschat

Verzin alsjeblieft een smoes als je een afspraak afzegt en draai er vooral omheen als je iemand niet mag. Journalist Eva Munnik vindt het nogal simpel om te denken dat eerlijkheid altijd het beste is. “Je geeft een ander een rotgevoel.”

Het is nu al twintig jaar geleden, maar ik voel me nog steeds een beetje afgewezen als ik eraan terugdenk. Een collega zou komen eten bij mij. Ik had die middag het huis gestofzuigd en allemaal lekkere hapjes gehaald. Ik stond net voor de spiegel te bedenken wat ik aan zou doen toen er een smsje van haar binnenkwam (het was nog voor het whatsapp tijdperk): ‘Ik heb eigenlijk niet zo’n zin. Dat heb je weleens, weet je. Ik blijf thuis vanavond.’ Zat ik dan, met al dat eten en mijn voorpret. Ik was echt flabbergasted. 

Was het beter geweest als die collega had gelogen dat ze met haar stervende kat naar de dierenarts moest? Hell yeah! Nu voelde ik me ontzettend gedumpt. Die afspraak waar ik zo naar uitkeek en boodschappen voor had gedaan, daar had zij blijkbaar helemaal niet zo’n zin in. Ze had in míj helemaal niet zo’n zin. En weet je? Dat hoefde ik eigenlijk niet zo nodig te weten. ‘Ik vond het wel eerlijk van mezelf’, lachte ze later – duidelijk ingenomen met zichzelf – toen ik erover begon. Ja, good for you dat je zo’n schoon geweten hebt, maar het is wat minder fijn voor de ontvanger van al die fantastische eerlijkheid. 

In zijn telefoon snuffelen

Soms duurt eerlijk het langst. In bepaalde situaties ben ik misschien wel betrouwbaarder dan de gemiddelde mens. Zo liet ik na een uurtje twijfel – want ik kon het geld op dat moment best hard gebruiken – laatst toch maar aan die aardige opdrachtgever weten dat de uitgeverij mijn factuur per ongeluk dubbel betaald had. En natuurlijk biechtte ik de eigenaar van ons gehuurde Airbnb-appartement in Antwerpen op dat we een kristallen wijnglas stuk hadden laten vallen. Mijn dochter wil ik het goede voorbeeld geven. Dus toen zij laatst eerder weg wilde van school vanwege een familiefeest, vroegen we gewoon toestemming aan de directeur. ‘We gaan niet liegen dat je ziek bent, dat is niet oké’, vond ik (en gelukkig gaf de directeur zijn fiat). Aan liegen tegen mijn vriend begin ik ook niet. Ik vind het juist prettig dat er één iemand is die echt alles van me weet, voor wie ik niks achterhoud. Dus ik vertel hem dat ik woensdagavond toch weer wijn heb gedronken terwijl ik alcohol door-de-weeks had afgezworen. En ik beken het altijd aan hem als ik uit nieuwsgierigheid in zijn telefoon heb gesnuffeld. Maar eerlijk zijn tegen vrienden, kennissen, familie of collega’s over wat je irriteert aan hen of wat je nou echt van hun levenskeuzes vindt? Hou op zeg. 

Ongezouten ‘oprechtheid’

Eerlijk zijn tegen elkaar klinkt leuk en mooi, maar wie heeft nou eigenlijk wat aan? Degene die al die ongezouten ‘oprechtheid’ mag incasseren? Welnee, je geeft een ander meestal een rotgevoel. Mijn vriendin wordt er niet mee geholpen als ik vertel dat ik haar nieuwe kapsel oerlelijk vind. Dus zeg ik: ‘O wauw, leuk hoor!’ Een speelafspraak van mijn dochter met een bepaald vriendinnetje wimpel ik af door te zeggen: ‘Sorry, we hebben al iets anders te doen’. No way dat ik die moeder vertel dat ik haar kind nogal vermoeiend vind. Ik hoef van andere ouders ook niet te weten wat ze lastig vinden aan mijn kind. En die kennis uit een gezamenlijke vriendengroep die mij in een dronken bui boos laat weten dat ik zo ‘dominant ben’ in gesprekken? Irriteert me mateloos. Hou gewoon je mond. Ik vind haar verschrikkelijk saai, maar daar val ik haar toch ook niet mee lastig? Ik overleef haar slaapverwekkende gezelschap wel voor die twee keer per jaar dat we elkaar zien. 

Eerlijk zijn is vaak een excuus om je mening op te dringen

Zelf heb ik me ik trouwens ook niet altijd gerealiseerd dat je de werkelijkheid  soms best mag verdoezelen. Ooit verbrak ik de vriendschap met een goede vriendin. We hadden super-tijden gehad, maar ze was zo claimerig dat ik het er benauwd van kreeg. Zo tactisch mogelijk legde ik haar uit dat ik het gewoon druk had en lastig vond dat ze de telefoon altijd opnam met ‘leef je nog?’ als ik belde. Ze hoorde aan waarom ik de vriendschap verbrak en besloot met: ‘Prima. Ik vind het nogal dramatisch om het zo te doen’. Toen begreep ik haar niet, maar nu denk ik: ze had gelijk, ik had dat contact gewoon dood kunnen laten bloeden. Dat had haar minder gekwetst dan de vriendschap verbreken met een soort trap na door te zeggen dat het aan haar lag.

Keihard liegen graag

Mijn punt is: weeg af of het nodig is en nut heeft om een ander de waarheid te zeggen. Ga na wat je motieven zijn. Denk je dat je er echt iets beter mee gaat maken? Die eerlijkheid van jou, is dat de waarheid of is dat jouw visie? Eerlijk zijn is vaak een excuus om je mening op te dringen, om je irritatie te spuien. Jou lucht het op en die ander blijft ermee zitten. Eigenlijk vind ik eerlijkheid soms enorm arrogant. Blijkbaar vind je jouw gevoel zo superieur dat een ander het moet horen, ook al doet het diegene verdriet. Dus alsjeblieft: verzin gewoon een smoes als je geen zin hebt in een eetafspraak met mij. Ik hoef echt niet te weten dat je liever bij je vriend op de bank blijft hangen. Verzwijg dat je me soms veel te veel vindt praten. Ik weet zelf ook wel dat ik vermoeiend kan zijn. En deel vooral niet dat je me er precies zo oud uit vindt zien als ik ben. Ik hoor liever: ‘Wát, ben je al 47? Dat zou je niet zeggen.’ Keihard liegen, graag! Het is wat anders als iemand erom vraagt, als een vriendin bijvoorbeeld wil weten wat ik écht van haar nieuwe kapsel vind. Maar anders houd ik me in. Dat is niet oneerlijk, dat is diplomatiek. En daar wordt iedereen een stuk gelukkiger van dan van die overschatte eerlijkheid.

Mijn gekozen waardering € -

Eva Munnik vindt van (bijna alles) wat. Zij werkt als freelance journalist op nieuwsredacties bij televisie en schrijft voor bladen. Ook rolden er 6 boeken uit haar pen (waarvan 2 bestsellers). En ja, ze heeft ook een podcast (wie niet?): 'Eva belt aan'. Op X is zij @EvaReports.