Dat blijkt uit een enquête van het CNV door het bureau van Maurice de Hond onder 2700 werkenden. De vakbond start vandaag de campagne #overdegrens.
Heftige cijfers
1 op de 3 vrouwen heeft te maken (gehad) met een aanranding of een andere fysieke vorm van seksuele intimidatie op de werkvloer. 60% werd geconfronteerd met gesis, gesmak, seksueel getinte opmerkingen, schunnige woorden of anderzins seksueel getinte taal. Op basis van het totaal aantal werknemers betekent dit ongeveer 2 miljoen vrouwen die hier last van hebben.. “Ongekend”, aldus CNV-voorzitter Piet Fortuin. “Dit zijn heftige cijfers. Vrouwen zijn niet veilig op de werkvloer.” Zeker zo zorgelijk is het feit dat veel vrouwen zeggen er niets tegen ondernemen. Ruim een kwart van hen die ongepast gedrag hebben ervaren, heeft klachten daarover niet op het werk besproken. Net zoveel vrouwen weten niet eens waar ze terechtkunnen en 41% stapt niet naar een vertrouwenspersoon.
Machtsverhoudingen
Er is sprake van een taboe volgens Jolanda van Zwieten van het CNV. Vaak zijn het machtsverhoudingen die vrouwen weerhouden om het wangedrag aan te kaarten. “Het is een grijs gebied: wat is ongepast en wat niet? Wij zeggen: ‘als iemand iets als grensoverschrijdend ervaart, dan is het grensoverschrijdend’. En tegen degenen die zulk gedrag vertonen, zeggen we: ‘het is misschien niet zo bedoeld, maar doe het gewoon niet’. Blijf ervan weg.” Het CNV wil betere regels om seksuele intimidatie aan te pakken. Elk bedrijf zou een protocol moeten hebben tegen seksuele intimidatie. Nu is dat nog maar bij 1 op de 3 het geval. Elke werknemer moet een beroep kunnen doen op een (onafhankelijke) vertrouwenspersoon. Vooral bij de kleinere bedrijven ontbreekt die mogelijkheid.
Ook mannen en in elke branche
In het onderzoek van CNV blijkt dat ook 18% van de mannen met intimidatie te maken heeft. Afgelopen week nog maakte de NOS bekend een journalist/ preentator op de keien te hebben gezet na meerdere meldingen van mannelijke werknemers en stagiaires. Volgens de hoofdredactie was er een ‘onwerkbare situatie’ ontstaan. Zij melden: ‘Er heeft een extern vooronderzoek plaatsgevonden naar het gedrag van onze verslaggever. De hoofdredactie van NOS Nieuws en hij zijn samen tot de conclusie gekomen hun samenwerking te beëindigen, omdat een onwerkbare situatie is ontstaan. Over de inhoud van het vooronderzoek kunnen geen mededelingen worden gedaan. De NOS zal de interne processen gericht op het bevorderen van een veilig werkklimaat voor alle NOS’ers nader evalueren en waar nodig verbeteren.’ Door de vele verhalen die loskomen door de #MeToo-beweging, wordt er momenteel veel research gedaan naar seksisme en intimidaties op de werkvloer en barsten beerputten open. In alle soorten van branches. En eigenlijk wisten we het wel, maar het is toch een ongemakkelijke waarheid: het komt overal voor. Van de horeca en de retail, van het onderwijs tot het bedrijfsleven en van de wetenschappelijke wereld tot die van de advocatuur.
Genderbalans
Daar waar een goede genderbalans is, komt het het minste voor. In werkgebieden die van oudsher nogal ‘mannelijk’ zijn, hebben vrouwen het het zwaarst. Een evenwichtige man-/vrouw-verdeling is goed voor de sfeer, maar vooral ook voor de prestaties van een bedrijf of onderneming. Het zorgt voor meer creativiteit in teams. Vrouwen en mannen komen met andere ideeën, oplossingen en innovaties. Topvrouw van het International Monetair Fund, Christine LaGarde, verwoordt het als volgt: “Een meltdown van de banken, zoals die in 2008, zou niet voorgevallen zijn als er meer vrouwen in de sector hadden gewerkt.” Als bewijsmateriaal voegt de LaGarde aan dat landen die hoog scoren op het gebied van diversiteit, zoals IJsland, Noorwegen en Zweden, profiteren van een snellere groei en een sterkere economie. Het profijt van een land is zeker 35% bij meer gendergelijkheid op de werkvloer, aldus de topvrouw in een interview met The Guardian.
Mannelijke top
Hoewel veel werkvelden op dit moment in rap tempo ‘vervrouwelijken’ zie je dat het aan de absolute top van ondernemingen nog steeds veelal mannen zijn die de beslissingen nemen. Dat is ook zo in de Nederlandse wetenschap. Het Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren (LNVH) maakt jaarlijks de balans op. Twee jaar geleden stuitten zij op 53 werkelijke voorvallen van intimidatie en geweld op de academische werkvloer. Hoewel ook mannen hier last van hebben, zijn het voornamelijk vrouwen die hiermee te maken krijgen. Het rapport van de LNVH meldt dat het vermoeden is dat wat zij hebben gevonden slechts het topje van de ijsberg is. Er zijn 7 vormen van ‘harassment’ te onderscheiden.
1. Sabotage: promoties dwarsbomen, naam van onderzoeker van de publicatie verwijderen, ideeën stelen
2. Pesten: niet doorgeven wanneer vergaderingen zijn of als deze verzet zijn, uitsluiten bij sociale evenementen met collega’s, kleineren, uitlachen, roddelen
3. Seksuele intimidatie: ongepaste, dubbelzinnige opmerkingen, aanrakingen, onfatsoenlijke voorstellen, berichten sturen in de avond en nacht, tot aan aanranding of het onder mentale dwang seks afdwingen
4. Dreigingen: duwen, schelden, schreeuwen
5. Laster: onwaarheden over personen rond bazuinen, met de bedoeling die persoon incompetent te laten overkomen
6. Uitsluiting: van (verzette) vergaderingen en afspraken tot weghouden bij sociale events met collega’s
7. Het problematiseren van voorzieningen: zwangerschaps- en/of ouderschapsverlof, kolfruimtes voor moeders, aanpassingen voor gehandicapten, indelen van vakantieschema’s
Pesten, roddel, achterklap
Een nieuwe supervisor bij een promotie die iets te lang naar het lichaam van zijn promovenda kijkt, het gevoel in plaats van op een universiteit op een kinderopvang vol pesterige, driftige kinderen te werken. Het zijn voorbeelden van de manieren waarop vrouwelijke wetenschappers gebukt kunnen gaan onder intimidatie. Als promovendus ben je erg afhankelijk van je supervisor. Nu is nog maar 1 op de 5 hoogleraren vrouw, dan is het lastig dit soort patronen te doorbreken. Er wordt hard gewerkt aan meer diversiteit, ook in de hoop dat wangedrag niet meer wordt getolereerd. Bij seksisme en intimidatie op de werkvloer gaat het niet alleen maar over grensoverschrijdend seksueel gedrag. Het gaat ook om stemmingmakerij. Vrouwelijke wetenschappers van wie de leidinggevende hen ontmoedigt artikelen te publiceren, of hen geen eerste auteur laat zijn. Vrouwelijke advocaten die maar geen partner worden bij hun bedrijf, terwijl mannelijke collega’s met minder ervaring en minder gewonnen zaken dat wel worden. Vrouwelijke ICT’ers die de toegang tot belangrijke data wordt geweigerd. Vrouwen over wie hardop gezegd wordt, waar ze bij zijn of achter hun rug tegen invloedrijke collega’s, dat ze incompetent zijn.
Veel managers, weinig effect
Als voornaamste reden van een sociaal onveilige werkomgeving wordt door medewerkers het vaakst genoemd: slecht leiderschap. Oudere werknemers geven dit nog vaker aan dan mensen aan het begin van hun carrière. Daarbij worden ook problemen binnen de hiërarchie en hoge werkdruk vaak aangehaald. Het sterk hiërarchische karakter in veel bedrijven en instellingen, de hoge competitieve en individualistische arbeidscultuur van dit moment, het ontoereikend reageren op gevallen van harassment en het (al dan niet gedwongen) zwijgen van de slachtoffers, zijn de oorzaken die maken dat wangedrag en intimidatie gemakkelijk kunnen ontstaan in alle soorten van werkomgevingen. En last but not least: managers kijken weg, doen niets met meldingen of zijn zelf medeschuldigen.
Hier is uw vertrouwenpersoon
Daarom pleit CNV-vrouw Jolanda Van Zwieten in dagblad Trouw voor meer openheid en vooral ook meer duidelijkheid waar werknemers naar toe kunnen met hun ervaringen, “Zoals je te horen krijgt als je aan een nieuwe baan begint: ‘daar is de koffieautomaat’, zo moet je ook verteld worden: bij ongewenst gedrag kun je daar en daar terecht. Het gaat om veiligheid. We zorgen er toch ook voor dat iedereen die in de bouw werkt een bouwhelm draagt?”
Illustratie: Pixabay