Er zijn gouden tijden aangebroken voor het christendom. Halleluja! Overal staan de rechtse messiassen voor de deur om onze christelijke cultuur weer nieuw elan te geven. Een probleempje: deze theoloog zit totaal niet op hen te wachten – en de rest van de kerk ook niet. Weg met die opdringerige ongevraagde ‘verdedigers’!
Liever geen christelijke preken
Laten we beginnen bij een nu al berucht debat in De Balie. De video-opname is terecht geupload onder de naam ‘Moslimhaat‘. Een groepje mannen keuvelt gezellig over de oplossing voor het islamprobleem. Naast Paul Cliteur, patroon van Thierry Baudet, zien we de Belg Sam van Rooy. Deze man voert een pleidooi voor discriminatie: ‘Ik maak een onderscheid tussen christendom en jodendom aan de ene kant, en islam aan de andere kant’.
Christendom goed, islam fout, dus. Moslims eruit. Totdat een man in het publiek Sam van Rooy erop aanspreekt dat hij het hier wel over mensen heeft. Dat bezwaar wuift hij lacherig weg (we zien Cliteur even grijnzen) met de woorden: ‘Ja, maar dat is een christelijke preek, hè, over de mens, dat kennen we ook al vanuit de kansel. Ik heb katholieke opvoeding gehad, ik ken dat over de mens en dat soort dingen’.
Flinterdunne christen-liefde
Zolang het de rechtse opiniemaker uitkomt is het christendom dus goed, maar als het vervolgens over de inhoud van dat christendom gaat – medemenselijkheid, bijvoorbeeld – sluit de man liever zijn oren. Dit is exemplarisch voor alle rechts-populistische liefhebbers van het christendom: hun vriendschap voor de kerk is een pakketje schroot met een dun laagje chroom. Er is geen liefde, er is alleen misbruik.
Als ongevraagde bondgenoten gijzelen moslimhaters het christendom om het op een opdringerige en ranzige manier te ‘verdedigen’. Er is de holle retoriek van Halbe Zijlstra’s joods-christelijke cultuur. Er is het pseudo-intellectuele gekronkel van Thierry Baudet, die totaal voor gaas gaat als zelfbenoemd ‘agnostisch cultuurchristen’ (meer duiding hier). Maar laten we eerst de grote man Trump eerst eens nemen. Daarna onze eigen Wilders.
Donald Trump, voorbeeldig christen
Trump is een trotse christen. En een goede, al zegt hij het zelf. Hij houdt van God en van de kerk. Verder worstelt hij zich ongemakkelijk door de interviews heen. Met diverse dubieuze (of niet-bestaande) bijbelcitaten, goed, dat kunnen we hem nog wel vergeven. Ook al geeft hij zelf aan dat hij God nooit ergens voor om vergeving heeft gevraagd (een gevoelig punt bij de christelijke achterban). Zijn favoriete bijbeltekst? Oog om oog, tand om tand – precies die ene tekst waarvan Jezus zelf heeft gezegd: laten we die afschaffen.
Stoere taal, dus: niet om vergeving vragen, wel vergelden. Als president zal Trump niet toestaan dat het christendom wordt aangevallen en verzwakt, ‘unlike what is happening now‘. Dat houdt in dat het Merry Christmas weer voluit zal klinken in Amerika. Zo vent hij de hoax uit dat ons kerstfeest onder druk staat door toedoen van de moslims. Onzin, maar het klinkt wel spannend. Net als de claim dat Donald zelf de grote man is die de christenheid zal beschermen tegen IS.
God is Trumps succesformule
Wanneer hem wordt gevraagd naar zijn persoonlijke relatie met God, zegt hij: ‘I’m a business person, I really do well at business, I’ve done great, I made some of the great deals, I own some of the greatest properties in the world – I think God helped me’. Ergens anders vraagt hij zich hardop af wat er zou gebeuren als alle 260 miljoen christenen in Amerika zich in een sterke lobby zouden verenigen – en waarom ze het in hemelsnaam toestaan dat hun belastingvoordelen worden afgepakt als de pastor de wet overtreedt.
Donald Trump kent de teksten en gebruiken van de christenen niet, maar hun aantallen en de belastingregels des te beter. Hij werpt zich op als verdediger van het christendom, maar vindt zowel prominente evangelicals als de paus lijnrecht tegenover zich. Hij looft het christendom, maar vooral als krom argument voor het uitsluiten van moslims en Mexicanen. Christelijk nationalisme is de sleutel in zijn meesterplan. De kerk was voor hem de snelste weg naar succes in de campagne en macht na de verkiezing. En zo geschiedde.
Geert Wilders doet hetzelfde in Koblenz
Afgelopen week ontmoetten Europese nationalistische partijleiders elkaar in Koblenz. Met een hoofdrol voor Geert Wilders, die een spraakmakende speech hield. We moeten ‘onze eigen humanistische joods-christelijke cultuur en beschaving’ redden, zei Geert. Daar hebben we weer zo’n ongevraagde verdediger. Toen SGP-politicus Kees van der Staaij hem eens vroeg wat die christelijke waarden dan precies inhielden, kreeg hij een verrassend antwoord: het opkomen voor je eigen volk en het stoppen van islamisering.
De blonde ‘verdediger’ van de christelijke cultuur en ‘beschermheer’ van de christenen heeft dus niet echt een inhoudelijk christelijk verhaal bij zijn retoriek. Bovendien kan hij de christenen maar mondjesmaat gebruiken voor zijn verhaal. Als Jezus’ naastenliefde hem even niet zint, aarzelt hij niet om net als Trump ruzie te gaan zoeken met prominente christenen. Noemt hij Gert-Jan Segers een nepchristen. Nog gekker: in dezelfde speech in Koblenz waarin hij het christendom verdedigt, klaagt hij de kerken aan. Dat ze onze vrijheden op het spel zetten. Ja, wat is het nou, Geert?
Blijf af, blijf weg!
Het is duidelijk: de rechtse populisten poseren graag met het christendom, maar hebben er ook een enorm probleem mee. Amper bijbelkennis, weinig kerkgang. Een levensstijl die voor de meeste christenen niet door de beugel kan (kijk bijvoorbeeld naar hoe Baudet en Trump met vrouwen omgaan). Bovenal in de kern: een totaal en algeheel onbegrip voor de Jezus van de andere wang, de Jezus van de barmhartige Samaritaan en de Jezus die zich machteloos liet kruisigen. Die staat haaks op de macho-moraal van populistisch rechts.
Voor de kerk is het dan ook een kwelling. De paus roept continu op tot zorg voor het klimaat en voor de medemens. Hij riep zelfs een Jaar van Barmhartigheid uit. Om aan te horen dat uitgerekend Donald Trump zich uitroept tot de held van het christendom. De Protestantse Kerk in Nederland begon een rechtszaak voor bed, bad en brood voor asielzoekers. Om aan te zien hoe Geert Wilders zich in Duitsland profileert als een vriend van de christenen. Dat brengt de kerk niets behalve een splijtzwam, conflicten en een identiteitscrisis. We hoeven dit niet, we willen dit niet, we moeten dit niet – nee, nee, nee, blijf af!
Waarom doen ze dit?
Waarom zetten ze nou zo in op het christendom? Waarom spelen ze de overijverige rechtsback waar de kerk nooit om gevraagd heeft? Het simpele antwoord zou zijn: omdat religie een enorm snelle manier is om veel mensen op de been te krijgen rondom een visioen. Dat werkt ideaal, en zo werkt het al eeuwen: religieus nationalisme for the win. Maar het is nog triester.
De populisten doen dit ook omdat IS in hun hoofd is gaan zitten. De Islamitische Staat gooit (net als Thierry Baudet) het hele witte Westen (atheïstisch, protestants, katholiek) op een grote hoop en noemt dit Het Gehate Christendom. Een fictieve eenheid waar ze een prachtig vijandbeeld aan op kunnen hangen. De Westerling is de Ander, en alles van de bommen van Bush tot de cartoons van Charlie Hebdo, is een christelijke aanval op de islam.
Trump en Wilders zijn het gaan geloven. De waanbeelden van de jihadi’s, die de wereld in twee kampen verdelen. Maar zo is het niet. Als er werkelijk één christendom zou zijn, was het dat van de paus of de PKN, niet het haat-excuus van nieuwe fascisten. Als er werkelijk één islam zou zijn, was het dat van de vredige meerderheid, niet het haat-excuus van IS-jihadi’s. Verdeel en heers, denken de boze mannen van deze wereld. Verbind en beheers je, klinkt een zachte stem van boven. Heer, ontferm u.
Meer van Alain Verheij:
Waarom haat IS ons, en wat kunnen we eraan doen?
Geef ons weer een visioen, anders zijn we aan de Trumps overgeleverd!
Brief aan Geert Wilders: help, ik radicaliseer!