De dag dat Jim Morrison ‘stierf’ in Amsterdam

Ken je die mop van Jim Morrison die zou optreden in Amsterdam? Dat deed ie niet. Het is waar: niemand heeft Mr. Mojo Rising ooit in Nederland zien optreden. Op 15 september 1968 zou het eigenlijk gaan gebeuren in het Concertgebouw. De Doors-zanger "stierf" echter vlak voor het concert.

1968. De wereld staat op vele plaatsen in brand. In Vietnam bijvoorbeeld, waar de Verenigde Staten verstrikt zijn geraakt in een kansloze oorlog tegen een onzichtbare vijand. In Parijs, waar rellende studenten menig robbertje uitvechten met een wanhopige en gewelddadige overheid. En in Amerika, waar in Memphis dominee Martin Luther King, en in Los Angeles presidentskandidaat Robert Kennedy in koelen bloede worden doodgeschoten.

In hetzelfde LA timmert dan een controversieel rockbandje al een jaar of drie aan de weg. De groep heeft zich vernoemd naar Aldous Huxley’s The Doors of Perception, een boek waarin de schrijver verhaalt over zijn psychedelische ervaringen met mescaline. De band bestaat uit zanger Jim Morrison, organist Ray Manzarek, gitarist Robby Krieger en drummer John Densmore. Controversieel zei je? Ja, vooral door de poëtische en vaak ondoorgrondelijke songteksten van Morrison, en zeker ook vanwege de strapatsen – al dan niet als gevolg van drugs en overmatige alcoholgebruik – van diezelfde zanger, in zijn eeuwige leren broek.

Oorzaak van dat recalcitrante gedrag, zegt men: de charismatische Morrison heeft het eigenlijk wel gehad met z’n bestaan als rockster. The Doors zoals hij die voor ogen had – een mix van theater en poëzie – komt maar niet genoeg van de grond, vindt hij. Het gevolg is dat concerten van de band met enige regelmaat uit de klauw gieren. Zoals op 10 mei 1968, in het Chicago Coliseum. Morrison tiert, scheldt, zuigt en provoceert, en fans bestormen tenslotte het podium, slopen alles wat los en vast zit, en raken slaags met de Chicago PD.

Dit artikel lees je gratis. Als het bevalt kun je onderaan een kleine bijdrage doen, zodat ik dit soort artikelen kan blijven schrijven

In eigen land is de band, dankzij de albums ‘The Doors’ en ‘Strange Days’ en de hits ‘Break on Through’, ‘Light My Fire’ en ‘Hello, I love you’ een fenomeen. In de rest van de wereld is het zo ver nog niet. Daar gelden The Doors vooralsnog als een one hit wonder. Slechts het nummer ‘Light my Fire’ heeft Europa nog maar bereikt.

Dat moet maar ‘ns veranderen in 1968, vinden ze bij platenmaatschappij Elektra. Het in maart verschenen album ‘Waiting for he Sun’, de derde elpee van de groep, is een mooie aanleiding. Om de Europese tour nog wat meer body te geven, worden The Doors in september op pad gestuurd met het psychedelische Jefferson Airplane van boegbeeld Grace Slick. Deze groep uit San Francisco, bekend van ‘White Rabbit’ en ‘Somebody to Love’, heeft net als The Doors een langspeler heeft te promoten. Komt dat even mooi uit: gezamenlijk zullen ze in een spanne van twee weken Londen, Frankfurt, Amsterdam, Kopenhagen en Stockholm aandoen.

*

De toernee verloopt aanvankelijk tamelijk rimpelloos. Natuurlijk mist Morrison de meeste Engelse soundchecks, maar de optredens in The Round House in Londen verlopen zonder wanklank. Ook als The Doors een weekje later voet zetten op het continent, is er nog geen vuiltje aan de lucht. Sterker nog: de band, Jim Morrison incluis, laat zich verleiden tot het opnemen van een koddige videoclipje te midden van klappende Duitsers op een marktplein de Altstadt van Frankfurt. Veel lulliger wordt ’t niet.

De kleurentelevisie staat nog in de kinderschoenen, maar niettemin wordt de jongste single ‘Hello, I love you’ door Mr. Mojo Rising naar hartenlust geplaybacked. Geen provocaties en geen scheldpartijen richting het publiek dit keer. Bij de Frankfurter Rundschau staan ze van dit zoetsappige tafereeltje te kijken, want de reputatie van The Doors is hun vooruit gesneld. Het ‘optreden’ in het centrum van Frankfurt wordt door de krant zelfs getypeerd als ‘ein Spaß für die ganze Familie’. Plezier voor het hele gezin dus. Jaja.

Drummer John Densmore verwoordt het hogere doel. ‘We proberen een voet tussen de deur van de Europese markt te krijgen’, zegt hij. Het klinkt haast verontschuldigend.

Een dag later wordt er om het echie opgetreden in de Kongresshalle. Morrison heeft die middag vooral zin in ballads en bluesy nummers, maar de Duitsers willen eigenlijk maar één ding. ‘Light my Fire’ horen, de enige song die ze kennen. Na aflopen van ieder nummer zetten ze ’t massaal op een spreekkoor: ‘Light my Fire! Light my Fire!’

Het gejengel van de fans ergert de Lizard zichtbaar. Als er dan ook nog ‘ns een groep Amerikaanse soldaten de zaal binnenkomt en met een militaire vlag voor het podium gaat staan, is voor Morrison de limiet bereikt. De zanger, en dus ook The Doors, houdt het voor gezien.

Veel later, als de zaal al bijna leeg is, keert de groep alsnog terug op het podium. Om het gage van die avond veilig te stellen? Nee. Omdat ze er zin in hebben. The Doors spelen alsnog een vol uur. Fritz Rau, de concertorganisator van die avond, is er 45 jaar na dato nóg van onder de indruk.

‘Jim Morrison, half liggend op de grond’, zo herinnert hij zich in de Rundschau, ‘improviseerde ongelooflijk mooie teksten, en wij waren met z’n allen sprakeloos…’

*

Nog diezelfde avond vliegen The Doors en Jefferson Airplane door naar Amsterdam. Op het vliegveld van Frankfurt wordt nog even afscheid genomen van bluesband Canned Heat, die ook had opgetreden in de Kongresshalle. In de vertrekhal krijgt Morrison een hasjreep van Heat-lid Bob Hite, bijgenaamd The Bear. Manzarek, op newdoorstalk: ‘Onze manager kwam op ons af en zei: “Als er nog iemand is met dope op zak, zorg dat je er nú vanaf komt…” Oeps, kijk nou eens wat ik in mijn zak vind, zei Jim. Maar die wist daar wel wat op. Hij bedacht zich niet en slikte dat complete stuk hasj in één keer door, voor iemand van ons er wat tegenin kon brengen…’

Eenmaal in het vliegtuig, spoelt Morrison de nasmaak ook nog ‘ns weg met de nodige alcohol. Platenmaatschappij Negram, het Nederlandse label van The Doors, voelt de bui al hangen, vertelt Doors’ regelneef Vince Treanor tegen Roberto Lobosco op diens blog robertotaal. Volgens ‘stage director’ Treanor, verantwoordelijk voor alles wat er op het podium gebeurt tijdens de Europese tour van The Doors,  wil Morrison eenmaal in Amsterdam onmiddellijk de stad in.

‘Schijnbaar had de platenmaatschappij iemand als oppas meegestuurd. Maar dat was de kat op het spek binden, want deze man was zelf een notoire drinker en hasjroker’, aldus Treanor.

Op weg naar Hotel Memphis in de Amsterdamse Larissestraat, krijgen de leden van de bonte stoet al wandelend van alle kanten drugs toegestopt, herinneren zangeres Grace Slick en gitarist Paul Kantner van Jefferson Airplane zich in de docu The Doors in Europe 1968.

Slick: ‘Er was één bepaalde straat waar ze allemaal van die psychedelische dingen verkochten, zoals handgemaakt tie-dye en kraaltjes enczo. Met beide bands liepen we daar. Jim was er ook bij.’

Kantner: ‘Slingerend als een revolverhand met een fles drank.’

Slick: ‘Van alle kanten kregen we allerlei soorten drugs aangeboden. Thank you, zeiden wij dan, en stopten het in onze zakken. Misschien om later even wat van te proberen. Want als je alles meteen zou proberen, zou je ter plekke dood neervallen natuurlijk.’

Kantner: ‘Moet je net bij Jim zijn.’

Slick: ‘Jim nam alles wat hem werd aangeboden meteen tot zich, on the spot.’

Morrison rookt de hasj niet eens die hem wordt toegestopt, weet Hitweek te melden. Hij slikt de brokken gewoon in één keer door. Nogal wiedes dus dat er van hem de volgende dag, tijdens de soundcheck, nog steeds geen spoor te vinden is. De zanger heeft, na de gezamenlijke wandeltocht, namelijk ook nog ‘ns de hele nacht doorgehaald.

‘Vanaf het moment dat The Doors in hun hotel arriveerden, was Jim verdwenen’, zegt Sandor Benes van de concertorganisator op robertotaal. ‘Ik hoorde dat Jim die zaterdagnacht niet geslapen en gegeten had, maar wel veel gedronken, gerookt en geslikt. En dat hij bovendien alle hoeren van Amsterdam heeft bezocht.’

*

De spanning in het Concertgebouw neemt deze zondagmiddag met de minuut toe. Er staan namelijk niet minder dan vier concerten op de rol. Twee van Jefferson Airplane, en twee van The Doors. Maar waar is Jim Morrison in vredesnaam?

Ah, daar zul je ‘m hebben. Net op tijd, want Jefferson Airplane is al bijna klaar met z’n eerste set. Op het moment dat Grace Slick uit volle borst ‘Plastic Fantastic Lover’ aan het zingen is, stormt Morrison wild dansend het podium op. Wild draait hij rondjes op de maat van de muziek.

Paul Kantner, in The Doors in Europe: ‘Plastic Fantastic Lover is best een snel nummer voor ons, maar Jim bleef maar gek dansen op de maat.’

Grace Slick: ‘Hij leek wel zo’n molentje.’

Kantner: ‘Maar omdat ie toch een beetje was binnengedrongen op ons terrein en ons optreden verstoorde, begonnen wij steeds sneller te spelen. Dat was geen afgesproken werk, dat gebeurde gewoon. Het was grappig. En Jim ging ook steeds sneller en sneller met z’n armen in het rond, tot ie aan de achterkant weer van het podium afdroop, om vervolgens tegen de muur bij de kleedkamer in elkaar te zakken…’

Ray Manzarek, toetsenist van The Doors, zag het gebeuren, zegt hij op robertotaal. ‘Hij gleed langzaam langs een muur waar hij tegenaan leunde, met een flesje Heineken in z’n hand’, aldus de toetsenist. ‘Het leek wel slow motion.’

Sandor Benes: ‘Hij zag er erg wit uit en had zijn ogen dicht. Hij was echt compleet van de wereld. Toen hebben we hem naar de solistenkamer gedragen.’

Wat Manzarek zich er verder nog van herinnerde? ‘Jim, die op een stretcher werd weggedragen, met een rubber zeil om zich heen en een zuurstofmasker op. IJzingwekkend.’

‘De ambulancebroeders dienden hem zuurstof toe’, zegt Sandor Benes. ‘Toen kwam hij wel weer wat bij, maar hij bleef heel vaag en met zijn ogen rollen. Besloten werd dat ik met hem mee zou. Jim was heel rustig in de ambulance. Tot aan het ziekenhuis is hij is eigenlijk steeds buiten kennis geweest.’

Terwijl Morrison in allerijl naar het Wilhelmina Gasthuis wordt gebracht, wordt er koortsachtig overlegd in het Concertgebouw. Wat nu gedaan? Een uitverkochte zaal verwacht niet één, maar liefst twee Doors-concerten. Uiteindelijk klautert Treanor het podium op en vraag het publiek wat ze willen: hun geld terug of een concert zonder Morrison? Er klinkt hier en daar wat boegeroep, maar de fans kiezen voor het laatste.

‘Dat was ik!’, zegt Manzarek op de vraag van wie het besluit kwam om de show gewoon door te laten gaan. ‘Het publiek bleek maar Play Doors! roepen. We zeiden dat ze hun geld terug konden krijgen omdat Jim niet kon zingen. Maar volgens mij wisten ze niet precies wie hij was. Op dat moment was hij namelijk nog geen rockgod. Het publiek wilde gewoon The Doors ‘Light my Fire’ horen spelen. Dus dat deden we en dat ging prima.’

Dat vonden ook de leden van Jefferson Airplane, die backstage stonden mee te luisteren. ‘Ray (Manzarek) klonk de hele set precies als Jim’, aldus Paul Kantner. En Grace Slick: ‘Dat is Manzarek voor je. Echt ongelooflijk wat die man kan. Ik ken geen enkele andere band waar de toetsenist zo even de hele show moet overnemen en zingen, terwijl ie het waarschijnlijk nooit eerder gedaan heeft.’

*

Ondertussen, in het Wilhelmina Gasthuis in Amsterdam Oud-West, ligt Jim Morrison een nachtje bij te komen van wat officieel heet: oververmoeidheid in combinatie met overmatig drugsgebruik.

De doktoren willen hem nog een weekje in Amsterdam houden, maar daar wil Morrison niks van weten. ‘Nee hoor’, zegt hij. ‘We spelen morgen in Kopenhagen, en daar ben ik bij.’

En zo geschiedt. Als The Doors op 17 september 1968 in het Falkoner Centret twee concerten geven, staat ook Jim Morrison gewoon op het podium. Alsof er nooit iets gebeurd is.

*

De kranten zijn het die maandag bepaald met elkaar oneens over het Morrison-loze optreden van The Doors. De meningen variëren van ‘zeer middelmatig’ tot ‘de show stelen’.

Zo vindt de anonieme scribent van de De Tijd het nog best te pruimen. ‘Gezegd moet worden dat het overgebleven trio zijn uiterste best deed dit verlies (de absentie van JM) te compenseren, en met name ‘Light My Fire’ kreeg een bezielende vertolking, niet in de laatste plaats door de virtuoze orgel-solo van Ray Manzarek, die nu ook het vocale gedeelte voor zijn rekening nam.’

Recensent R.B. van De Waarheid hinkt op twee gedachten: ‘De Doors kwamen ondanks ziekte van leadzanger Jim Morrison, goed op dreef. Nummers als (…) werden op overtuigende wijze ten gehore gebracht, zij het dan dat het geheel toch wel een tamelijk rommelige indruk gaf en het gezing (sic) van de organist tegenviel.’

Nee, dan Het Handelsblad. Diens criticus A. Huizer vindt ’t maar niks. ‘Organist Ray Manzarek probeerde hun optreden toen maar te rekken met een conference in de trant van Toon Hermans, waaruit blijkt hoe modern onze grote one-man-shower is, of hoe ouderwets The Doors zijn.’ En: ‘Manzareks muzikale en vocale prestaties waren zeer middelmatig, vakbekwaam, maar zonder een greintje inspiratie.’

Wie wél van het optreden heeft genoten, is good old Herman Stok. ‘De gehandicapte Doors stalen de show’, schrijft Stok in Het Parool, ‘door hun grote muzikale vakmanschap en door het feit dat ze er voor het publiek toch nog iets van wilden maken.’ Stok heeft het zo zelfs in blokletters de kop laten zetten: ‘THE DOORS’ STALEN DE SHOW ONDANKS HANDICAP.

*

De fans slikten hun teleurstelling weg. Wellicht omdat ze dachten dat hun kans om Jim Morrison op Nederlandse bodem aan het werk te zien nog wel een keer zou komen. Dat bleek een misvatting. The Doors zouden Nederland pas weer aandoen in 1972. Maar toen was Jim Morrison al een jaar dood.

Mijn gekozen waardering € -

De interesses van Geert Jan Darwinkel zijn legio. Van (Amerikaanse) sport, tot film, human interest, lifestyle, muziek en reizen. GJ is old skool, maar toch reuze bij de tijd.