‘Elise’ (23):
‘Als ik mezelf soms zo zie zitten, gebogen over mijn Spaanse studieboeken in dit benauwende hokje, en vooral wanneer ik eraan denk dat ik nog niet weet hoe lang dit gaat duren, is het zo onwerkelijk te bedenken dat ik nog maar kort geleden het leven had waar zoveel meiden van mijn leeftijd van droomden. Ik vraag me af hoeveel van hen er nu nog jaloers op me zouden zijn. Of eigenlijk weet ik het antwoord daarop wel.
Ik werkte al drie zomers achter elkaar in een club op Mallorca. Het was daar echt te gek. Ik verdiende er misschien geen topsalaris mee, maar ik had gratis onderdak in een huis waar ik met een wisselend aantal andere meiden uit Nederland, België, Duitsland en Scandinavië sliep. Overdag werkte ik voornamelijk als propper, waarbij ik op de boulevard en het strand flyers uitdeelde aan mensen en kaartjes voor de clubs probeerde te verkopen. ‘s Avonds stond ik achter de bar. Het is een karig loontje dat je binnenharkt met het verkopen van kaartjes. Als je goed bent verdien je misschien veertig, vijftig euro. Maar er was volop zon, zee en strand. Wat wil je nog meer?
Het uitgaansleven is een wereldje van zien en gezien worden. Zeker als je op zo’n warm vakantie-eiland zit. Je leeft in een soort roes van uitgaan, drank en seks. Omdat ik nooit echt tevreden was geweest over mijn borsten, wilde ik het geld dat ik verdiende opsparen voor een borstvergroting. Niets overdrevens, maar een mooie volle C-cup. Gewoon, zodat ik me net iets zelfverzekerder in bikini zou voelen. Maar zoals ik al zei: mijn salaris was niet echt een vetpot. Als ik op deze manier door zou gaan, zou ik over zes jaar nog niet klaar zijn met sparen. Ik begon dus na te denken over andere mogelijkheden om wat geld bij te verdienen. Het liefst zo snel mogelijk. Omdat veel toeristen me vroegen of ik een adresje wist waar ze aan pilletjes of iets te snuiven konden komen, dacht ik dat ik op die manier misschien wat bij zou kunnen verdienen. Ik kende wel wat gasten die dealden. Als ik als tussenpersoon zou fungeren, had iedereen daar profijt van.
Last van mijn geweten? Nee, dat had ik niet. Als ik het niet voor ze regelde, deed een ander het wel. Daarbij nam ik zelf ook wel eens een pilletje en ik was niet echt bang aangelegd: Het eerste jaar dat ik naar Mallorca ging smokkelde ik al wat XTC pilletjes voor eigen gebruik mee, gewoon in een tampon. Ik had het trucje geleerd van een vriendin die dit had gedaan toen ze naar Ibiza ging. Bij haar ging dat destijds ook supermakkelijk.
Al snel had ik een lucratief handeltje als tussenpersoon. Ik vond dat ik het allemaal best slim had geregeld, en ik voelde me op een bepaalde manier onaantastbaar. Ik denk dat het komt omdat je in een soort filterbubbel leeft. Je begeeft je in een permanente vakantiesfeer waarin je het gevoel krijgt dat alles kan, dat de grenzen en regels van de normale wereld niet meer gelden. Het wereldje van seizoenswerkers is bijzonder. Het is een en al feesten en op een gegeven moment kent iedereen elkaar. Op een bepaalde manier voel je je misschien wel superieur. Ik leefde de droom waar de toeristen alleen maar even aan konden ruiken, het was een groot avontuur. Dus toen een van mijn contacten me vroeg of ik hen kon helpen met een lading partydrugs vanaf het Spaanse vasteland naar het eiland te krijgen, leek me dat eigenlijk wel een leuk avontuur. Ik heb er niet eens echt over nagedacht, ik zei eigenlijk meteen ja. Ook omdat ik er een leuk bedrag voor zou krijgen: zesduizend euro. In mijn hoofd had ik de afspraak bij de plastisch chirurg al gemaakt. Het zou bovendien volledig veilig zijn, had mijn contactpersoon gezegd. Hij kende iemand op de luchthaven die ervoor zou zorgen dat ik gewoon door zou kunnen lopen. Sterker nog: ik kon het spul gewoon in mijn handbagage meenemen. Geen haan zou ernaar kraaien.
Ik vond wel dat hij er erg makkelijk over deed. Om nu gewoon een lading pillen in mijn handtasje te stoppen leek me toch echt wat te link. Daarom bedacht ik wat anders, iets dat ik een keer op internet had gelezen. De heenreis was er natuurlijk nog geen vuiltje aan de lucht, maar ook de dag dat ik terug zou vliegen met mijn handeltje was ik heel relaxed. Ik had wat potjes wax gekocht, de wax eruit gehaald, de pillen in het potje gestopte en daarop de wax teruggedaan. Nu, met het deksel erop, waren de pillen luchtdicht en geurvrij verpakt. Ik deed de potjes in mijn beautycase samen met wat andere verzorgingsproducten en was eigenlijk behoorlijk in mijn nopjes met hoe slim ik dit had aangepakt.
Ik zag mezelf op dat moment zelfs niet als drugssmokkelaar, maar meer als een soort zelfstandig ondernemer. Ik voelde totaal geen zenuwen en tot aan de controle op het vliegveld was ik ervan overtuigd dat ik zo door zou kunnen lopen. Er was nergens een hond te zien en ik transpireerde zelfs niet. Maar op het moment dat mijn tas door de X-Ray ging wist ik het. Ik voelde meteen: Nu is het klaar. Waarom weet ik niet. Ik weet alleen nog dat ik ineens ten overstaan van alle andere reizigers door douanebeambten en mensen die eruit zagen als marechaussees afgevoerd werd naar een kamertje. Daar werd ik volledig gefouilleerd. Ondertussen werd de inhoud van mijn bagage volledig binnenstebuiten gekeerd. En ja, toen was ik natuurlijk enorm de sjaak.
Er werd iets in het Spaans tegen me geblaft, maar omdat ik niet supergoed Spaans spreek kwam er een tolk bij die me uit kon leggen wat er ging gebeuren en wat mijn rechten waren. Zij vertelde me dat ik vanaf dat moment officieel onder arrest stond.
Ook werden al mijn persoonlijke bezittingen en mijn paspoort en rijbewijs ingenomen. Daarna kreeg ik een advocaat toegewezen en werd ik verhoord waarbij ik wel tien keer dezelfde vragen moest beantwoorden.
Van het ene op het andere moment kwam ik in een nachtmerrie terecht. Omdat ik meer dan driehonderd gram drugs bij me had, werd me verteld dat ik op een behoorlijke straf kon rekenen. Tot driehonderd gram kun je nog claimen dat het voor eigen gebruik is, maar alles boven die driehonderd gram kun je net zo goed vijfhonderd kilo meesmokkelen, omdat je dan beschouwd wordt als drugshandelaar waarop in Spanje straffen staan van drie tot soms zelfs negen jaar. In eerste instantie werd ik overgebracht naar een detentiecentrum, waarna het consulaat van mijn detentie op de hoogte werd gesteld.
Maar daarna was het wachten. Alles gaat daar trager en moeilijker dan hier in Nederland. Wanneer je vraagt wanneer er iets gaat gebeuren hoor je negen van de tien keer: ‘Mañana, mañana’.
Ondertussen was ook mijn moeder op de hoogte gesteld. Ik mag hier tien keer per week een paar minuten naar vooraf gecontroleerde telefoonnummers bellen. Omdat de gesprekken kort moeten blijven kun je nooit echt zeggen wat je op je hart hebt. Mijn moeder huilt meestal, en als zij begint huil ik vanzelf mee. Uiteindelijk werd ik overgeplaatst van het eerste detentiecentrum naar de gevangenis. Daar kwam ik terecht tussen echte criminelen: dieven en zelfs moordenaars. Degenen die het zwaarst gestraft zijn zitten zelfs twintig jaar of langer uit.
Ik had geluk in de zin dat ik een cel deel met een wat oudere vrouw uit Polen die zich meteen over me ontfermde. Zij beschermt me een beetje ik geef haar soms een flesje cola of een pakje sigaretten van het geld dat mijn moeder me stuurt. Wat ze gedaan heeft weet ik trouwens niet. Het is een ongeschreven regel dat je daar niet naar vraagt, maar ook al was dat wel normaal geweest, dan had ik het nog steeds liever niet geweten. Ik weet natuurlijk wel dat ze een crimineel is, maar voor mij is ze lief. Er zit hier niemand voor een boete voor fout parkeren, als je begrijpt wat ik bedoel. Alleen hier binnen telt dat niet op de manier waarop het buiten wel telt. Hier gaat het alleen om hoe iemand tegen je doet.
Ik leef nu in een cel van twaalf vierkante meter waar ik zo’n achttien van de 24 uur per dag in door breng, samen met iemand anders. Ik weet nog steeds niet hoe lang ik hier moet blijven. In sommige gevallen kun je tot je proces vrijkomen op borgtocht, maar omdat ik buitenlander ben gaat die regel voor mij helaas niet op. De tijd hier is tot nu toe een aaneenschakeling van beloftes, valse hoop en teleurstellingen. De onzekerheid is het ergste.
Tegen iedereen die denkt dat het wel los zal lopen en die denkt dat je op deze manier snel een leuk bedrag kunt scoren, wil ik zeggen: doe het niet. Loop desnoods het vuur uit je schoenen op een bloedheet terras als vakantiebaantje, maar bedenk dat eerlijkheid nog steeds het langst duurt. En laat je niet ergens inkletsen door iemand anders. Of dat nu een vriendje is, of wie dan ook. Helaas kan ik niemand anders de schuld geven van het feit dat ik hier zit, maar er zijn ook meiden die dit doen omdat hun zogenaamde vriendje dit van ze vraagt. Realiseer je dan dat als iemand echt van je houdt ze nooit willen dat je een dergelijk risico zou lopen.
De dagen hierbinnen zijn lang. De tijd kruipt voorbij dus je bent continu aan het nadenken over hoe stom je bent geweest. Mijn moeder heeft me alleen opgevoed en heeft me altijd gewezen op het belang van hard werken en goede normen en waarden. Het moeilijkste deel van deze ervaring is wanneer ik ga nadenken over de pijn die ik bij haar heb veroorzaakt.’
*Een eerdere versie van dit verhaal verscheen in LINDA. Meiden.
De naam van Elise is op haar verzoek gefingeerd.