Het zal de entree van de fotograaf zijn. Ineens gaat het gesprek over kapsels en haarkleur. Nathalie Baartman vertelt hoe ze in corona een mooie aanleiding zag om het grijs niet langer te verdoezelen. Terug naar de basis, omarmen in plaats van verven. Maar toen trof ze een paar bekenden die twee keer moesten kijken of ze het wel echt was. “En dat was niet vanwege mijn mondkapje.” Dus ging alsnog de kwast erover. “Bij de kapper dit keer.”
Vier jaar is ze nu terug in haar geboortedorp Borne, samen met haar zevenjarige dochter. En ja, heel even kreeg ze wel de kriebels, toen een dorpeling haar net na de verhuizing wees op het onkruid in haar tuin. “Voor dat soort bemoeienis was ik destijds nou net gevlucht”.
Inmiddels is Nathalie Baartman volledig ‘vertukkerd’, stelt ze vast. “Dat zit in kleine dingen.” Zoals? “De verbondenheid met de theaters hier. De collega’s van de Twentse Oudejaarsconference; dat is echt een clubje. Het feit dat mijn ouders en familie hier wonen, natuurlijk. De taal. Ik spreek nu echt vloeiend Twents! En de natuur om me heen doet me ook heel erg goed. Ik voel me hier veilig.” Noem dat maar kleine dingen. “Dat zijn het ook niet, nee. Misschien besef ik niet eens hoezéér ik me hier thuis voel.”
Wat het ook is: “Ik kan niet tegen anonimiteit. Dat hoort natuurlijk bij mijn vak, maar het gaat verder dan dat. Ik wil gezien worden.” Met zelfspot in haar stem: “Nou ja, dat gebeurt hier meer dan in Amsterdam.” Alleen nu even niet. Met een beetje geluk kan ze op 29 november weer aan de bak, mits de maatregelen die het kabinet dinsdagavond heeft afgekondigd tegen die tijd effect hebben gehad.
Een museum is ook een winkel. Je mag alleen niks meenemen.
Het is duidelijk waar de prioriteiten liggen, stelt ze met felheid vast, de ochtend na die persconferentie. “Dit kabinet kijkt naar ons alsof winkelen het enige is dat we willen doen. Dan zeg ik: een museum is eigenlijk ook een winkel. Je kunt alleen naderhand niks meenemen. Dat is wat er zo belachelijk aan is: we kunnen bij de euroshop zoveel plastic prullaria aanschaffen als we willen maar de bieb en het theater zitten dicht.”
Haar eigen speellijst is een soort loterij geworden, met een heleboel nieten. Twee voorstellingen deze week in het Wilminktheater in Enschede waren al eerder geschrapt. Eigenlijk zou ze zaterdagavond twee keer Niet Normaal spelen in het Kulturhus in Borne. Eerst nog voor zoveel mensen als daar op anderhalve meter in passen, toen voor maximaal dertig toeschouwers per keer en nu is de thuiswedstrijd helemaal afgelast. “Doordat ik veel thuis zat vormde het leven hier een belangrijke inspiratiebron. Ik had de mensen graag op die verhalen uit hun eigen omgeving willen trakteren.”
Wie weet valt er later nog ergens een gaatje in de enorme puzzel die theaters en impresariaten moeten zien op te lossen. Zo kon Baartman zelf dit seizoen niet op herhaling met haar show Breek, zoals het plan was. Van de Twentse Oudejaarsconference is nog onzeker of die doorgaat. Haar eigen nieuwe Twentse liedjesprogramma De Bössels van Baartman is voorlopig uitgesteld. Na veertien jaar in haar eentje optreden had ze zin in rondtrekken met een band, vertelt ze. “Bovendien merkte ik dat mijn aandacht meer naar het zingen trok.”
Dan wil ik zorgen voor zonnepanelen en moestuinen
Dat in plaats daarvan dit voorjaar de stilte intrad was ook louterend, aldus Baartman, behalve cabaretière ook columnist, voor onder meer De Twentsche Courant Tubantia. “Ik heb de afgelopen jaren heel veel gewerkt. En ik ben niet iemand die zelf makkelijk een pauze neemt. Terwijl je af en toe ook moet stilvallen om weer bij je inspiratie te komen.” Sterker nog: in haar programma Breek ging Nathalie Baartman juist op zoek naar de stilte en onzekerheid. Nu die royaal voorhanden zijn voelen ze niet alleen maar weldadig. Het is dubbel, maakt ze duidelijk. “Ik weet het eigenlijk echt niet zo goed. Dat zoekende, die twijfel, is ook een bron. Ik was wel nieuwsgierig wat er zou gebeuren nu ik een hele tijd niks kon doen. Of er dan misschien iets heel anders in me zou opkomen.”
Het is ook haar idealisme dat in een tijd als deze gaat opspelen, legt ze uit, meer nog dan anders. “Waar ik last van heb is dat ik de wereld een andere kant op wil laten draaien. En dan wil ik iets doen waarvan ik op zo’n moment vermoed dat het meer effect heeft dan theater. Zorgen voor zonnepanelen op alle daken, moestuinen rondom alle dorpen. Terwijl ik voor het organiseren van dat soort praktische zaken veel te onhandig ben aangelegd.”
Net als menig ander die niet in evident cruciale sectoren als zorg en onderwijs werkt vroeg ze zich af wat dan wel de waarde is van haar eigen werk. In Niet Normaal brengt ze een gezongen ode aan zorgmedewerkers, zo invoelend dat je je haar ook aan het bed kunt voorstellen. “Oh nee, dan nog eerder het onderwijs. De zorg is niks voor mij, alleen al omdat ik niet tegen bloed kan. Maar ik heb me er wel in verdiept. Bovendien heb ik tijdens mijn studie wel in de thuiszorg gewerkt, en later als therapeut.”
Toen ze eenmaal aan het schrijven sloeg, nadat het impresariaat haar had gevraagd naar alternatieven voor de leemte in haar agenda, werd het voor Nathalie Baartman weer kraakhelder waar haar bestemming ligt. “Ik kan de wereld met theater ook mooier maken.” Met Niet Normaal, bedoeld als troost in bange coronadagen, verraste ze ook zichzelf. “Ik had niet verwacht dat ik in zo’n korte tijd een programma uit de grond kon stampen.”
Alsof het zelfvertrouwen een beetje was gaan wankelen
Wat ze voelde, toen ze er begin oktober voor het eerst mee op het podium stond in Schouwburg Hengelo en Stadstheater De Bond in Oldenzaal: “De wereld heeft wél cabaret nodig. Verhalen over het gehannes en gepruts, met mondkapjes en afstand houden. Als cabaretier geef je woorden aan wat iedereen meemaakt. Het voelde heel fijn om mensen weer te horen lachen.”
Het is puur sociaal werk, zegt ze. “Daarom is dat hele gedoe met het streamen van optredens niks voor mij. Op het podium draait het om delen en verbinding, veel meer dan om in het middelpunt van de belangstelling staan.” Ze hoort zichzelf tegenspreken. Lachend: “Dat bijt een beetje met wat ik straks zei over gezien willen worden. Ik wil me niet bescheidener voordoen dan ik ben. Zie het maar zo: ik ben het kind dat de mensen enthousiast een mooie tekening wil laten zien. Je doet iets met elkaar, daarin schuilt de energie.”
En ook de spanning. “Die spanning heb ik juist nodig, anders word ik echt een huismus. Voor mij is theater een goede vorm om angsten te overwinnen. Op het moment dat ik niet speel laat mijn kwetsbaarheid zich des te sterker voelen. Dat merkte ik ook in de kleedkamer in Hengelo: ik had weer even ouderwets podiumvrees. Was weer even het meisje van vroeger. Alsof de kracht en het zelfvertrouwen, in al die jaren opgebouwd, in deze crisistijd toch een beetje waren gaan wankelen.”
Eenmaal in het licht deed het contact met de zaal wonderen. “Sprankeling, vreugde, vuur”, vat ze de ervaring samen. Het is zaak om de gretigheid niet te verliezen, weet de cabaretière. Ze hoopt dat ook het publiek in vorm blijft. “We leven met z’n allen op een lager pitje. Daarin schuilt ook een gevaar. We moeten met steeds minder uitlaatkleppen oppassen dat er geen brandhaardjes in de mensen zelf gaan ontstaan. We kunnen nog wel van alles kopen. Maar hart en ziel komen er bekaaid af.”
De tournee van Niet Normaal wordt (onder voorbehoud) op 29 november hervat. Klik hier voor de speellijst. Actuele informatie over de Twentse Oudejaarsconference (met behalve Nathalie Baartman ook André Manuel, Thijs Kemperink , Jan Riesewijk en Helligen Hendrik) is hier te vinden.