Een klik op de eerder ontvangen zoomlink en daar verschijnt zonder haperen muzikant Axl Peleman voor mijn neus. Geen geroezemoes, geen stem die ons maant telefoons uit te schakelen. Alleen gitaarimprovisaties, live vanuit Maastricht, die me op een bijna achteloze manier in een zekere staat van concentratie brengen. ‘Dit is een daadwerkelijke ontmoeting tussen u en ons’, belooft regisseur Michel Sluysmans. Hopelijk pikt de verbinding ook het voordeel van mijn twijfel op.
Na Sluysmans welkom maakt acteur Porgy Franssen zijn entree als de naamloze professor die de hoofdpersoon is in dit verhaal. Peachez getiteld, naar de roman van Ilja Leonard Pfeijffer waarvan het een bewerking is. En naar de vrouw (Maartje van de Wetering) die de oude professor – tot dan louter levend voor de Latijnse taal en letterkunde – het hoofd op hol brengt. Zij, Sarah Peachez, meldt zich bij hem per ‘electronisch bericht’, zoals hij dat noemt. Per toeval, denkt hij, en reageert om een fout in haar brutale mail recht te zetten.
Je voelt op je klompen aan dat deze gedroomde romance fout gaat aflopen
Erudiet, eloquent en weerloos, zo trapt hij in de val. Er ontrolt zich een virtuele amourette die allengs ook erotische trekjes krijgt. Zo bloedstollend als de pr van Toneelgroep Maastricht belooft is het niet, al is de spanning ook bij deze digitale vertolking wel degelijk speurbaar. Het is vooral een tragische geschiedenis, want je voelt op je klompen aan dat deze gedroomde romance fout gaat aflopen.
Door de cameravoering ben ik voor mijn gevoel dichterbij dan ik in de zaal ooit zal komen. In hun samenspel blijven Franssen en Van de Wetering in elkaars magnetisch veld, zonder elkaar aan te raken, terwijl ze me regelmatig recht aankijken. Muzikant Peleman cirkelt er omheen met zijn weemoedige liefdesliedjes. Soms maakt de professor een onbeholpen dansje. De intense monoloog waarmee hij zich achter zijn beeldscherm ontlaadt – ‘Ik bracht op wat ik in mij had’, in de bloemrijke taal van Pfeijffer – brengt in deze setting een licht ongemak met zich mee. Ik betrap mezelf erop dat ik naar mijn theekop grijp alsof ik me een houding moet geven.
Hoe waar moet liefde zijn om het stempel waarachtig te mogen dragen?
Terwijl het notabene allemaal een fucking sprookje is, zoals Sarah hardvochtig concludeert. Maar die kwalificatie is aan de professor niet besteed. Want wat dan nog? In zijn woorden: ‘De vraag of ze, na alles wat ze voor mij heeft betekend, ook nog bestaat…ach. Een futiliteit.’ Hoe waar moet liefde zijn om het stempel waarachtig te mogen dragen? Een vraag, bedenk ik, die je eigenlijk ook kunt toepassen op deze zoom-voorstelling.
Die eindigt zodra de collectieve mute-stand wordt opgeheven en de chat open gaat, in een vrolijkmakende kakofonie van applaus, beelden en reacties. Ik zie mensen rond een keukentafel met wijnglazen en borrelhappen, echtparen op de bank die zich er niet van bewust zijn dat ze nu zelf publiek hebben (‘Hoe moet je dan doneren?’), bejaarde dames in klassieke fauteuils. Een mevrouw uit Gent uit in de chat haar opgetogen dankbaarheid: ‘Eindelijk weer eens naar het toneel, dankjewel!’
Mijn scepsis over digitale alternatieven om van (podium)kunst te genieten heeft een flinke deuk opgelopen. Surrogaat? Ik had niet gedacht dat ik nog eens zonder enige terughoudendheid in mijn eentje zou klappen voor acteurs die ik dat applaus op het laptopscherm dankbaar in ontvangst zie nemen. Voordat ik uitlog lees ik nog net hoe iemand gevat typt: ‘Ook al was het fantasie, onze gevoelens waren er niet minder om.’
Peachez, Toneelgroep Maastricht, 13 januari 2021. Nog mee te maken op 10, 17 en 24 februari (20 uur). Aanmelden via deze link is noodzakelijk.