Wie zijn die ongelovigen?
Agnosten en atheïsten. De eerste groep zegt niet te (kunnen) weten of God bestaat, de tweede gelooft er niet in. Ze worden religious nones genoemd, ook wel seculieren. Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) bestudeerde daarnaast gelovigen die niet naar de kerk gaan en mensen die zich spiritueel noemen. Onderzoekers interviewden twintig Nederlanders over geloof, levensbeschouwing en zingeving. En ze deden een naar eigen zeggen representatieve enquête onder ruim 4000 landgenoten.
Niet-gelovigen vormen de meerderheid in Nederland
51 procent van de Nederlanders behoort tot de seculiere groep. Ze zijn geen lid van een kerk en noemen zich niet religieus of spiritueel. De groep groeide de afgelopen decennia snel. Nederland is daarmee een van de meest niet-gelovige landen wereldwijd. Als vergelijking noemt het SCP de Verenigde Staten met slechts 10 procent atheïsten en agnosten samen. Toch zegt ook in Nederland nog geen 10 procent overtuigd atheïst te zijn. De onderzoekers vermoeden dat Nederlanders bij het woord atheïst al snel denken aan ’tegen geloof zijn’ en daar zou niet iedereen zich in herkennen.
Zingeving in het leven
Als je niet in God gelooft zoals atheïsten en agnosten, dan lijkt de vraag naar dé zin van het leven minder relevant. Toch is tweederde van hen er tenminste een beetje in geïnteresseerd. Ruim de helft heeft af en toe de behoefte de zin van zijn eigen leven te overdenken. Het SCP ontwikkelde een instrument om de ervaren zingeving in het eigen leven te meten. De respondenten scoorden gemiddeld niveau 5, op een schaal van 1 tot en met 7. Zingeving werd hiervoor opgedeeld in drie dimensies. Je leven is coherent ofwel een begrijpelijk verhaal, je hebt overkoepelende levensdoelen die je richting geven en je leven doet ertoe.
Dan blijkt dat seculieren minder zin ervaren dan gelovigen en spirituelen
Dat zit hem niet in de eerste dimensie, het verhaal dat ze over hun eigen leven vertellen. Ze scoren vooral minder op de tweede en derde dimensie; het hebben van een overkoepelend doel en de betekenis van hun leven. Die laatste relativeren ze meer. Ik leef de dag, zegt een respondent of ‘…ik ben maar een schakeltje op deze grote planeet waar miljarden mensen rondlopen.’ Anderen zien de betekenis van hun leven in waarde voor de samenleving, zoals in werk. Ze zijn er niet minder gelukkig om en zien zelf ook geen gemis. Het SCP waarschuwt echter voor een grotere mentale of existentiële belasting van mensen die zelf meer zin moeten geven aan hun leven.
Hoe geven agnosten en atheïsten zin?
Deze respondenten kijken vooruit. Een beter, welvarender leven voor henzelf en anderen, zorgen voor het klimaat en kennisoverdracht vinden ze belangrijk. Ze doen aan introspectie en blikken terug op hun leven om tegenslagen een zinvolle draai te geven. Zo ziet een man van 58 zijn depressie als corrigerend: ‘Mijn lijden heeft een functie gehad, het bracht me terug naar wie ik nu ben.’
Leuke dingen met anderen doen en ‘lekker bezig zijn’ geven ook betekenis. Klussen en sporten, praktische activiteiten in het ‘hier en nu’. Carpe diem, zeggen enkelen. Als ze vooral ervaringen waardevol vinden, dan blijken de doelen behapbaar. Ook ‘intense belevenissen’ worden genoemd. Muziek geeft een vrouw van 26 het gevoel dat ze bestaat, omdat die haar ontroert. En reizen vinden de respondenten leerzaam, net als de reis van het leven zelf, die uiteindelijk niet om het doel gaat. Beleven geeft ze genoeg zin.
Steek je als ongelovige wel eens een kaarsje aan voor iets of iemand?
Je bent niet de enige. 35 procent van de atheïsten doet het en 55 procent van de agnosten. Dat was vijf jaar ervoor nog respectievelijk 28 en 44 procent. Volgens het onderzoeksrapport nemen spirituele activiteiten onder Nederlanders in het algemeen toe. Denk aan yoga, meditatie, een huisaltaartje of een spirituele cursus. Zowel agnosten (van 21 naar 24 procent) als atheïsten (van 14 naar 18 procent) gaan vaker naar een plek om stil te staan bij alles wat ze doen.
Het rapport rept niet over seculiere spiritualiteit, een begrip dat goed bij deze activiteiten past. Enkel een noot verwijst naar filosoof Leo Apostel met spiritualiteit als je richten op levensdoelen en jezelf zien als deel van het grootste geheel waartoe je denkt te behoren. Of de visie van filosoof en humanist Peter Derkx. Hij spreekt van bezinningsactiviteiten die zorgen dat overtuigingen, waarden en doelen, deel van het grootste geheel waarmee we ons verbonden voelen, niet door de hectiek van alledag uit beeld raken. Bij de spirituelen uit het onderzoek van het SCP draait het vooral om de innerlijke beleving van en gerichtheid op wat ze ‘het heilige’ of ‘God’ noemen.
Zingeving is een vaag woord
Voor vier van de tien seculiere respondenten heeft zingeving te maken met religieus geloof en dé zin van het leven. Niets voor hen dus. Meer mensen hebben moeite met woorden als zingeving en spiritualiteit. Zweverig, denkt men dan. ‘Die negatieve connotatie kan kloppen,’ licht onderzoeker Willem Huijnk desgevraagd toe, ‘vandaar de diepte-interviews’. De respondenten konden zo aan de hand van hun eigen leven en overtuigingen vertellen hoe ze zelf zin geven.
Het woord ‘zingeving’ blijft een obstakel voor ervaringen die mensen wereldwijd delen, religieus of niet. Eén van de respondenten vat dat bondig samen: ‘Mijn leven heeft absoluut geen zin, maar ik heb er wel zin in.’
Het SCP-rapport is het laatste deel van een drieluik. De eerste twee gingen over de levensbeschouwing van respectievelijk moslims en christenen.
Meer lezen over zingeving in je leven? Schrijf je hier in.
Lees ook:
– Zingeving en geluk zitten in je genen
– Waarom zingeving een probleem heeft
Update 26-3-2022