Taiz is de derde stad van Jemen en ligt in meerdere opzichten precies op het breukvlak van Noord- en Zuid-Jemen. In Taiz loopt de Sarawat-bergketen die al begint in Mekka en met 3666 meter haar hoogtepunt kent bij de Jemenitische hoofdstad Sana’a langzaam af naar zeeniveau, in havenplaats Aden, aan de zuidkust van Jemen.
Niet toevallig ligt Taiz ook precies op het snijpunt van het confict in Jemen: Taiz is al zeven jaar de belangrijkste van Jemens vele oorlogsfronten. Ruim een miljoen inwoners van Taiz en nog ruim twee miljoen eromheen leven sinds hun stad in 2015 oorlogsfront werd al zeven jaar in een staat van beleg die normaal leven onmogelijk maakt.
‘We leven al zeven jaar geen sociaal leven meer’
Afgelopen week riepen activisten uit Taiz de wereld op een zelf uitgeroepen symposium ter verantwoording, via een maar matig functionerende internetverbinding. Een schokkerig filmpje toonde inwoners van Taiz, te voet op kronkelige bergweggetjes, langs sluipschutters en checkpoints, met nieuwe voorraden proviand op de schouders om zichzelf en hun kinderen weer een weekje van eten te voorzien.
Activist en fotograaf Ahmed al Basha vertelde vanuit Taiz hoe de Taizi leven. Verre van uitbundig. ‘Er is geen echt leven meer. We kunnen elkaar al zeven jaar nauwelijks bezoeken. We hebben sowieso geen contact met de buitenwereld. Maar ook familiebezoek, of een vriend bezoeken die honderd meter verder woont is vaak te gevaarlijk. Al zeven jaar hebben we geen sociaal leven meer, denk je eens in wat dat met mensen doet. Kinderen vooral, hen wordt hun hele jeugd ontnomen.’
Meest liberale stad van Jemen
Taiz is kruispunt van Jemens culturen en geldt als meest liberale en culturele hoofdstad van Jemen. In Taiz begon februari 2011 de Jemenitische versie van de Arabische lente, die in 2014 eindigde in een machtsvacuum waarin de Noordjemenitische houthi’s de regering van Jemen uit hoofdstad Sana’a en het noorden verjoegen.
In de zuidelijke havenstad Aden werd de blitzkrieg van de houthi’s tot staan gebracht, tot Taiz werden ze vervolgens teruggedrongen. De stad is sindsdien voor driekwart in handen van de verjaagde regering van Jemen, maar wordt omringd door heuveltoppen, allen in bezit van het Noordjemenitische houthibewind.
Vanaf de heuveltoppen loeren houthi-sluipschutters op bewegende doelen, waarop willekeurig geschoten wordt. Houthi’s controleren alle uitvalswegen rond de stad, op een enkel bergweggetje na. Een tocht van de ene naar de andere kant van de stad -vroeger tien minuten- kan alleen via een lange omweg en duurt nu zes uur.
De frontlijn loopt dwars door de stad, die naar het zuiden nog eens begrensd wordt door de drieduizend meter hoge Jabl Sabr, wat van Taiz feitelijk een enclave maakt. Alleen via het bergweggetje Hayjat al Abed kunnen inwoners de stad verlaten. Daar moeten ze opzij springen voor files gemotoriseerd verkeer, dat traag over de berg kruipt. Vrachtwagens kunnen de bochten en steiltes niet altijd aan. Niet zelden botsen ze op elkaar, of ze kapsijzen en rollen gewoon van de berg af.
Sluipschutters en landmijnen
Delen van het bergweggetje worden nu geasfalteerd door de Saoedies, althans: met hun geld. ‘Maar dat bekort onze reistijd niet, het kost nog altijd zes uur om de stad uit te komen,’ aldus Basha. ‘Het gebied zit ook nog ‘ns vol met landmijnen. Zelfs worden er mijnen geplaatst bij huizen, als de mensen even weg zijn. Die vervolgens thuiskomen en opgeblazen worden.’
Het aantal slachtoffers van landmijnen in Jemen is hoog en de meeste slachtoffers komen uit Taiz. Landmijnen worden in verreweg de meeste gevallen geplaatst door Ansarallah: de volgers van God, de naam die de houthi’s zichzelf hebben toegemeten.
Alle ziekenhuizen zijn de afgelopen zeven jaar aan puin geschoten, vooral in het begin van het conflict liet Ansarallah het granaten regenen in Taiz. Er zijn nog wel kleinere klinieken, maar oorlogsgewonden en chronisch zieken zijn aangewezen op de lange route uit Taiz en vervolgens naar andere steden, voor behandeling.
De drinkwatervoorziening van de stad -ten westen van de stad- is in handen van Ansarallah en ook geblokkeerd, dus zelfs voor drinkwater moeten de Taizi zes uur heen lopen en zes uur weer terug. Aan alles is gebrek in Taiz. ‘Prijzen zijn al zevenmaal over de kop gegaan’, aldus Basha.
Activist en journalist Abeer Abdullah vertelt hoe alles op schouders de stad in gedragen wordt. ‘Onderweg moet je soms sluipschutters ontwijken. Op de checkpoints kun je nog gekidnapt worden, om voor korte of langere tijd in kerkers te belanden.’
Volgens activiste en juriste Esharq al-Maqtari wordt ook in de rurale gebieden van de gelijknamige provincie Taiz mensen het leven onmogelijk gemaakt. ‘Precies daar waar de argarische productie van Jemen plaatsvond. De regio staat bekend om de vruchtbaarheid en hoge productie. Maar veel vrouwen kunnen hun landjes niet meer bereiken.’
Systematisch en intentioneel
Volgens al-Maqtari is er voor dit soort sabotage zelfs geen militaire rechtvaardiging. ’We dachten in 2015, de houthi’s zitten in Sana’a, dat is ver weg. Maar binnen een paar weken zaten ze hier. We betalen een stevige prijs voor onze lichtzinnigheid. Hele wijken zijn in puin geschoten. Mensen die water halen worden beschoten, overal is het gevaarlijk. En wat betreft de vrede in Jemen: Hier in Taiz is er geen vredesbestand. Het beleg is niet opgeheven. Gisteren vielen er nog doden en gewonden. Alle vormen van leven worden op een systematische manier om zeep gebracht. Dat is allemaal intentioneel.’
Wat de intenties van de houthi’s zijn, daar zijn de Taizi het niet helemaal over eens. Volgens activist Amis Shansan is het pure wraak: ’Taiz is altijd de stad geweest van revoluties, van diversiteit. Dat is de belangrijkste reden: Wraak.’
Activist Aeda Hameed: ‘De houthi’s willen Taiz straffen, omdat het de meest diverse stad van Jemen is en de houthi’s hebben grote angst voor diversiteit. Maar ook omdat hier de revolutie in 2011 begon en hier de revolutie tegen hun bewind weer kan beginnen. Dan is het beter als de mensen van Taiz zich niet te makkelijk te kunnen verplaatsen.’
Oorlogseconomie
Volgens Riyadh al-Dubai zijn de redenen van het beleg prozaischer. Net als elders in Jemen is de oorlog voor strijdgroepen uiterst lucratief. Economische activiteiten -inclusief voedselhulp- in gebieden onder hun controle wordt door de krijgsheren stevig afgeroomd. Taiz is van oudsher de stad met de meeste maakindustrie. Die ligt buiten de stad, werknemers moeten daarom dagelijks langs de checkpoints waar afgedragen moet worden. ‘De houthi’s verdienen geld aan de belegering. Die inkomstenbron willen de houthi’s niet verliezen,’ zegt al-Dubai.
Opheffing van het beleg van Taiz werd overeengekomen bij eerdere bestanden tussen de strijdende partijen in Jemen, zoals de Stcokhom-akkoorden in 2019. Nooit is het er van gekomen. Ook in het huidige bestand staat Taiz hoog op de lijst, opnieuw weigeren de houthi’s wegen vrij te geven.
Onderling slaags
Wat niet helpt is dat sinds 2015 conservatieve groepen in de ‘bevrijde’ delen Taiz de dienst uitmaken en onderling regelmatig slaags raken. De meeste van deze groeperingen zijn gelieerd aan Islah, de Jementische moslimbroeders, maar er zitten ook salifisten tussen en groeperingen gelieerd aan de VAE (Verenigde Arabische Emiraten), de aartsvijand van de moslimbroeders. De onrust en het extremisme gebruiken de houthi’s als voorwendsel het beleg in stand te houden.
Volgens de activisten hebben de verschillende strijdgroepen zich inmiddels opgesteld achter de verjaagde regering, die ten zuiden van Taiz meer touwtjes in handen heeft dan in het noorden. Deze regering onderging in april in de Saoedische hoofdstad Riyaadh een enorme stoelendans en kreeg daarop de wind stevig in de zeilen. Maar nu echte vrede uitblijft en een verlichting van de economische rampspoed uit zicht raakt, zwelt de kritiek op de nieuwe regering ook weer aan.
Onderling raken de partijen in die regering overigens ook weer vaker slaags. In Aden ontplofte afgelopen week een autobom, die zes levens kostte. Een week eerder werd -ook in Aden- een journalist opgeblazen in zijn auto. In de Hadramawt -een provincie in het oosten- gingen mensen de straat op om te demonstreren tegen nieuwe prijsstijgingen. De Zuidjemenitische riyal was in april en mei gedaald tot een niveau vergelijkbaar met de riyaal in het noorden, maar de zuidelijke munt ging in juni weer in duikvlucht.
Meer over Taiz met duidende kaartjes vind je bijvoorbeeld hier, en nog meer diepgaands over Taiz vind je bijvoorbeeld hier en veel meer over Jemen en zijn buurlanden lees je hier