Kort na de aanslagen was de consensus heel duidelijk: een land dat op zo’n vreselijke manier getroffen wordt door aanslagen, heeft het recht zichzelf te verdedigen met alle mogelijke rechtvaardige middelen.
Die opvatting is ook juist, maar het sleutelwoord is ‘rechtvaardig’. Wanneer door de reactie een buitenproportioneel aantal onschuldige slachtoffers valt, is van rechtvaardigheid geen sprake meer. Dan wordt het onrechtvaardig, en in dit geval zelfs genocidaal.
Context
Context is altijd belangrijk, context is zelfs cruciaal. Zelfs als de context zo ingewikkeld is als die van het decennialange conflict tussen Israël en Palestina. Iedereen kan op z’n minst weten dat die context ingewikkeld is.
Maar die ingewikkelde context is geen excuus. De politieke ontwikkeling in Israël van de laatste jaren is geen excuus. Het feit dat Palestina en zeker Gaza de facto autocratisch bestuurde gebieden zijn is geen excuus. En ook het feit dat Hamas een terroristische islamistische organisatie is is geen excuus. Zelfs de moorden en ontvoeringen op 7 oktober zijn geen excuus voor genocide.
Het is ook geen excuus om stelselmatig het jodendom te verwarren met de Israëlische staat of de Palestijnen met Hamas. Op die manier kun je grootschalige onrechtvaardigheid en buitenproportioneel geweld niet onder het tapijt vegen.
Genocide
Veel mensen lijken het conflict te beschouwen als een voetbalwedstrijd. Dat is niet alleen vreselijk dom, maar ook gevaarlijk. Want impliciet legitimeer je daarmee het geweld van jouw ‘club’. In een wedstrijd tussen terrorisme en genocide wint helemaal niemand en is er al helemaal geen reden om te juichen.
De definitie van genocide is vastgelegd in artikel II van het Verdrag inzake de voorkoming en de bestraffing van genocide. Een gelijkluidende definitie is te vinden in artikel 6 van het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof en, in Nederland, in artikel 3 van de Wet internationale misdrijven.*
Een van de volgende handelingen, gepleegd met de bedoeling om een nationale, etnische, godsdienstige groep, dan wel een groep behorende tot een bepaald ras, geheel of gedeeltelijk als zodanig te vernietigen:
– het doden van leden van de groep;
– het toebrengen van ernstig lichamelijk of geestelijk letsel aan leden van de groep;
– het opzettelijk aan de groep opleggen van levensvoorwaarden die gericht zijn op haar gehele of gedeeltelijke lichamelijke vernietiging;
– het nemen van maatregelen, bedoeld om geboorten binnen de groep te voorkomen;
– het gewelddadig overbrengen van kinderen van de groep naar een andere groep.
De eerste drie punten zijn nu al aan de orde in Gaza. Bepalend in deze definitie is wat mij betreft het woord ‘bedoeling’. Aangezien de staat Israël ondanks nationale en internationale kritiek de huidige tactiek van grootschalig geweld volhoudt, terwijl diezelfde staat bewust is van de vele onschuldige burgerslachtoffers in Gaza kun je stellen dat dat dus de bedoeling is van Israël.
Dat betekent niet dat er een makkelijke oplossing is voor de bedreigingen waar Israël mee te kampen heeft. Dat betekent ook niet dat de ingewikkelde context niet belangrijk is. Israël heeft internationale steun nodig. Dat is niet hetzelfde als wapens leveren en/of een vrijbrief geven voor onbeperkt geweld.
Volgen bovenstaande definitie van genocide is de onvermijdelijke conclusie inmiddels (al een tijdje) dat Israël zich schuldig maakt aan genocide. Op het moment dat ik dit schrijf zijn er bijna 21.000 mensen omgekomen in Gaza, grofweg 1% van de bevolking. Die teller zal ongetwijfeld verder oplopen. Israël pleegt willens en wetens genocide op dit moment.
En de rest van de wereld staat er bij en kijkt ernaar. Dat maakt ons medeplichtig.
*bron: Centrum voor Internationaal Recht / Ministerie van Buitenlandse Zaken
Photo by Mohammed Ibrahim on Unsplash