De oppositie in Venezuela maakt zich op voor een groot protest, wereldwijd, op zaterdag 17 augustus. Het zoveelste, na de zoveelste ‘verloren’ verkiezing tegen een regime dat niet van wijken wil weten. De verkiezingen werden voor de vorm gehouden om de illusie in stand te houden dat Venezuela een democratie is. Net als in Rusland.
Opnieuw hakt de regering met al haar militaire macht op de opstandige bevolking in: mensen worden op straat en in huizen opgepakt omdat ze aanhangers van de oppositie zijn. Er zijn aanklachten van martelingen, al jaren lang, gedocumenteerd door serieuze mensenrechtenorganisaties als Foro Penal, Provea en COFAVIC, maar het heeft internationaal nooit zo veel weerklank gehad. Net als de bevriende regeringen in Nicaragua en Cuba, ook links autocratisch, geniet de regering van Nicolás Maduro nog steeds de steun van een deel van links. Links autoritair kan niet zo erg zijn als rechts, het is anti-kapitalistisch, het is anti-imperialistisch en dus vooral tegen de Verenigde Staten, het is revolutionair en heldhaftig, no pasarán.
Maar in Venezuela hebben Maduro en zijn illustere voorganger Hugo Chávez, met wie het in 1999 allemaal begon, voor elkaar wat Bolsonaro in Brazilië en Trump in de Verenigde Staten (nog) niet voor elkaar hebben gekregen: ze hebben de scheiding der machten, dat wil zeggen van de uitvoerende, wetgevende en rechterlijke macht, het fundament van de democratie, om zeep geholpen en hebben het parlement en de rechterlijke macht in hun zak.
Daarom heeft de oppositie geen poot meer om op te staan. Alleen nog in december 2015 won ze de parlementsverkiezingen. Maar de regering zorgde ervoor dat het congres vleugellam werd en stelde gewoon een parallel congres met een regeringsmeerderheid aan dat het voor het zeggen kreeg.
María Corina Machado uitgesloten
De oppositie maakte ook lange tijd geen goede indruk: tot op het bot verdeeld, te veel grote ego’s die elkaar het licht niet in de ogen gunden. Tot deze verkiezingen. De charismatische María Corina Machado wist een groot deel van de bevolking achter zich te krijgen. Geen probleem voor Maduro en zijn cronies. Ze mocht niet meer meedoen aan de verkiezingen. Een vervangster werd snel gevonden. Ook uitgeschakeld. Nóg een vervanger: Edmundo González Urrutia, een zeventiger die er uitziet als een lieve opa. Een oud-diplomaat zonder enige ervaring in de politieke arena. Hij werd door Machado op sleeptouw genomen door het hele land, hij sloeg aan.
Toen kwam de grote dag: de verkiezingen op 28 juli 2024. De oppositie wist dat ze om vervalsing van de resultaten te voorkomen alles op alles moest zetten om prints van de uitdraaien van de stembureaus te bemachtigen. Alleen zo zouden ze het resultaat van de verkiezingen kunnen aantonen. Het werd een helse klus, want bij veel stembureaus werd de getuigen van de oppositie domweg de toegang ontzegd, maar uiteindelijk slaagden Machado en de haren erin om ruim 80 procent van de uitdraaien te bemachtigen en te digitaliseren. Resultaat: González Urrutia won met 67 procent van de stemmen. Een klinkende overwinning.
Maar het kiescollege, CNE genoemd in Venezuela, en helemaal in de macht van de regering (geen scheiding der machten, weet u nog wel?) had al een ander resultaat uit haar duim gezogen: Maduro 52 procent en González 43 procent. De wet, zelfs die van Maduro, schrijft voor dat de resultaten per stembureau moeten worden getoond om te bewijzen dat het gepresenteerde resultaat het juiste is. Tot op de dag van vandaag houdt de CNE de kaken op elkaar en de uitdraaien in de la, of in de papierversnipperaar, want haar gepresenteerde uitslag klopt niet.
Aan het pluche vastgekit
Hoe kan het land uit zo’n impasse komen? Een regering, zeg maar gerust regime, die aan het pluche is vastgekit en een meerderheid van de bevolking die razend van woede is, omdat haar wil niet wordt gerespecteerd. Ik ben pessimistisch, want zo lang de legertop achter Maduro staat, is er geen uitweg. En die legertop is samen met andere geprivilegieerde vriendjes gekocht met geld en mooie posten. De enchufados heten ze in Venezuela, de in het stopcontact gestokenen.
Het ergste is dat het de rest van de wereld heel lang niet heeft kunnen schelen en dat het democratische linkse vrienden als Lula in Brazilië, de Kirchners in Argentinië en Mujica in Uruguay beter uitkwam om de eigen achterban die geloofde in het anti-imperialistische en anti-kapitalistische verhaal tevreden te houden. Nog steeds steunt een deel van Lula’s Arbeiderspartij de regering Maduro en de door de CNE gepresenteerde verkiezingsuitslag. Een gotspe.
Brazilië, Colombia en Mexico proberen nu de impasse te doorbreken. Mexico is as we speak even afgehaakt, omdat je een linkse compañero toch eigenlijk niet mag laten vallen. Brazilië kauwt op een voorstel om nieuwe verkiezingen te houden, als een soort ’tweede ronde’. In oppositiekringen in Venezuela wordt dat uiteraard weggehoond.
De mensen zijn opnieuw aan hun lot overgelaten. 17 augustus – morgen! – gaan ze opnieuw de straat op, ten prooi aan de kogels van Maduro’s politie én de door Chávez en zijn opvolger Maduro bewapende burgermilities.
PS Ik heb het in dit artikel gemunt op een deel van links, dat ziende blind is, maar rechts kan er ook wat van. Dat steunde in 2022, toen Bolsonaro en Lula om het presidentschap in Brazilië streden, de radicaalrechtse Bolsonaro tegen de ‘communistische’ Lula. Het is dezelfde fout maar dan aan de andere kant van het spectrum. Wie voor de democratie is, steunt geen Bolsonaro, geen Trump, geen Maduro, geen Ortega of Díaz-Canel en geen Poetin, domweg omdat ze autocraten zijn. Trump zei het zelfs eerlijk: “Als je in november op mij stemt, hoef je daarna nooit meer te stemmen.”