Het Nederlandse team had alle eerdere ontmoetingen met de Amerikaanse semiprofs verloren. Er stond een geladen en op revanche belust Oranjeteam in het veld. En dan hoeft er niet veel te gebeuren of de vlam slaat in de pan.
Het ging mis in de zesde inning. Eén van de Amerikaanse spelers gleed met opgeheven spikes naar tweede honkman John Jonkers. In de Verenigde Staten een gebruikelijke actie om een dubbelspel op te breken. Hier niet. Jonkers was een pijnlijke ervaring rijker.
Kort daarna was het opnieuw prijs. Met opnieuw een hoofdrol voor John Jonkers.
Felle Amerikaanse protesten
Zijn door ‘hinderen van de catcher’ toegewezen vrije loop, zorgde voor felle Amerikaanse protesten. Er werd geduwd, gescholden en er vielen over en weer flinke klappen. Op de volgepakte tribunes ging men er eens goed voor zitten. Ingrijpen van officials zorgde ervoor dat de knokpartij snel kon worden beëindigd. Toen de gemoederen waren gekalmeerd, ging de wedstrijd verder.
Na afloop was er maar weinig objectief commentaar. In de kleedkamer van de Sullivans riepen de nog aanwezige spelers dat de vechtpartij de schuld was van de Nederlanders. Maar hoe zat het dan met de door meerdere mensen gehoorde scheldwoorden aan het adres van Hamilton Richardson?
De Amerikaanse fieldcaptain ontkende alles in alle toonaarden. Zij hadden niets geroepen. Maar fotograaf Piet van Strien stond naast de dug-out van de Sullivans en had een heel ander verhaal.
“De hele wedstrijd scholden ze. Toen Hamilton op het derde honk stond noemden ze hem ‘lousy country-boy’ en ‘black hotdog’. Na het gevecht adviseerden ze hun werper om Hamilton maar voor zijn kop te gooien. Even later was het ‘gooi hem maar dood’”
De Nederlandse ploeg gaf geen commentaar. De kleedkamer bleef dicht.