In twee 60 meter hoge glazen torens staan tientallen hagelnieuwe auto's te wachten op hun kopers. Dit is Autostadt, het 'communicatieplatform' van Volkswagen, de Duitse autobouwer die negen miljoen auto's per jaar verkoopt.
Autostadt werd voor 430 miljoen euro gebouwd naast de fabrieken van het Volkswagen concern in Wolfsburg en is met twee miljoen bezoekers per jaar een populaire toeristische attractie. In verschillende paviljoenen wordt hier de moderne autotechnologie gevierd.
Bugatti
In de museumruimtes staan klassieke modellen te pronken, van een anderhalf miljoen euro kostende Bugatti tot de VW Kever, natuurlijk de Golf, de eeuwige verkoophit, en ook een Oost-Duitse Trabant. Er zijn voor kinderen allerlei activiteiten rond de auto. En op monitoren in de hallen worden de namen vermeld van kopers, die in Autostadt hun nieuwe wagen komen afhalen. Wel vijfhonderd zijn het er per dag. 'Vandaag begroeten wij: de familie Döben. Aflevering tussen 14.15 en 14.30 uur'. En zo nog een hele trits namen.
Kompetenz
In droog Duits noemt Autostadt zichzelf een Erlebnis- und Kompetenzzentrum. Maar er is weinig fantasie voor nodig om dit luxueus uitgevoerde autopretpark, met een oppervlakte van meer dan 25 hectare, te zien als een signaal aan de wereld: kijk, waar wij Duitsers toe in staat in zijn. Een excursie door Autostadt, die voert langs alle merken van de Volkswagen Group, is als een trip naar het hart van Duitslands economische succes.
Die conclusie vindt Jakob Heller (59) uit Münster een tikje overdreven. Maar hij zal het niet ontkennen: 'Het gaat Duitsland goed. En ons ook. En dat zie je hier in Autostadt.' Met zijn vrouw Gerda is Heller voor de tweede keer in vijf jaar in Wolfsburg om een auto af te halen. Een Tiguan, dit maal, de succesvolle kleine SUV van VW. Vier maanden heeft het echtpaar op de aflevering moeten wachten. 'Maar nu is hij helemaal naar onze smaak ingericht.'
Besmet
Münster ligt bij de grens met Nederland. Dat het bij de buren economisch slecht gaat, had Heller al begrepen. Is hij niet bang dat ook Duitsland besmet zal raken door de crisis? 'Zolang we nog zoveel exporteren, zal dat wel meevallen.' Dan moet het echtpaar verder, naar de afhaalsilo's.
Voor de afhalers heeft Autostadt een speciaal parcours ingericht, waar chauffeurs een testrit kunnen maken in hun nieuwe auto. Ook Udo (50) en Petra (45) Döben uit Warstein hebben een Tiguan gekocht. Op het parcours went Udo, met hulp van een Autostadt-medewerker, aan alle technische snufjes. Het echtpaar heeft spaargeld in hun nieuwe auto gestopt. 'Met deze lage rentes levert sparen niets op,' geeft Udo Döben als reden. Ze zijn tevreden, de Döbens, met hun leven en met de situatie in Duitsland. Udo Döben, voordat hij met z'n vrouw al zwaaiend wegrijdt: 'Wij leven in voorspoed.'
'Hier besef je hoezeer wij een land zijn van ingenieurs,' zegt Robert Wendels (60) uit Dinslaken, bij Duisburg. 'En van echte autoliefhebbers.'
Welvaart
Aan alles in Autostadt merk je hoezeer de automobielindustrie de motor is van de Duitse welvaart. 'Hier besef je hoezeer wij een land zijn van ingenieurs,' zegt Robert Wendels (60) uit Dinslaken, bij Duisburg. 'En van echte autoliefhebbers. Zelfs de Groenen moeten zich erbij neerleggen dat in Duitsland geen maximumsnelheid zal worden ingevoerd.' Wendels is op de terugreis uit Berlijn en 'doet' met zijn dochter een dagje Autostadt. De beminnelijke vertegenwoordiger, die 60.000 kilometer per jaar aflegt, kijkt geamuseerd naar de 'afhalers' die in alle rust op hun gloednieuwe VW – met 0 kilometer op de teller – wachten. 'Zo typisch Duits,' zegt hij. 'Als het enigszins kan kiezen wij voor degelijkheid en betrouwbaarheid.'
Over de vraag welke politicus die 'Tugenden' (deugden – red.) het duidelijkst vertegenwoordigt, bestaat onder bezoekers aan Autostadt weinig twijfel. 'Angela Merkel,' zegt Jakob Heller uit Münster. 'Er zijn ook weinig alternatieven want de rest is ronduit slaapverwekkend. Maar ik moet toegeven: Merkel doet het goed.'
In 2012 exporteerde de Duitse autoindustrie voor 195 miljard euro aan auto's en onderdelen. De autoconcerns en aanverwante bedrijven vormen daarmee de grootste exporteur in de Bondsrepubliek. Als de export hapert, zoals dit voorjaar, dan trekt die een tijdje later gewoon weer aan. Politici, die op verkiezingspad zijn, weten dat ze de autobouwers te vriend moeten houden. Ook omdat in de auto-industrie 720.000 mensen – potentiële kiezers – werken, van wie velen zich emotioneel met hun concern verbonden voelen. Je bent en je voelt je bijvoorbeeld een 'Opelianer' als je voor Opel werkt en dat kan gedurende een heel arbeidszaam leven het geval zijn. Kanselier Merkel onderstreepte de politieke verbondenheid met de autoconcerns onlangs door in Brussel hard op de rem te trappen toen de Europese Commissie strictere CO2-regels wilde afdwingen. Omdat Duitse autobouwers – in tegenstelling tot Franse en Italiaanse – niet aan die regels kunnen voldoen, weigerde Merkel om in te stemmen.
