Venezuela: onhoudbaar en onverdraaglijk

De demonstranten in Venezuela worden harder dan ooit aangepakt en Human Rights Watch heeft een vernietigend rapport over de mensenrechten geschreven. Hét moment om nog eens contact te zoeken met een paar tegenstanders van de regering die ik in april sprak in Caracas.

De protesten in Venezuela, die al drie maanden duren, verliezen het in het nieuws nog steeds van de dreigende oorlog in Oekraïne, de uitzichtloze oorlog in Syrië, het oplaaiende geweld in Mali en Libië en dan nu ook nog de ontvoerde meisjes in Nigeria.

Maar in Venezuela is de meerderheid van de bevolking de situatie van schaarste van eerste levensbehoeften, waaronder eten, de alsmaar stijgende prijzen vanwege de inflatie van meer dan 50 procent en voortdurende criminaliteit meer dan zat.

De firma Datanálisis deed in april onderzoek. 79,5 procent van de bevolking betitelt de situatie als slecht en 59,2 procent is het niet eens met het beleid van de socialistische regering van president Nicolás Maduro, de erfgenaam van de charismatische aan kanker overleden Hugo Chávez. Ook een deel van de socialistische aanhang behoort tot de critici.

Keerpunt

Human Rights Watch bracht een gedetailleerd rapport uit over schending van de mensenrechten door de regeringstroepen tegen de demonstranten door het hele land. Demonstranten worden opgepakt en vastgehouden zonder dat daar een rechterlijk bevel aan ten grondslag ligt en zonder dat ze met hun familie mogen bellen of met een advocaat mogen spreken, ze worden mishandeld en in meer dan veertig gevallen ook gemarteld.

Ze hebben geen juridische bescherming omdat een aantal openbare aanklagers en rechters overduidelijk op de hand van de regering is. De regering ontruimde de eerste dagen van mei een drietal tentenkampen van demonstranten in Caracas en arresteerde 243 jonge mensen. Ze werden prompt beschuldigd van drugsgebruik en het bezit van wapens en explosieven, die ook als ‘bewijsmateriaal’ werden getoond. Deze ontruimingen kwamen bij de tegenstanders van de regering hard aan. Er lijkt een soort keerpunt te zijn gekomen.

Ook in een tent

William Campos, die ik sprak voor het Nederlandse tijdschrift Oneworld, is een selfmade man uit de onderklasse. Hij is door een hardwerkende en stimulerende moeder gevormd op de universiteit en is mechanisch ingenieur. 'Als ik twintig was, zou ik hier ook in een tent zitten', zei hij toen ik hem in april tegenkwam bij het tentenkamp bij het kantoor van de Verenigde Naties in Caracas. Campos fulmineerde tegen het economische wanbeleid van de regering, die volgens hem de olie-industrie – vrijwel de enige inkomstenbron – om zeep aan het helpen is. Maar hij had het ook over burgerzin die de Venezolanen moeten ontwikkelen om hun regering kritisch te volgen en een beter land op te bouwen. Opmerkingen die veel sympathisanten van de regering ook maken. Startpunt voor een dialoog, zou je zeggen. Maar die komt niet van de grond.

Ik sprak Campos nu begin mei via Skype. Hij – een energieke vent met een donderstem – was ronduit aangeslagen. Over de ontruiming van het tentenkamp bij de VN: 'Wij werden om drie uur ‘s ochtends wakker door geschreeuw. We zagen honderden mensen van de guardia. Overal traangas, tot in huis hier toe voelden we het. Alle jongeren zijn gearresteerd. Dat ze wapens en drugs hadden is puur gelul. Dit is geen democratie. De mensen zijn kwaad en wanhopig.'

Campos is ervan overtuigd dat de harde acties zijn uitgevoerd om de aandacht van de echte problemen af te wenden. 'De rijen voor de winkels worden alleen maar langer. Er is nu ook gebrek aan materialen om de voedingsmiddelen in te verpakken. Blik, plastic, deksels. De voorzieningen in de ziekenhuizen worden schaarser.

Geen interview

Op een bepaald moment wordt de spanning zo groot dat de regering moet wijken en maatregelen moet nemen. Maar dat is zaak van een lange adem. Er is geen uitzicht op een doorbraak. De mensen hebben zich van de politiek afgekeerd.  Je kunt alleen maar hopen dat ze wakker worden en zich met de politiek gaan bemoeien.'

Hij denkt erover naar een ander land te gaan, als het mogelijk is de Verenigde Staten. 'Dat is niet gemakkelijk. Het doet pijn om weg te gaan. Maar de situatie is onhoudbaar geworden omdat niemand moeite doet de problemen op te lossen. Het is onverdraaglijk.'

Janset Rojas, hier eerder geïnterviewd voor TPO Magazine (voor lezers van eLinea hier), leidde een theatercollectief dat acts deed op straat en in de metro in Caracas om te protesteren tegen de problemen: Protesta Creativa. Ze sprak haar zorgen uit over de haat tussen regeringsaanhangers en oppositie in haar land. Maar ze was wel hoopvol over de toekomst en had het gevoel dat ze daar een bijdrage aan kon leveren. Maar nu wil ze geen interview.

'Het is voorbij',  schrijft ze me, 'De mensen kwamen niet meer opdagen voor de acts.' Zelf heeft ze gelukkig meer werk gevonden als actrice en dat heeft haar financiële problemen in deze tijden van aanhoudende prijsstijgingen verlicht. 'Ik had last van de stress die de hele situatie met zich meebracht en ik probeer nu het nieuws gewoon te ontwijken. De sfeer hier is super vreemd.'

Mijn gekozen waardering € -

Wies Ubags (1962) werkt vanuit Brazilië voor oa het ANP. Ze is ook te horen op de Nederlandse en Belgische radio (vooral BNN, WNL en VRT).  Ze schrijft over ambitie in Latijns Amerika, in het klein en in het groot. Economische onderwerpen krijgen veel aandacht.