Het azc is al een half jaar open, inmiddels wonen er 106 jongens en 6 meisjes, allen in de leeftijdscategorie 14-18 jaar. Het leeuwendeel komt uit Eritrea en Syrie, een enkeling uit West-Afrika, Marokko, Somalie. Staatssecretaris Teeven, plaatselijk burgemeester Naafs, COA-bestuurder Siebers en buurtvertegenwoordiger Westendorp zetten ieder hun handtekening op het ceremoniele doek. Dan ontknopen ze een touwtje en valt het doek. Het azc is geopend.
In een zaaltje met koekjes en borrelnootjes volgen toespraken. Crimefighter Teeven toont zich van een zachte kant. Dit azc is het gevolg van geopolitiek, zegt Teeven. 'Als wij daar F16's heen sturen om IS en Assad te bevechten kun je niet van mensen verwachten dat ze stil zitten. Die gaan niet wachten tot ze een bom op hun hoofd krijgen. Die gaan vluchten. Weggebombardeerd uit Homs, uit Aleppo komen ze ook hier, in deze mooie, gastvrije en hartelijke gemeente, waar ik ook veelvuldig mijn vrije tijd doorbreng.'
COA-bestuurslid Siebers is al de hele dag in Overberg. Hij heeft zich net in pak gehesen voor zijn toespraak. Hij kwam uit een spijkerbroek, waarmee hij zich onder de jonge vreemdelingen had gemengd. Die hebben behalve oorlogsleed ook een ruige reis -overland naar Lybië en dan overzee naar Europa – achter de rug, illustreert Siebes. Dan komen ze hier terecht, tussen al dit groen. 'Goede voorwaarden om eindelijk rust te vinden. Al zit er nog veel spanning. Die uit zich in sport, dat heb ik gezien.'
Die spanning uit zich ook wel eens anders, vertelt buurtvertegenwoordiger Westendorp. Van horen zeggen weet hij dat er een grote vechtpartij is geweest, minstens vijftig jongens waren er bij betrokken. Iets met een rij voor een koffiemachine. Mag ik niks over zeggen, zegt een COA-medewerker desgevraagd en kijkt zijn COA-superieur aan. 'Wat is uw vraag? Klopt, er was een vechtpartij. Aanleiding was een wachtrij voor de koffiemachine.' Het is niet altijd de gemakkelijkste groep, alleenstaande minderjarige asielzoekers, zegt Teeven.
Gelukkig dat het binnen de hekken is gebleven, aldus Westendorp. Zo'n vechtpartij kan ook buiten de hekken geraken en dan zijn hij en zijn buren in de aap gelogeerd. Maar verder is alles rustiger dan de direct omwonenden een half jaar geleden verwachtten. Vooral huisjesbewoners van de naastgelegen camping kregen toen ruime airplay op RTV Utrecht en 1opstraat, waar met randstedelijke tongval flink werd afgegeven op de komst van asielzoekers die onze mores niet kennen en onze meisjes lastig vallen. Maar die mensen zijn er vanmiddag niet bij.
De overlast is volgens Overbergers zelf vooralsnog beperkt gebleven tot meer zwerfvuil en groepjes jongens die picknicken – ook wel eens met flesjes bier en een kampvuurtje – op veldjes en in weilanden, want daar zijn er hier veel van op de noordflank van de Heuvelrug. Hen wordt te verstaan gegeven dat zulks niet de gewoonte is, hier. Eigenlijk, zegt Westendorp, rest ons nog maar een enkele vraag: 'Wie is de vader van deze jongens, wie zorgt dat ze om elf uur binnen zijn? Wie zorgt ervoor dat ze een hesje aantrekken en een lichtje aan hun fiets hangen als ze op de slecht verlichte landweggetjes fietsen?'
Vaders, nee. Wel grote broers en zusters, de medewerkers van het COA. Een hecht team van soms maar net iets oudere jongens en meisjes dan de kinderen waarmee ze nauw contact hebben, en die ze stuk voor stuk bij voornaam kennen. 'Ahmed, kan ik je zo even spreken,' spreekt een van hen een Syrische jongen aan. Standje misschien? Nee hoor, dat hij maandag naar het IND moet. Dat moeten ze veel en vaak, naar het IND. Vluchtverhaal, procedures, papieren. Zo niet, dan gaan ze naar school, ook op het complex: een voormalige jeugdgevangenis, in april snel ontdaan van dikke deuren, scheermesrollen en hoge hekken.
Na schooltijd mogen ze zich vrij bewegen, negen uur moeten ze binnnen zijn. Daar luistert niet iedereen naar, het zijn net gewone pubers, en die krijgen dan een standje. Als ze meer dan twaalf uur weg zijn worden ze als vermist opgegeven, zegt de COA-medewerker, terwijl Teeven de armen opstroopt en zich laat verleiden tot een potje tafelvoetbal met de jongens. Burgemeester Naafs hangt zijn ketting weer om als blijkt dat iedereen met hem op de foto wil. De foto's gaan de hele wereld over, tot diep in IS. Terwijl de fotograferende pers wordt verboden ook maar iemand herkenbaar in beeld te brengen.
Naafs is blij dat het allemaal zo zacht is 'geland' in Overberg, na het aanvankelijke tumult in april. Geen burgemeester is blij als het COA belt, zegt Siebers. Was inderdaad wel even slikken, zegt Naafs, die 'heel wat over zich heen kreeg, al dan niet anoniem. Maar daar trek ik me niets van aan.' Wel, zegt Naafs, is het nu gedaan. In Overberg mogen er nog een kleine honderd jongeren bij, de geplande uitbreiding tot 400 komt er niet, of alleen na uitvoerige evaluatie en langdurige planvorming. Utrechtse Heuvelrug telt naast azc Overberg ook azc Leersum al, met zevenhonderd bewoners, sinds 1982. 'Wij hebben onze gastvrijheid maximaal ingevuld. Het is nu aan andere gemeenten. Als iedereen het zo invult is er geen probleem meer.'
Dan volgt gezang in het schooltje, door een koor jongens dat Frogers kraker een eigen huis omtaalt naar een eigen school. Teeven en Naafs vallen in, het is ronduit gezellig, en alles is upbeat, vindt ook Teeven: 'Het is belangrijk dat je ze skills aanleert, die ze hetzij hier hetzij daar kunnen gebruiken.' Toch is Mursi -17 jaar, uit Idlib, Syrie, nu Islamitische Staat – blij dat hij volgende week weg mag, naar Maastricht, omdat hem een verblijfsvergunning is toegekend. De komende vijf jaar is hij van de gang naar de IND af, kan hij zich concentreren op school en studie. 'Happy, very happy.'
COA-bestuurder Siebers heeft een boek bij zich, getiteld Tien jaar later, met verhalen van modelvluchtelingen. 'Met een verhaal van een inwoner van deze gemeente, gevlucht uit Benin. Nu getrouwd met een blonde Friezin, en met een baan als glasvezellasser. Klinkt als een vakman waar behoefte aan is in Nederland, zegt Teeven, die afsluit met een gezegde: 'Een gast brengt tweemaal vreugde aan. Is het niet bij het komen, dan is het wel bij het gaan. Bij asielzoekers is het vaak andersom. Aanvankelijk ongewenst zie je dat dat vaak omslaat naar betrokkenheid. Naar teleurstelling als het azc sluit.'
De modelvluchteling in kwestie kreeg het trouwens niet allemaal cadeau, vertelt Cees van den Broek, die vluchtelingen in de regio van studiegeld voorziet, opgebracht door de verkoop van tweedehandskleding in zijn Eurowinkel. De jongeman, zegt Van den Broek, is ooit door het COA zelf op straat gezet. Is door de IND vijfmaal gepresenteerd bij Afrikaanse ambassades. Pas na 12 jaar, waarvan 6 jaar illegaal, kreeg de man een verblijfsvergunning. ' Wij hebben deze man 6 jaar opgevangen in de noodopvang, we hebben hem op kosten van de Eurowinkel laten studeren en we zijn blijven vechten voor een verblijfsvergunning. Wat een hypocrisie van het COA om nou juist hém zo op te voeren. Dat hadden ze 14 jaar geleden moeten doen.'