Of die term niet in het Groene Boekje mocht, twitterde iemand laatst toen ze in mijn bio las dat ik mezelf een aanmoddermoeder noem. Ik bedacht 'm deze zomer, op de ligstoel van het pittoreske Franse appartementencomplexje terwijl ik naar mijn tweejarige dochter keek die keer op keer in het diepe deel van het zwembad sprong, proestend boven kwam, zich als een jong hondje naar de overkant bewoog, op de kant klom en hetzelfde trucje nog een keer deed. En dat 25 keer achter elkaar.
Roseetje
Een stukje verderop spartelde mijn vijfjarige-zonder-zwemdiploma-maar-met-bijna-een-jaar-zwemles-achter-de-rug, zwembandjesloos in het water. Dat mocht mits zijn vader en ik in de buurt waren. Twee weken lang bleef hij boven water (daar is ook alles mee gezegd, laten we het erop houden dat de zwemleraar nog wel wat werk te verzetten heeft). Vanaf diezelfde ligstoel luisterde ik, roseetje onder handbereik, naar achter kleuters aanrennende moeders: “Wat ik had ik nou gezegd: niet rennen langs het zwembad! En na het eten mag je minimaal een half uur niet in het water! Niet lopen met een ijsje, niet de hond aaien, niet je speelgoed mee naar buiten nemen." Op het strand zag ik Franse moeders met priemende ogen kijken naar hun kroost dat, getooid in UV-werende badpak, kurken drijfband, oranje zwembandjes, pet en zonnebril, hulpeloos ronddobberde in de Middellandse zee.
Smetvrees
Mijn kinderen zijn, in tegenstelling tot hun moeder, beiden niet van het brave, rustige soort, maar ik ren zelden achter ze aan. Dat komt vooral omdat ik daar te lui voor ben, ik lees liever een boek of staar een beetje voor me uit. Een andere reden voor mijn aanmoddermoederschap, is het ontbreken van een plan. Eigenlijk doe ik maar wat. Met mijn leven, en als moeder. Opvoedkundig niet geheel verantwoord, maar wel goed voor de creativiteit. Mijn dochters grootste hobby is stenen omdraaien en wormen ontleden (aanmoddermoeders hebben zelden smetvrees) en tijdens etentjes op het lokale Franse dorpsplein toverden mijn kinderen de lantaarnpaal om tot draaimolen. Binnen vijf minuten draaiden alle dorpskinderen rondjes met hen mee (om vervolgens direct weer terug gecommandeerd te worden aan tafel).
Fietshelm
Ik zorg dat ik mijn kinderen altijd kan zien, ken ze, vertrouw ze en laat ze daarom hun gang gaan. Toch voel ik me vaak ongemakkelijk onder de afkeurende blikken die andere moeders me toewerpen als ze mijn peuter zien ronddwalen.
Onbevreesd
Met oprechte verbazing luister ik naar moeders die de riempjes van het autostoeltje – waar mijn dochter zich binnen twee minuten uit heeft gewurmd – met een stukje stof onder de naaimachine vast stikken. Nog los van het feit dat ik nog nooit een naaimachine van dichtbij heb gezien, zou het niet in me opkomen. Terwijl ik, net als elke moeder, doodsbang ben dat mijn kinderen iets overkomt. Ik wil alleen mijn angsten niet op hen projecteren. Ooit zei iemand dat de reden voor haar voorzichtige, angstige inborst misschien lag in het “doe voorzichtig” mantra van haar moeder. Ze had liever wat vaker “veel plezier” gehoord. Dat heb ik altijd onthouden. Kinderen zijn onbevreesd en willen de wereld ontdekken. Geef ze die ruimte.