Beveiligingssector in het nauw

Het verstrekken van legitimatiebewijzen aan beveiligers in Nederland zit ingewikkeld in elkaar. Passen worden niet altijd binnen de termijn van zes weken verstrekt, beveiligers moeten meerdere passen hebben van bedrijven waarvoor ze werken, ontheffingen van de uniformdraagplicht voor persoonsbeveiligers en winkelsurveillanten in burgerkleding lijkt op verschillende manieren te worden beoordeeld door de diverse politieregio’s.  Kortom: de beveiliging zit in het nauw.

De Vereniging Beveiligingsorganisaties Nederland (VBe NL) in Maastricht wil daar op een ‘lobbyachtige’ wijze verbetering bereiken. De lobby is met name gericht op de screenings autoriteit van het ministerie van Veiligheid en Justitie, Justis.

Volgens een van de leden van de brancheorganisatie, Twan Hermens van Security en Investigation Group BV in Hoofddorp, zou het een stuk makkelijker werken als een legitimatiebewijs alleen op naam van de beveiliger in kwestie wordt afgegeven in plaats van dat bedrijven tegen betaling van vijfenzeventig euro aan leges iedere keer weer een nieuwe pas moeten aanvragen voor een en dezelfde werknemer. Het gevolg: extra kosten voor bedrijven, een beveiliger die met verschillende passen op zak rondloopt. Volgens Twan Hermens zou een verandering van het beleid een hoop administratieve rompslomp voorkomen.

Hoewel hij daar zelf geen last van heeft om een legitimatiebewijs aan te vragen voor zijn werkzaamheden als persoonsbeveiliger als het gaat om ontheffing van de uniformdraagplicht te verkrijgen, blijkt dit in het land nog steeds niet goed geregeld te zijn. Krijgt Hermens op de voorkant ‘persoonsbeveiliger’ en op de achterkant ‘ontheffing van de uniformdraagplicht’ afgevinkt, in Utrecht beperkt zich dit bijvoorbeeld tot alleen een ‘ja’ bij ‘persoonsbeveiliger’ en ‘nee’ bij ‘ontheffing uniformdraagplicht’.

In het laatste geval blijkt dat voor iedere opdracht steeds opnieuw ontheffing bij de afdeling bijzondere wetten moet worden aangevraagd. Dat is volgens Twan Hermens niet de goede gang van zaken. Hij is helemaal verbaasd als hij hoort dat een ondernemer in Groningen al vier jaar aan het procederen is met de plaatselijk politie om een ontheffing te krijgen als persoonsbeveiliger en het eind nog niet in zicht is.

De rechtbank Noord-Nederland heeft onlangs besloten, dat er een nieuwe bezwaarprocedure moet worden opgestart, omdat de politie zonder de ondernemer daarvan in kennis te stellen wel een ontheffing heeft verstrekt, maar die eenzijdig weer heeft ingetrokken, omdat het algemeen belang daar niet mee zou zijn gediend. De politie moet daar nu verantwoording over afleggen.

De ondernemer in kwestie baalt daarvan, omdat hij in principe een beroepsverbod opgelegd heeft gekregen en zijn werkzaamheden niet kan uitoefenen. Bovendien dat de rechter de tijd ruim drie jaar heeft teruggezet in plaats van op basis van de ‘lex silencio positivo’ hem van rechtswege de ontheffing toe te kennen, omdat de politie te laat of niet heeft gereageerd wat reden geeft de ontheffing stilzwijgend te verlenen. Ook wat betreft de ontheffing van winkelsurveillant in burgerkleding zijn er problemen ontstaan in Groningen, omdat er ten onrechte een relatie wordt gelegd met de bevoegdheden van een opsporingsambtenaar. ‘Het een heeft niets met het ander te maken’, aldus de ondernemer, maar de politie is daar helaas moeilijk van te overtuigen. Het is zuur, want in andere regio’s wordt de ontheffing wel verleend.’

Twan Hermens herkent de moeilijkheden. Zelf moet hij nog steeds extra in de pen klimmen om ontheffing aan te vragen als persoonsbeveiliger geen V-speldje te moeten dragen. Het zijn details die volledig afwijken van andere beschikkingen, die in het kader van de Wet Openbaarheid Bestuur (WOB) zijn opgevraagd en waaruit blijkt dat persoonsbeveiligers die voldoen aan de opleidingseis standaard voor ontheffing in aanmerking komen gedurende de periode dat het legitimatiebewijs geldig is.

Twan Hermens meent dat elke regio autonoom acteert en is het verkrijgen van een volledige ontheffing gewoon afhankelijk van de politieman/vrouw die dit in portefeuille heeft en hoe daarmee wordt omgegaan. ‘Voor ons is het nooit een ‘issue’ geweest, maar ik weet vanuit de branchevereniging dat een onderneming in Rotterdam heel veel moeite heeft om dit geregeld te krijgen. Gewoon omdat daar een andere persoon op die stoel zit en die acteert waarschijnlijk net zoals in Groningen wordt meegemaakt.  Wat dat betreft is er sprake van rechtsongelijkheid. Deze situatie biedt onvoldoende ruimte om de werkzaamheden naar behoren uit te voeren’, aldus Twan Hermens.

Hij vindt het ook vreemd dat voor persoonsbeveiligers die van de Dienst Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging (DKDB) willen overstappen naar het bedrijfsleven opnieuw een opleiding ‘persoonsbeveiliging’ moeten doorlopen. Daar komt bij dat de Stichting Vakexamens Particuliere Beveiligingsorganisatie (SVPB) de standaard ontheffing voor gediplomeerde persoonsbeveiligers en winkelsurveillanten in burgerkleding niet kan garanderen.

Hermens hoopt dat er snel verandering komt in het landelijk beleid dat nu door verdeeldheid wordt beheerst. Of dat gaat lukken, is nog sterk de vraag. Hermens denkt dat alle instanties zitten te wachten op de dag dat de uitreiking van het legitimatiebewijs gecentraliseerd is. Dat duurt echter al een paar jaar. ‘De Nationale Politie roept dat de passen centraal worden uitgegeven, maar dat is nog steeds niet zo. Dat geldt ook voor het aantal passen. Ik heb van collega-bedrijven wel tien passen in mijn zak. Dat kan worden voorkomen als er een pas op naam van de beveiliger wordt uitgegeven. Dat zijn we van dat gezeur af en hoeven we ons niet scheel te betalen aan legeskosten. Het is net als bij een kenteken van een auto. Die staat ook op een naam. Zo zou het moeten zijn. Dan zijn we van de ellende af.’

Wie moet dat regelen?

Twan Hermens: ‘Iedereen zit te duwen, maar niemand is krachtig genoeg om bij de minister of om dat bij de hoogste politie-instanties voor elkaar te krijgen. De Nederlandse Veiligheidsbranche (NVB) doet er naar zijn mening ook niet veel aan. Daar zitten met Securitas, Trigion en TSC grote partijen in. Die zouden er nog wel belang bij hebben, maar die grote jongens – laten we eerlijk zijn – die leveren misschien tien – tot vijftienduizend beveiligers die een boterham willen verdienen en zitten niet te wachten op persoonsbeveiliging.’

 

Mijn gekozen waardering € -