Daarmee is het niet meteen fout wat mij betreft. In het huidige systeem worden veel kalveren geslacht en gaat hun bloed verloren. Dus dat bloed benutten is een eerste winst. Het probleem voor de lange duur is echter wel, dat kweekvlees niet zonder de traditionele vleesindustrie kan.
Dit is natuurlijk geen fijne boodschap en het gevaar is dat de emoties bij het woord ‘kalfsbloed’ het initiatief meteen de grond in drukken. Terwijl het in potentie veel dierenleed bespaart. Maar we moeten eerlijk zijn over eten, ook al is die waarheid ongemakkelijk. Zonder waarheid geen goede discussie, geen juiste keuzes en al helemaal geen goede toekomst.
Wat zou het gaaf zijn om het opnieuw te doen: onze voedselevolutie. Van vissen, jagen en verzamelen, naar moestuin, kleinschalige veehouderij en bio industrie. Op welk punt zouden we met de kennis van nu stoppen of een andere weg inslaan? Misschien een aardig vakantie concept: in drie weken van nul naar nu.
Halal slager
'De koe keek me verdrietig aan'
Een zo'n fase zou dan zijn: het zelf slachten van dieren. Ik ben eens bij een halal slager geweest waar koeien met een mes de keel werd doorgesneden. Erg onprettig om te zien: de dieren moesten eerst een zogenaamde kantelbak in worden gejaagd, die hen op de zij legde en daarna duurde het een kleine minuut voor de dieren dood waren. De koe keek me onderwijl verdrietig aan. Anderzijds was er een relatie tussen de slager en de koe, iets wat in de moderne slagerijen ontbreekt. Zou een koe liever sterven voor/door een mens of door een machine? De dieren berustten er op een bepaalde manier in. Ik als mens denk er nog steeds aan, maar eet ook nog steeds hamburger (biologisch, van natuurboer Berrie). Tegelijk maakt mijn hart een sprongetje door het zien van een prachtige moeder en dochter koe bij deze boer (illustratie). In mijn hoofd kan het blijkbaar samen gaan, al weet ik niet wat ik zal doen als het kalfje aan de beurt is.
Waardevol
Het leven van de slachtdieren is ook wat waard, en dus hoeft hun vlees wat mij betreft niet weggekweekt (stel het zou eens lukken zonder kalfsbloed). Voor Boerenvee (blad voor hobbydierhouders) maakte ik een keer een artikel over het fenomeen kweekvlees, zie onder. Conclusie: kweekvlees is geen bedreiging voor kleinschalige dierhouderij en niemand vindt dat kleinschalige dierhouderij fout is, ook niet als je daarna het dier opeet. En laten we het vooral ook niet omdraaien: buurtvarkens samen houden voor het vlees, daarna een protestactie organiseren, je knuffelvarkens behouden en je karbonaadje weer in de supermarkt halen, zoals Jelle Brandt Corstius waarneemt.
Stelling: Vlees belangrijke basis hobbydierhouderij
Deze zomer werd de eerste hamburger uit kweekvlees gepresenteerd. Hoogleraar Mark Post van Universiteit Maastricht liet de wereld een hamburger zien, die in een laboratorium gekweekt is uit stamcellen die groeien op kalfsbloed. De kosten zijn nu nog 250.000 euro per hamburger, maar Post verwacht dat kweekvlees over tien jaar goedkoper is dan vlees. Ook andere alternatieven voor vlees zijn in opkomst: de Vegetarische Slager produceert uit plantaardige eiwitten nepvlees dat niet van echt te onderscheiden is. Motivatie van beide heren is om de bio-industrie overbodig te maken. Maar wat te denken van vlees van scharrel- of biologisch gehouden dieren? Is vleesverkoop niet een belangrijke basis onder dierhouderij? Zullen de schaapskuddes straks verdwijnen?
Marjel Neefjes, Grebbeveld Schapen &zo
“Vleesverkoop is inderdaad een belangrijke pijler onder onze schaapskudde. Naast het begrazen. Zonder de verkoop van vlees levert een schaapskudde geen gezinsinkomen op. Vlees levert meer op dan de verkoop van levende dieren, al kost het ook meer tijd. Wij leveren pakketten aan particulieren, en wat we niet zelf kwijt kunnen, gaat de handel in. Ook houden we ooien aan voor eigen aanwas.
Ik zie in kweekvlees geen bedreiging voor de extensieve veehouderij. Het lijkt me een prima vleesvervanger. Het is misschien wel een bedreiging voor de vleesindustrie, maar naar mijn mening mag de intensieve veehouderij wel verdwijnen. Ik denk dat onze doelgroep een stukje kwaliteitsvlees zoals van onze schapen, met ons verhaal, zal blijven waarderen. Misschien gaan ze wel kweekvlees eten als alternatief voor bijvoorbeeld gehakt, hamburgers of frikandellen.
Ons vlees is een bijproduct van het begrazen. We houden de dieren niet met vleesproductie als doel, en de dijken en natuurgebieden die wij met onze dieren begrazen, kunnen niet dienen voor onze voedselvoorziening. Het is dus niet zoals bij intensieve veehouderij, waar graan en soja als diervoer gebruikt worden, terwijl je daar ook direct mensen mee kunt voeden. Wij gaan ook voor smaak, en het leveren van een kwaliteitsstreekproduct, en daar zal altijd een markt voor blijven. Wat betreft andere vleesvervangers zoals van de vegetarische slager: ook die heet ik van harte welkom. Wij eten zelf ook een paar dagen per week geen vlees.”
Jaap Korteweg, de Vegetarische Slager:
“Ik begrijp dat vlees een belangrijke economische pijler is onder de veehouderij. Maar wat mij betreft mag de veehouderij wel worden afgeschaft. Ook de extensieve. Ik heb liever natuur. Als we de wereldbevolking willen blijven voeden, is het belangrijk om geen vlees meer te eten. Nu gebruiken we 70 procent van het landbouwareaal voor de verbouw van veevoer of het laten grazen van vee.
Voor vegetarisch vlees zoals wij dat maken, is slechts de helft nodig. De andere helft is dan beschikbaar om meer monden te voeden, of voor de natuur. Daar zouden ook extensieve veehouders hun vee op kunnen laten grazen, en ik denk dat dat ook gebeurt: er zullen altijd mensen vlees blijven eten. Maar van mij hoeft het niet. Ik denk dat er op de wereld geen plek is voor hobbydieren of vleesvee. Laat de dieren op zichzelf in de natuur leven, daar zijn ze het best af en het is toch ook een mooi gezicht? Wat betreft oude rassen: die zijn vaak robuuster dan moderne rassen en dus eerder geschikt in de natuur te leven.”
Mark Post, hoogleraar vasculaire fysiologie, Universiteit Maastricht en uitvinder van het kweekvlees:
“Het verminderen van het dierenleed in de intensieve veehouderij is mijn drijfveer, niet het bestrijden van de hobbydierhouderij. Het houden van vee op kleine schaal zal nooit een probleem worden. Die vorm van houderij kan prima aan milieu- en dierwelzijnseisen voldoen.
De vraag naar vlees zal volgens de FAO verdubbelen, maar de huidige veehouderijsector zit nu al aan haar maximum. Kweekvlees kan een oplossing bieden, maar ik verwacht dat nog steeds een kwart van het vlees in de schappen rechtstreeks van een dier afkomstig is. Dat kan van extensief gehouden dieren zijn, zonder milieu problemen, Net zomin als het rijden met oldtimers of een stoom trein dat is.”