Chagall, Mozes en de eeuwigheid

‘De klokken van Chagall' reizen door Nederland. Vertrekpunt van deze expositie is het Zuiderzeestadje Elburg. Daar hangt ook 'De Mozes in Chagall': een expositie van grafisch werk, waarin Chagall zich identificeert met de figuur Mozes.

Zestig jaar geleden trokken drie jonge kunstenaars met zeven lithostenen in een Lelijke Eend naar Zuid Frankrijk. Het resultaat: een litho van Marc Chagall, afgedrukt in het zogeheten Kwadraatblad.

Ziehier in een notendop het verhaal achter het project ‘De Klokken van Chagall’. De drie kunstenaars heetten Joop Beljon, Pieter Brattinga en Ed van der Elsken. Aanleiding was een essay van Beljon, getiteld ‘De Klokken van Chagall’. Beljons interpretatie van Chagall’s rondzwevende staartklokken fascineerde Pieter Brattinga, grafisch ontwerper bij de Hilversumse drukkerij De Jong & Co. Allereerst besloot Brattinga het artikel te publiceren in het door hem bedachte ‘Kwadraatblad’; een jaarlijkse gratis uitgave van De Jong & Co. Maar hij vatte ook een stoutmoedig plan op voor de illustratie: hij schreef Marc Chagall persoonlijk aan, met het verzoek om een nieuwe klok te tekenen voor zijn Kwadraatblad.
En jawel, de meester stemde toe! Een tocht naar ’s mans atelier in Zuid-Frankrijk volgde. Fotograaf Ed van der Elsken reisde mee om dit avontuur vast te leggen.

Gewaagd

“Een gewaagde bedoening, maar Chagall tekende inderdaad een klok op een van die stenen,” vertelt Pieter Zuidema van het Chagall Research Centre Wuyt. “Dat werd de litho ‘Les Pendules’. En vanaf deze editie werd het Kwadraatblad pas écht invloedrijk. Coryfeeën als Willem Sandberg, de Vijftigers en diverse toonaangevende kunsthistorici schreven erin. Er gebeurden opeens allerlei nieuwe dingen in het tot dusver toch wat versufte Nederland.”

Zestig jaar later is de tijd rijp voor een terugblik, vond men bij het Chagall Research Centre. Gekozen werd voor een koningsblauw gekaft boekje, qua kleur en vormgeving geïnspireerd op dat bewuste Kwadraatblad.
Zuidema: “Over die reis naar Zuid-Frankrijk hield Pieter Brattinga ooit een smakelijke redevoering, die door zijn vrouw Annette is bewerkt tot een prettig leesbaar verhaal. Naast het essay van Beljon hebben we dat opgenomen in ons boekje.” Verder bevat het twee artikelen, van kunsthistorica Brenda Roos en Pieter Zuidema zelf. “Ik heb wel een compleet andere kijk op die klokken dan meneer Beljon. Dat is ook logisch, we leven in een andere tijd. Vandaag de dag schrijven we niet meer zo verheven en zo wollig over kunst. Bovendien kun je dertig jaar na Chagall’s dood alles beter in perspectief plaatsen.”

Eindtijd

Duidde Beljon de klokken in Chagalls werk als verzet tegen de door techniek gedomineerde tijdgeest, Zuidema relateert ze aan Chagall’s tijdsbeleving.
“Ik ken geen andere schilder die de tijdsbeleving als onderwerp oppakt in zijn werk. Kijk, in het Europese denken − dat weer geworteld is in het oude Griekse en Joodse denken − leeft de veronderstelling dat de tijd er altijd al is geweest, maar ooit ophoudt. Denk aan een term als ‘eindtijd’. En volgens mij probeert Chagall met al die zwevende staartklokken de reis door de tijd naar die ‘oneindigheid’ vorm te geven.”
Pieter Zuidema brengt zijn interpretatie graag in verband met een muziekstuk, Messiaens ‘Quatuor pour le fin du temps’. Daarin hoort hij eenzelfde visie op de tijd. “Olivier Messiaen was een tijdgenoot van Chagall. Hij schreef zijn ‘Quator’ in 1941, toen hij in een Duits krijgsgevangenenkamp zat. Het derde deel is voor klarinet solo.”
Nu kun je je bij die klarinet ook een sjofar voorstellen, of een eenzame trompet. Legitieme associaties, meent Zuidema. “Maar de bezetting van het kwartet was mede wel door de situatie was ingegeven. Messiaen had in dat kamp alleen een oude piano tot zijn beschikking. En er waren een violist, een cellist en een klarinettist. Het derde deel heet ‘Abîme des Oiseaux’, de Afgrond van de Vogels. Want vogelzang is de voorbode van de muziek die je zult horen in de eeuwigheid. Na de eindtijd volgt namelijk de eeuwigheid; dan wél…! Daarom heeft Messiaen in zijn partituren ook de maatstrepen terzijde geschoven.”

Mozes

Op 1 maart, bij de opening van de expositie, klonk dan ook ‘Abîme des Oiseaux’ als muzikale illustratie bij de wonderbaarlijk zwevende klokken van Chagall. Tegelijk werd hiermee de parallelexpositie ‘De Mozes in Chagall’ ingeluid, die tot 10 september in Elburg blijft. Rode draad is Chagall’s interesse voor de bijbelse figuur Mozes, wiens levensloop hij vergeleek met de zijne.

De keuze voor het Veluwse vestingstadje is voor outsiders misschien verrassend. Maar het Chagall Research Centre is een meerjarige verbintenis aangegaan met het Museum Elburg. Elke twee jaar wordt daar een expositie samengesteld rondom thema’s in het oeuvre van Chagall.
Museumdirecteur Anne-Marie van Hout is naar eigen zeggen ‘trots’ dat Elburg de beginlocatie vormt van de ‘Klokken’-expositie. “Het is nu eens níet de Randstad, maar de Veluwe die het startschot geeft!” Ze voelt zich bovendien persoonlijk aangesproken door het werk van Chagall. “Het is beweeglijk, speels en creatief, niet aan grenzen gebonden. Alsof Chagall altijd met de open blik van een kind naar de wereld is blijven kijken.” Meestal raken we die openheid een beetje kwijt bij het opgroeien, constateert ze spijtig. “Maar zodra ik naar Chagalls werken kijk, voel ik het weer: alles kan en alles mag, niets is vreemd.”

Eigenlijk ziet Zuidema alleen maar voordelen van Elburg. “Het ligt centraal, er is een grote parkeerplaats vlakbij de vesting en het heeft meerdere interessante musea. Het Museum Sjoel, in de voormalige synagoge, dat op een heel eigen wijze over het joodse leven in de provincie vertelt. En het Nationaal Orgelmuseum, in dat prachtige veertiende eeuwse stadskasteel…”
Maar vooral is Pieter Zuidema ingenomen met de gedrevenheid van Van Hout en haar team. “Dat het Museum Elburg de ambitie heeft om zich nader te profileren aan de hand van Chagall, is iets wat ik van harte ondersteun. Momenteel zijn ze zelfs bezig om vrijwilligers te specialiseren in het begeleiden van Chagall-exposities. Nou, waar kom je dat nog tegen?”

-Reizende expositie ‘De klokken van Chagall, na zestig jaren’: tot 8 april in Museum Elburg en daarna door heel Nederland, tot en met 18 mei 2018.

-Expositie ‘De Mozes in Chagall’ (grafiek): te zien tot 10 september in Museum Elburg.

-Lezingen Pieter Zuidema: 14 maart en 11 april, in Museum Elburg.

Mijn gekozen waardering € -

Van Friese afkomst, maar geboren en getogen op de Veluwe. Na het gymnasium deed ik één semester Nederlandse taal- en letterkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Daarna belandde ik op het conservatorium in Zwolle (nu ArtEZ) en begon als muziekstudent met het recenseren van concerten en cd's. Na mijn eindexamen verbreedde dit schrijfwerk zich naar meerdere genres en opdrachtgevers.
Van 1991-1998 studeerde ik daarnaast psychologie in deeltijd aan de Universiteit Utrecht.
Journalistieke aandachtsgebieden: human interest, cultuur, zingeving.