Als jonge ondernemer verhuisde Berend Hendrik Egberts in 1858 naar Dalfsen om daar een cichoreifabriek te beginnen. Zijn ouders hadden al een succesvolle cichoreifabriek opgezet in Winterswijk.
Hij koos vermoedelijk voor Dalfsen omdat het dorp in die tijd zeer gunstig lag. Vanuit Friesland kon de cichorei via de Zuiderzee, over het Zwarte Water en de Vecht naar Dalfsen worden vervoerd. Via dezelfde weg, voer men de Zuiderzee over naar Amsterdam of via de IJssel naar Rotterdam om de producten af te leveren voor verkoop en export. Een andere reden waarom deze ondernemer voor Dalfsen koos, was het aanbod van ‘armen’ in de omgeving. Er woonden genoeg mensen die wel een zakcentje zouden willen bijverdienen als arbeider in de fabriek of als thuiswerker.
Cichorei – een vergeten groente
Maar wat is cichorei nu eigenlijk? Het is een knolgroente en verwant aan witlof en andijvie. Het blad van deze plant heeft lang op het menu van de lokale bewoners gestaan, maar met de wortel, geelachtig wit van buiten en écht wit van binnen, deed men vóór 1750 niets. Pas in de laatste kwart van de achttiende eeuw is men de wortel gaan gebruiken voor de bereiding van peekoffie ofwel wortelkoffie. Hiervoor moest de wortel worden gedroogd, gebrand en daarna worden vermalen. En hoewel peekoffie naar koffie smaakt, bevatte het geen cafeïne. Het werd daarom vaak met gewone koffie vermengd.
Cichoreikoffie werd in de 18de en 19de eeuw vooral gedronken door mensen die geen geld hadden voor échte koffie. Na de Tweede Wereldoorlog heeft cichoreikoffie de bijnaam ‘armenkoffie’ gekregen. Dit kwam doordat in de Tweede Wereldoorlog surrogaatkoffie werd gemaakt. Deze nepkoffie werd gemaakt van granen, kruiden en cichorei. Door het vermengen van de cichorei met andere gewassen smaakte de surrogaatkoffie uiteindelijk nergens meer naar. Daarom wilde na de oorlog niemand nog cichoreikoffie drinken, men wilde alleen nog maar échte koffie – die van Douwe Egberts.
Internationaal opererend bedrijf
Nadat Berend Hendrik in 1862, vier jaar na de start van zijn fabriek in Dalfsen, een prestigieuze medaille won op de beurs in Londen, stroomden de bestellingen vanuit het buitenland binnen. Met behulp van financiële steun van Jacob Hendrik graaf van Rechteren Limpurg en Alexander baron van Dedem kon hij daarna een moderne fabriek bouwen, een stoomcichoreifabriek.
In 1929 exporteerde de cichoreifabriek vanuit het kleine Dalfsen zo’n 30% van haar productie naar het buitenland. De cichoreikoffie ging naar Zuid-Afrika, India, Indonesië, IJsland, Canada, Marokko, Peru en Groot-Brittannië. Na de Tweede Wereldoorlog ging 99,5% van de productie naar het buitenland en in de jaren ‘50 was India de grootste afnemer van de in Dalfsen gemaakte cichoreikoffie.
Behalve dat de Nederlanders na de Tweede Wereldoorlog geen cichoreikoffie meer wilden drinken, kreeg de Dalfser cichoreifabriek, en alle andere cichoreifabrieken in Nederland, geduchte concurrentie van Franse producenten. Frankrijk kende na de oorlog namelijk nog steeds een grote markt voor wat in het buitenland ‘French Coffee’ werd genoemd, een mengsel van koffie en cichorei. De Franse producenten gingen onder de marktprijs exporteren waardoor vele fabrieken in Europa hun deuren moesten sluiten. Nog even probeerde het Dalfser bedrijf een cichoreifabriek in India op te zetten, maar dat ging in verband met de oorlog tussen China en India uiteindelijk niet door. In 1965 moesten de machines dan ook voor altijd worden stilgezet. De Franse concurrent Chicorée Leroux uit Noord-Frankrijk nam de inboedel over.
Sporen van cichoreifabriek
Wie nu Dalfsen bezoekt komt nog een aantal sporen van deze voormalige cichoreifabriek tegen in het dorp.
Want nadat Berend Hendrik eerst kort in een huurhuis had gewoond, verhuisde hij daarna door naar een door hem gebouwde woning op de plaats waar nu café-restaurant De Fabriek staat. De pui van het huidige restaurant verwijst naar de toenmalige gevel van de woning van de oprichter. Pal achter het huis werd de cichoreifabriek gebouwd die werd aangedreven door een stoommachine. Van die fabriek is niets meer overgebleven.
Berend Hendrik Egberts verhuisde in 1873 nog een keer. Met zijn vrouw en kinderen ging hij toen wonen in wat nu de ‘Witte Villa’ wordt genoemd. In dit gebouw, dat naast de voormalige fabriek staat, is restaurant Sukerieje gevestigd. Ondanks dat de eigenaar een verwijzing maakt naar cichorei, ‘sukerieje’ betekent cichorei in het Fries, staat er op de kaart geen enkel product dat gemaakt is van cichorei. Het is voor de bezoeker té onbekend.
Zoals de cichoreifabriek langzaam is verdwenen uit Dalfsen, zo is ook cichoreikoffie verdwenen van de drankenkaart en langzaam aan verdwijnt het ook uit het Nederlands woordenboek. Een enkeling drinkt nog cichoreikoffie vanwege de stimulerende werking op nieren en lever, waardoor het nog verkocht wordt in diverse reformzaken. Maar de gemiddelde Nederlander zal de koffie alleen nog maar kennen uit de geschiedenisboeken over de Tweede Wereldoorlog. En zo verdwijnt langzaam een stukje industriële geschiedenis uit de Nederlandse geschiedenis.
Meer informatie:
De historische kring van Dalfsen heeft de geschiedenis van de Dalfser chicoreifabriek tot in detail beschreven, mede ook aan de hand van verhalen van werknemers die er tot 1965 werkten. Deel 1 vind je in Rondom Dalfsen nr. 62, deel 2 in nummer 63.
Op de website van Industrieel erfgoed staat een onderzoeksrapport over cichoreibranderijen in Nederland. Klik hier voor het volledige rapport.
Blogger Moestuinwijf heeft een uitgebreid artikel geschreven over de cichorei als plant.
In de aflevering ‘Dalfsen’ van historische reisdocumentaire-serie Van Kampen naar Moskou wordt kort aandacht besteed aan deze oude geschiedenis. Bekijk de aflevering hier.
Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door Steunfonds Freelance Journalisten