De ongemakkelijke waarheid van de paraglider. Wat ik meekreeg van de openingsvoorstelling van @tfboulevard

Een jaar of 18 geleden pikten mijn vrouw en ik, op vakantie in de Auvergne, een paraglider op, die nogal ongelukkig in een weiland vol verontwaardigde koeien terecht was gekomen. We waren blij dat we wat konden doen. De paraglider oogde dankbaar, al maakte hij zich wel enige zorgen over de auto waarin we hem terug zouden gaan brengen naar de bergtop waar hij vandaan kwam. Een klassieke Citroën, die mooi zou zijn als we het geld hadden gehad om hem in topconditie te houden. Hij vertelde over de vorige keer dat hij in een Mercedes Cabrio terug was gebracht.

Onze geredde bleek een boeiend leven te hebben. Hij werkte voor ‘een NGO’ in Macedonië, toen nog aan de rand van een van Europa’s wreedste oorlogsgebieden. Over zijn werk vertelde hij niet veel. Wel dat je in Macedonië veel beter kon paragliden dan hier in Frankrijk en dat het buiten sporten daar veel avontuurlijker was. Het brak de verveling. Hij had veel internationale vrienden, en hij zou nog wel gaan zien waar zijn volgende klus bij ‘de NGO’ hem heen zou brengen. Als je er maar goed zou kunnen sporten. En mensen helpen natuurlijk, al zei hij daar weinig over. Misschien iets in Afrika.

Post-Traumatisch

De ontmoeting is me bijgebleven. Zoals die onze paraglider niet zal zijn bijgebleven. We waren immers slechts een paar van de talloze burgers die het decor vormden van zijn avontuur. Hij had zijn werk in oorlogsgebied beschreven als een betaald vakantieparadijs, en ik vermoedde dat deze vorm van cognitieve dissonantie een uiting was van een zware posttraumatische stress stoornis.

Ik begreep toen nog niet dat er, naast UNHCR, Rode Kruis en Artsen Zonder Grenzen, nog honderden andere ‘Non-Gouvernementele Organisaties’ zijn, van piepklein tot groot, van particulier tot vaag en vaak met maar een heel beperkt doel.

In ‘Compassie, de geschiedenis van het Machinegeweer’, donderdag 2 augustus de openingsvoorstelling van Theaterfestival Boulevard in Den Bosch, legt actrice Els Dottermans goed uit hoe de wereld van leed, geweld, burgeroorlog en hulpverlening in elkaar zit. Ze doet dat in een voorstelling die een duet is van twee persoonlijke verhalen. Haar eigen, van toneelschoolstudente tot lerares met een missie in Afrika, en uiteindelijk de persoon die ze nu is, en dat van Olga Mouak, geboren in Congo en wees geworden in de massaslachting in Goma, geheel toevallig precies in de tijd dat Els Dottermans daar haar goede werken probeerde te verrichten.

Schaduwmaatschappij

Het gaat over de onkwetsbaarheid van de blanke westerling tegenover de onoplosbare kluwen van wraak, haat en weerwraak waarin midden-Afrika in de jaren negentig terecht was gekomen. Een kluwen die ondanks talloze burgeroorlogen, revoluties en machtsgrepen nog steeds niet echt ontward is, getuige haar verslag. En dat in een wereld waarin honderden obscure NGO’s in de kampen weinig meer doen dan hun eigen ding, met hun eigen geld. Een schaduwmaatschappij in een tussenwereld van crimineel gedrag, oprechte betrokkenheid en machteloosheid. Waarbij de blanke altijd ongedeerd blijft.

De voorstelling is een initiatief van Milo Rau, de nieuwe baas van NTGent. Omdat het theater is, en een bewerking van een stuk dat hij twee jaar geleden in Berlijn maakte, weten we niet of Dottermans en Mouak hun eigen verhaal vertellen, of iets dat eerder, door anderen, dan wel Rau zelf, beleefd is. We worden niet geacht te twijfelen aan de authenticiteit van één en ander. Al blijft het natuurlijk theater.

Champagne

Ongemakkelijk theater is het, en de vele boodschappen die Milo Rau ons geeft, komen grotendeels op hetzelfde neer. Wij, en dan bedoelt Rau de westerse, blanke Europeanen, hebben er een totale bende van gemaakt en elke verdere ingreep maakt de boel alleen maar erger. Geen wonder dat Rau geen oplossing biedt, want die is er niet in deze hel.

Is natuurlijk geen prettig verhaal om je festival mee te openen, maar alle aanwezigen reageerden zoals het hoort. Diep onder de indruk, stil, machteloos en waar is de champagne.

Hoe mooi en zuiver ook, het voelt bijna als de verplichte mis vol Mea Culpa’s en Wees-Gegroetjes waarmee al sinds jaar en dag de kermis van start gaat. Een preek voor een zaal vol schuldbewuste parochianen, die mogelijk een extra centje in de collectebus zal opleveren. Waarna we alles weer  vergeten. Wel even opletten welke paraglider je ermee sponsort. Goedheid komt in veel kleuren.

Toch weer wat geleerd.

Goed om te weten

Theaterfestival Boulevard duurt nog tot en met zondag 12 augustus en bevat 120 verschillende voorstellingen. Ik houd je op de hoogte van de verdere ontwikkelingen.

Mijn gekozen waardering € -

Coöperatie van journalisten én lezers. Sinds 2009.