Langzaam maar zeker is er een nieuwe werkelijkheid ontstaan. De laatste pakweg twintig jaar worden de liefhebber zaken ‘aangereikt’ die steeds verder af staan van de private muziekervaring. Aan de lopende band wordt hij bestookt: met overbodige en peperdure boxsets, al dan niet even overbodige heruitgaven, nieuwe albums in verschillende formaten, oude platen die geluidstechnisch worden opgepoetst, artiesten die hun eigen werk gaan herinterpreteren.
Iconisch
Ze gaan altijd vergezeld van de lokkertjes “limited edition” of “coloured vinyl”. Om maar te zwijgen van al die fysieke formaten die je in een andere hoes of afwijkend kleurtje ”exclusief” via de artiest of platenmaatschappij moet bestellen. Het meest recente album van Taylor Swift verscheen in meer dan twintig verschillende variaties! Een ander toverwoord waarmee popmuziek wordt verpakt is “iconisch”. Het lijkt wel of het begrip klakkeloos wordt toegepast op zo’n beetje alle albums uit de grabbelton van de jaren zestig en zeventig, waaruit het sowieso makkelijk graaien is.
Marktmechanisme
Hier is sprake van een marktmechanisme waar niemand om heeft gevraagd, waarvan de tentakels ver strekken en langzaam maar zeker raken ingeburgerd in ieders muziekleven. Uiteindelijk raken we met de verkooptechniek van creëer en recycle allemaal besmet. Wie er even bij stil staat beseft dat er ineens een andere wereld opdoemt, eentje die eerst niet bestond (boxsets en gekleurd vinyl waren decennia geleden een uitzondering), een wereld die ergens niet goed voelt, niet de jouwe is, maar waarmee je wel voortdurend en hardnekkig wordt geconfronteerd. Onkruid tussen de stoeptegels.
Media
Van de media zou je verwachten dat juist zij enig tegengas geven. Door het cocon van het markmechanisme te doorbreken. Door op zijn minst het tonen van een kritische distantie. Dat blijkt een illusie. Ook zij creëeren en recyclen ad infinitum volgens dezelfde werkwijze als de platenlabels. En dus komen we ze weer tegen, eerst via lokkertjes, later met kritiekloze publicaties over al die overbodige en peperdure boxsets, al dan niet even overbodige heruitgaven, nieuwe albums in verschillende formaten, oude platen die geluidstechnisch worden opgepoetst, artiesten die hun eigen werk herinterpreteren. Een deel van de popmedia maakt zich steeds meer volstrekt ongeloofwaardig. Neem de sterrenwaarderingen in recensies van de diverse (online) bladen. Ieder nieuw album krijgt automatisch vier of vijf sterren. Elk album een meesterwerk. Ook in de media moet alles leuk, overzichtelijk en positief zijn. En “iconisch” natuurlijk.
Suikerspin
Leuk, overzichtelijk en positief geldt zeker voor de “journalistiek” van VPRO’s 3voor12. Het onlineplatform is uitgegroeid tot een schaamteloos doorgeefluik van de Nederlandse muziekindustrie. Bezoek de site, klik op een willekeurige vaderlandse artiest en constateer een tsunami aan loftuitingen. In een half jaar tijd verschijnen meer dan twintig bijdragen over Froukje, hoe fijn haar liedjes verder ook zijn. Zelfs over de gezondheid van Tim Knol mogen we alles lezen. De media in de popmuziek van nu: vrienden zijn met de sterren, meeliften op hun succes, nooit meer een kritische kanttekening. De platenmaatschappijen zijn de kermis, de media de zoete suikerspinnen.