Wie op vakantie naar Griekenland gaat, verwacht geen automuseum in het stadscentrum van Athene aan te treffen. Toch, op slechts 500 meter van het Nationaal Archeologisch Museum, staat een modern gebouw met daarin zeker 115 klassieke auto’s verdeeld over drie etages.
Beneden bij de ingang verwelkomen verschillende rallyauto’s in etalages de bezoeker. Een witte Mustang wijst pontificaal met zijn neus naar de ingang van het enige Griekse automuseum, de Hellenic Motor Museum.
De collectie en zijn verzamelaar
Theodore Charagionis, vastgoedontwikkelaar en oprichter van het museum, was in zijn vroege jaren een fanatieke autocoureur. Met de geboorte van zijn zoon in 1977 nam hij afscheid van de racesport en begon met het verzamelen van auto’s. “De eerste auto’s, die ik kocht, waren een Maserati Mistral, een Rolls Royce Wraith, twee Jaguars E-type, twee Lancia Appia Zagato, twee Austin Healey 3.000 and drie Dinos (één van hen is een Ferrari). Ik was als kind zwaar onder de indruk van deze auto’s, sommigen kende ik alleen van foto’s”.
Van 1977 tot 1990 verzamelde hij in totaal zo’n 20 auto’s. Juist op het moment dat hij besefte dat zijn verzamelwoede uit de hand liep, werd hem een Griekse collectie van 25 auto’s te koop aangeboden. Hij kon het aanbod niet weerstaan en zo vormde zich langzaam het idee voor een automuseum in Athene. In 2010 opende het museum haar deuren. Theodore Charagionis bezit nu 350 klassieke auto’s en zijn verzameling breidt zich nog steeds uit.
Onbekende klassiekers
Bij binnenkomst in het museum word je eerst meegenomen naar het begin van het autotijdperk. Natuurlijk staat er een Ford, een N-model uit 1906, maar ook een Humber 10hp Two-Seater met Dickey seats uit 1919.
Een helderoranje auto trekt mijn aandacht. Het is een Nash Open Tourer. Deze is gebouwd in 1926, voordat de fabrikant Nash samenging met Kelvinator, die weer fuseerde met Hudson Motor Car Company en als American Motors Corporation concurreerde met de drie grootste Amerikaanse autoproducenten Ford, GM en Chrysler. Uiteindelijk heeft Chrysler de American Motors Corporation in 1987 ingelijfd.
Avion Voison is een ander merk uit de vroege jaren van de auto-industrie. De van oorsprong Franse vliegtuigfabrikant stapte na de eerste wereldoorlog over op de productie van luxe auto’s. Theodore Charagionis heeft van dat merk een C4 Roadster uit 1924 op de kop getikt. Avion Voison stopte met de productie van auto’s in 1940, na de invasie van de Duitsers.
Griekse auto’s
Na de oude klassiekers volgt een expositie genaamd Made by Hellas, ofwel gemaakt door Grieken. Verschillende Griekse families, personen en bedrijven hebben zich bezig gehouden met het ontwerpen of produceren van auto’s. Van de jaren 60 tot en met de jaren 80 produceerden enkele fabrieken zelfs auto’s voor buitenlandse merken als Nissan, Alfa Romeo en Opel. Het museumteam van Theodore Charagionis doet nog steeds onderzoek naar welke modellen er precies in Griekenland werden geproduceerd.
De Griekse rederij-familie Goulandris Bros heeft in de jaren ’70 Enfield Automotive Ltd in Londen gekocht en de productie van deze eerste elektrische auto’s naar Griekenland gebracht. In de periode 1973-1976 werden 112 Enfield E8000 elektrische auto’s gebouwd. Deze reden met een maximum snelheid van 80km per uur en hadden een bereik van 110-130 kilometer op één accu.
Helaas kreeg het bedrijf geen toestemming van de Griekse overheid om de auto’s op de Griekse wegen te laten rijden. Het gerucht gaat dat Bros onder druk werd gezet door de oliemaatschappijen om te stoppen met de productie van deze eerste elektrische auto’s. Behalve Bros, hebben ook andere Griekse rederij-families zich gewaagd aan de productie van auto’s. Op de een of andere manier hielden ze van kleine auto’s, veelal driewielers. Verscheidene exemplaren zijn in het museum te bezichtigen, waaronder enkele van het Griekse merk Mevea.
Mini is Grieks ontwerp
Alec Issigonis, de ontwerper van de eerste Mini, is geboren in Smyrna toen het nog toebehoorde aan Griekenland. Tijdens de bloedige oorlog met Turkije, verhuisde hij met zijn moeder naar Engeland waar hij techniek ging studeren. In zijn vrije tijd was hij een fanatieke autocoureur en het is dan ook geen wonder dat hij uiteindelijk werk vond in de auto-industrie. Hij is bekend geworden met zijn ontwerp voor de Mini, maar ook de mede door hem ontworpen Morris Minor ontbreekt niet in de collectie van het Hellenic Motor Museum.
Een andere bekende Griekse ontwerper is Jean Daninos. Ook hij is van Griekse afkomst, maar woonde het grootste gedeelte van zijn leven in Frankrijk. Daninos had een bedrijf genaamd Facel, dat bodies leverde voor op maat gemaakte auto’s, zoals de Ford Comète. In 1954 ontwierp Daninos zijn eigen auto, de Facel Vega. Deze verkocht hij onder andere aan beroemdheden als Tony Curtis en Ava Gardner. In zijn klantenkring bevonden zich ook autocoureurs, die zijn sportauto’s wel konden waarderen. Na zo’n 3.000 auto’s te hebben geproduceerd ging het bedrijf halverwege de jaren ‘60 failliet.
Een Riley Elf
In het Hellenic Motor Museum staat een Facel Vega Facellia F2 B uit de jaren ’60 tentoongesteld. Ook recentere ontwerpen en prototypes, zoals dat van de Griekse ontwerper Volanis met zijn futuristische prototypes uit de jaren ‘80 en het nog steeds lopende Vorres-project zijn in de collectie Made by Hellas opgenomen.
Sport en rally-auto’s
Na deze bijzondere collectie Griekse auto’s is het tijd voor de etage met sport- en rally-auto’s. De rode kleuren van de vele Ferrari’s komen je tegemoet als je de trap naar de 3de etage afgaat. Theodore Charagionis vindt vooral de Ferrari Dino 246 GTS mooi.”Ik vind het één van de mooiste ontwerpen ooit gemaakt. Het lijkt op een vrouw die ligt op het strand. In mijn optiek zijn natuurlijke vormen veel mooier dan vormen ontwikkeld door mensen, die de natuur negeren.”
Ferrari expositie
De Fiat Osca 1500 S coupé uit 1959, welke uiteindelijk nooit in productie is genomen, is een andere auto die opvalt op deze verdieping. Ontworpen door Pininfarina en voorzien van een Maserati motor straalt het zowel elegantie als kracht uit.
Collectie
Elke auto in dit automuseum heeft een eigen verhaal, welke staat beschreven op de kleine informatieve bordjes bij elke auto. Daardoor gebeurde het dat ik meer dan een uur door dit automuseum struinde, terwijl ik niet eens van auto’s hou!
Theodore Charagionis heeft plannen voor een Porsche-tentoonstelling. Het probleem is alleen dat zowel de Made in Hellas als de 70-jaar Ferrari expositie erg populair is onder zijn bezoekers. Hij wil die exposities dan ook nog niet verwijderen, maar waar moet hij dan al zijn Porches plaatsen? Het begint erop te lijken dat de drie huidige etages niet voldoende zijn voor de alsmaar uitdijende collectie.
Praktische informatie
Het Hellenic Motor Museum in Athene is geopend van 10.00 -14.00 en in het weekend van 11.00-18.00. De toegangsprijs is 10 euro. Het museum is gemakkelijk te bereiken met de metro of lopend vanuit het stadscentrum.
Controleer wel even van tevoren de website van Hellenic Motor Museum voor de meest actuele openingstijden en mogelijk nieuwe exposities.
Een automuseum in hartje Athene, het kan dus écht. En er zijn nog veel meer bijzondere verhalen, ontdekte ik tijdens mijn verblijf in Athene.
