‘Een goede boef is een dode boef’

Een nieuwe categorie protesten begint zijn kop te steken in Brazilië: die van de zwarte bevolking in de sloppenwijken. Deze is het beu om kop van jut te zijn in de drugsoorlog en gestigmatiseerd te worden als crimineel.

In de sloppenwijken van de grote steden in Brazilië staan steeds meer goedopgeleide en/of goed geïnformeerde jongeren op die zich inzetten voor hun gemeenschap: met lokale krantjes of radiostations en vooral met groepen en pagina’s op Facebook. René Silva Santos, hoofdredacteur van de krant Stem van de Gemeenschap, in Complexo de Alemão in het noorden van Rio de Janeiro, heeft 118.500 volgers op Twitter. Hij wordt uitgenodigd op internationale fora om te komen vertellen over zijn sloppenwijk, zijn favela, waar mensen net als iedere andere burger op een normale manier hun brood proberen te verdienen maar waar mensen meer dan andere burgers met dagelijkse tegenslagen krijgen te maken. Als je in de favela woont, krijg je moeilijker een baan, omdat men denkt dat je crimineel of ieder geval slecht opgevoed bent. Als je in de favela woont, en de politie en de drugsdealers hebben het met elkaar aan de stok, dan vliegen de kogels je letterlijk om de oren. Op maandagavond 5 oktober 2015 nog vielen er in de favela Vila Cruzeiro in hetzelfde stadsdeel als Complexo de Alemão, twee doden in een schietpartij tussen politie en drugsdealers. Volgens bewoners op Facebook waren het onschuldige jongens. De zoveelsten.

Voetbalveldje

Begin augustus 2015 organiseerden jongeren uit de favela een protest. Weer was er een kind (13) omgekomen door een politiekogel. Hij liep te voetballen op een veldje onder schooltijd, was het argument van de politie, dus hij moest wel een boef zijn. De school was dicht vanwege de schietpartijen, argumenteerden boze buurtbewoners.

De politie is volgens de favelabewoners zo nerveus en slecht getraind dat ze er maar op los schiet als het weer oorlog met de drugsdealer is en niet kijkt waar ze nou eigenlijk op richt. Daardoor worden veel kinderen die op straat spelen het slachtoffer, maar zelfs in huis zijn de bewoners niet veilig.

Op het protest, op een van Rio’s belangrijkste trein- en busstations, kwamen zo’n driehonderd mensen af, om hun verhaal te doen voor een met een benzinemotor op een karretje van elektriciteit voorziene microfoon of om muziek te maken. Spandoeken werden aan de hekken van het station geknoopt: “De favela zwijgt niet” en “Hugo Leonardo, vermoord door de UPP (de politie die de vrede moet bewaren in de favela, WU) van Rocinha in 2012. We willen gerechtigheid!”

“Als dat voetbalveldje in het rijke en blanke Leblon had gelegen, zouden daar dan ook politieagenten met het geweer in de aanslag hebben gelopen?”, vroeg een actievoerder met een helm op zijn hoofd en een T-shirt met Martin Luther King zich af. “Alleen de bewoners van het asfalt (het woongebied buiten de favelas, WU) worden als burgers beschouwd.”

Ontbloot bovenlijf en teenslippers

Half september 2015 werd de stad opgeschrikt door grootschalige overvallen van jongeren op strandbezoekers in de rijke zones Copacabana en Ipanema. Dat die overvallen plaatsvinden is geen nieuws, het was de hoeveelheid op één dag die het bijzonder maakte. Voor velen was het een bevestiging dat jongeren uit de favelas niet deugen. Die werden bij voorbaat door de publieke opinie als schuldige aangewezen gezien hun signalement: zwart, bermudabroek, ontbloot bovenlijf en teenslippers aan. Het was voor de politie reden om bussen te gaan controleren en zwarte jongeren zonder of met heel weinig geld op zak eruit te halen en mee te nemen naar het bureau voor verhoor. Voor de favelabewoners en progressief denkend Brazilië is dit een flagrante schending van de mensenrechten en ronduit racisme. Uit onderzoek van het bureau Datafolha in juli 2015 bleek echter dat vijftig procent van de inwoners van Rio het met deze handelwijze eens is. Voor velen geldt zelfs het adagium dat een boef, al is hij minderjarig en heeft hij geen zware vergrijpen op zijn kerfstok, dood moet. “Een goede boef is een dode boef”, luidt het adagium kortgezegd.

Ook op solidariteit van de gouverneur van de deelstaat Rio de Janeiro, Luiz Fernando Pezão, hoeven de favelabewoners niet te rekenen. Hij verdedigde het politie-optreden in de stadsbussen aldus in de Braziliaanse media: “Als er een bus is met jongeren die geen kaartje hebben gekocht, blootvoets, zonder identiteitspapieren, worden ze meegenomen naar het bureau en daar moeten ze door hun ouders worden opgehaald.”

Inmiddels hebben blanke jongeren uit betere buurten het recht in eigen hand genomen en zwarten in de bussen die van de stranden weer naar de arme wijken vertrokken aangevallen.

Slavenverblijven

Er zijn nu ook daadwerkelijk lijnen opgeheven van de armere stadswijken naar de zuidelijke strandwijken Copacabana, Ipanema en Leblon. Voor Raúll Santiago en zijn kompanen in Alemão was dat reden om een protest in Ipanema te beleggen. Bewoners uit alle favelas in Rio werden opgeroepen om zondagochtend 4 oktober naar het belangrijkste plein in Ipanema te komen, het Generaal Osorioplein. Van daaruit vertrokken ze met muziek van trommelaars en blazers naar het Arpoadorstrand, dat bekend is vanwege zijn mooie zonsondergangen.Het waren niet meer dan honderd veelal jonge mensen uit sloppenwijken en hun sympathisanten die in een vrolijke optocht naar Arpoador togen. Op Facebook hadden meer dan zesduizend mensen hun aanwezigheid aangekondigd, maar het weer werkte ronduit tegen: kil en regenachtig, bepaald geen strandweer dus.

De politie hield het vrolijke boeltje goed in de gaten. Een helicopter van de militaire politie kwam bijzonder laag overvliegen en filmde de demonstranten. Maar die lieten zich er niet van weerhouden om te doen wat favelabewoners doen op het strand: hun eigen meegebrachte eten en drinken verorberen en veel lawaai maken.

“De slavenverblijven uit de koloniale tijd bestaan nog steeds, alleen zijn het nu de favelas”, zei een dikke knul uit het arme noorden van Rio tegen meegekomen media. “Alle grond is van de blanken.” Hij was niet de enige die toespelingen op de koloniale tijd en de slavernij maakte. Een lerares uit een sloppenwijk: “Er wordt een segregatiepolitiek gevoerd. Drie buslijnen vanuit onze wijk naar de stranden in de rijke wijken zijn opgeheven. Maar wie zijn de eersten geweest die de mensen hier hebben overvallen en beroofd van hun bezittingen?! Dat waren de blanke Portugezen!

“De inwoner van de favela mag alleen in het rijke zuiden komen werken, maar mag niet de publieke ruimte gebruiken”, vervolgde ze haar hartstochtelijke betoog dat veel instemming van de demonstranten kreeg. “Maar het strand is de enige plek waar de arme uit de favela in zijn vrije tijd naartoe kan. Moet hij dan maar thuis blijven en onder de tuinslang?!”

Kroeshaar

Ook op een meer intellectueel niveau bundelen zwarte Brazilianen hun krachten om een gelijkwaardige positie in de maatschappij op te eisen. Het Juridische collectief Rechtvaardigheid voor Zwarten zet zich in voor positieve discriminatie van zwarten op de meest vooraanstaande universiteiten. “We willen rechtbankvonnissen, uitgesproken door zwarte rechters”, klonk het strijdlustig op een bijeenkomst in Rio in juli. Politici die miljoenen stelen van de staat en die daarmee dagelijks in het nieuws zijn, tegen de mededemonstranten worden geen boeven genoemd, de zwarte jongens die telefoons en geld stelen op het strand wél.

Zwarte vrouwen worden op hun werk onder druk gezet om hun haar te ontkroezen. Meisjes worden op school vanwege hun afrohaar gepest. Maar in Brazilië’s grootste stad São Paulo is de eerste demonstratie vóór kroeshaar al de straat opgegaan.

Racisme bestaat nog steeds in Brazilië en black consciousness, het zwarte bewustzijn, groeit.

Mijn gekozen waardering € -

Wies Ubags (1962) werkt vanuit Brazilië voor oa het ANP. Ze is ook te horen op de Nederlandse en Belgische radio (vooral BNN, WNL en VRT).  Ze schrijft over ambitie in Latijns Amerika, in het klein en in het groot. Economische onderwerpen krijgen veel aandacht.