Elke week prei uit het pakket: Myrthe groeide op in armoede en runt nu meerdere bedrijven

Geen fruit op je bord, omdat het te duur is. Vastgoedondernemer Myrthe de Groot (37) groeide op in armoede. Nu runt ze meerdere bedrijven. "Dat mensen voor elkaar zorgen vind ik heel mooi, maar ik wil daar liever niet het lijdend voorwerp van zijn."

‘Zo wil ik later niet leven,’ schoot het door me heen. Ik stond als twaalfjarige in de rij bij de Voedselbank voor een pakket eten. Mijn ouders waren gescheiden en mijn moeder raakte door een ruggenmergbeschadiging in een scootmobiel. De schulden stapelden zich op, en ons gezin kwam in de schuldsanering terecht, levend van slechts enkele tientjes per week.

De Voedselbankpakketten zijn een uitkomst, maar veel vrolijkheid riep het toen niet bij me op. We moesten eten wat toevallig in het pakket zat. Dat betekende soms: elke week prei. Daar was ik echt wel klaar mee op een gegeven moment.

Mijn moeder vond steun in de kerk waar gemeenteleden haar af en toe vijftig gulden toestopten. Dan konden we koekjes kopen of naar de kapper. Feest, betekende dat. 

Een gezin dat ons hielp, had het zichtbaar goed. Ze reden een mooie auto, en de kinderen zagen er altijd verzorgd uit. Het gezinshoofd was makelaar. Dat vond ik inspirerend: als je geld hebt, kun je goed voor jezelf zorgen én een ander helpen.

Toen we na een jaar of vier uit de schuldsanering kwamen, werd het niet veel luxer. Een uitkering betekende nog steeds weinig inkomsten. Als zeventienjarige vertrok ik naar Groningen, om rechten te studeren. Een brede studie die perspectief bood op een goedbetaalde baan.  

Studieschuld

Terwijl veel medestudenten de weekenden feesten, koos ik ervoor te werken. Voor de colleges opende ik een espressobar en na de colleges meldde ik me weer. Ik leefde wekenlang op bakjes Danio-yoghurt met citroensmaak. 

Een sober bestaan, maar ik koesterde het omdat het me onafhankelijkheid gaf. Dat mensen voor elkaar zorgen vind ik mooi, maar ik wil daar liever niet het lijdend voorwerp van zijn. Toen ik mijn bachelor afrondde, had ik een beheersbare studieschuld van ongeveer drieduizend euro. 

Daarna pakte ik een ‘grotemensenbaan’ aan. Mijn inkomsten zagen er ineens heel anders uit, maar ook met bijbehorende kosten, zoals een serieuze huur. Na een paar jaar werken in de uitzendbranche dacht ik: ‘Dit kan ik zelf ook wel.’ Niet veel later zat ik bij een lokale vastgoedbelegger om een winkelpand te huren. Tijdens dat gesprek besloot ik niet te ondernemen in de uitzendbranche, maar in het vastgoed. 

Vastgoedbeleggers verdienen hun vermogen in vastgoed. Als de vastgoedportefeuille groeit, komt daar ook meer werk bij kijken. Denk aan het factureren van huur en storingen oplossen. In overleg met de verhurende vastgoedbelegger, besloten we samen een bedrijf te starten waar we personeel leverden aan vastgoedbeleggers. Het eerste jaar leefde ik van spaargeld, daarna keerde ik mezelf maandelijks tweeduizend euro uit. De rest stopte ik weer in het bedrijf. Gek genoeg durfde ik zelf nog geen vastgoed te kopen. Maar na verloop van jaren veranderde dat. 

Bestaansminimum

De eerste vastgoeddeal die ik met mijn compagnon sloot, was de aankoop van zes winkelpanden. Ik beleg bewust niet in woningen. In vastgoed geldt meestal de vuistregel ‘hoog risico hoog rendement’ en wij kiezen bewust voor hoog rendement. Daar passen woningen niet bij. We zijn ooit begonnen als bedrijf dat personeel zocht voor de vastgoedwereld, maar die functie hebben we losgelaten. Nu adviseren we mensen die beleggen in vastgoed.
Mijn zwager ontwikkelde een hotel, en daar wonen we met onze twee honden en twee katten boven. Uiteraard hebben we een hypotheek – niet financieren is tenslotte zonde; we beleggen ons geld liever. Onze hypotheek is flink hoger dan de hoogste huur die ik ooit heb betaald, maar we lossen ook veel af.
Als het op boodschappen aankomt, ben ik een vrek. Thuis én op kantoor maak ik ruzie als er A-merk hagelslag staat in plaats van eigen-merk. Hagelslag is hagelslag.  Per week geven we zo’n 125 euro aan boodschappen uit. Onze honden snoepen daar 25 euro van op.
Toch bespaar ik niet op alles. Aan verre reizen geef ik met liefde geld uit. Zo maakten we een prachtige reis naar de Malediven en Sri Lanka. De vrijheid die ik ervaar als ik de wereld ontdek, is voor mij onbetaalbaar.
Als ik terugkijk op mijn jeugd, schaam ik me niet. Op armoede én op rijkdom mag wat mij betreft geen taboe rusten.’ 

Mijn gekozen waardering € -