Frankenstein vraagt: wie ben ik?

Met Frankenstein schreef Mary Shelley de eerste moderne sciencefictionroman. Het boek stelt fundamentele vragen over wetenschap en vooruitgang; en over identiteit. Dankzij talloze films is haar schepping niet meer weg te denken uit het collectieve bewustzijn.

Frankenstein is een verwarrend woord. Daarvoor verantwoordelijk is de klassieke horrorfilm van James Whale uit 1931. Boris Karloffs vertolking van Frankensteins creatie, met dat lange rechthoekige hoofd en bouten die uit zijn nek steken, is iconisch geworden. Daar denkt iedereen aan bij ‘Frankenstein’; niet aan Victor Frankenstein, de wetenschapper, maar aan het naamloze monster. De schepper is zijn schepping geworden. En dat is in het geval van Frankenstein, het boek en de boodschap van het verhaal, heel toepasselijk.

Tussen boek en film liggen meer dan honderd jaar. Toen Mary Wollstonecraft Shelley op 1 januari 1818 haar debuutroman publiceerde – in drie delen, oplage 500 exemplaren – was ze twintig jaar oud. Het boek verscheen niet onder haar naam, die stond pas op het schutblad van de tweede editie (in twee delen), van 1822. De roman wordt nog steeds gelezen en dat is doorgaans in de tekst van de derde, flink herschreven editie van 1831; tevens de eerste die in een handzaam formaat werd uitgebracht.

Radicaal boek

Frankenstein; or, The Modern Prometheus is een spectaculair boek en Mary Shelley was een spectaculaire vrouw. Als dochter van politiek filosoof William Godwin en de oerfeministe Mary Wollstonecraft groeide ze op in een erudiet en liberaal milieu. Na de plotselinge dood in 1822 van haar echtgenoot, de dichter Percy Bysshe Shelley, heeft ze tot haar overlijden in 1851 zelfstandig in haar levensonderhoud voorzien. Ze schreef een reeks biografieën en essays, reisverslagen, korte verhalen en zeven romans. Ze moet de eerste vrouw zijn geweest die van haar pen kon leven.

Haar debuutroman was, en is tweehonderd jaar later nog steeds, een radicaal boek. Het is de eerste moderne sciencefictionroman, de ground zero van een genre dat lange tijd als pulp werd weggezet maar inmiddels mainstream is geworden. Het boek maakt duidelijk dat wetenschap niet zonder moreel besef kan. Wetenschapper Victor Frankenstein maakt leven uit dode materie en schrikt van zijn schepping. Moraal: mensen kunnen niet ongestraft voor god spelen. Sleutelen aan de natuur heeft consequenties.

Frankenstein is ook een psychologische roman. Het boek handelt niet alleen over hybris, de menselijke hoogmoed die wedijvert met de goden, maar ook over afwijzing en vervreemding. Frankensteins creatie neemt gruwelijk wraak op zijn schepper, want Victor weigert een vrouwelijke metgezel voor hem te maken. Hij ziet in zijn kunstmens een monster en monsters moeten geen kinderen baren, zich niet vermenigvuldigen. Hij ervaart zijn schepping als een bedreiging voor de mensheid.

Het is nog steeds een actueel boek. Victors creatie, kunstmatig leven in de vorm van een mens, keert zich tegen hem. De parallellen met kunstmatige intelligentie zijn evident. Onder meer Elon Musk en Stephen Hawking hebben gewaarschuwd voor de risico’van AI (kunstmatige intelligentie) en die opvatting wordt breed gedeeld, zelfs verzekeringsmaatschappijen publiceren er rapporten over. Ze zeggen, in navolging van Victor aan het slot van de roman: “avoid ambition”, wees niet te ambitieus, want de schepping kan zijn schepper overvleugelen. De boodschap van Frankenstein is van alle tijden.

Toneel en filmbewerkingen

Mary Shelley’s boek sprak direct tot de verbeelding. De tweede uitgave verscheen naar aanleiding van de succesvolle toneelbewerking Presumption; or, the Fate of Frankenstein door Richard Brinsley Peake; in gezelschap van haar vader William Godwin zag Shelley de voorstelling in de English Opera House. Vier jaar later, in 1826, opende in Londen het toneelstuk The Man and The Monster; or The Fate of Frankenstein van Henry M. Milner. In 1887 werd het bewerkt tot de muzikale parodie Frankenstein, or The Vampire’s Victim, populair in de Victoriaanse revues van Londen.

Ook in het filmtijdperk is de schepping van Mary Shelley tot de verbeelding blijven spreken. Victor Frankenstein en/of diens monsterlijke creatie figureren in meer dan vijftig films. De speelfilm van James Whale uit 1931 was niet de eerste adaptatie voor het witte doek. In 1910 regisseerde J. Searle Dawley voor de filmstudio van uitvinder Edison de eerste boekverfilming, de ‘kinetogram’ Frankenstein. De tweede, Life Without Soul uit 1915 door Joseph W. Smiley, is verloren gegaan. Il mostro di Frankenstein (1920) van Eugenio Testa is een vroeg voorbeeld van giallo, de Italiaanse horrorfilm.

Frankenstein van James Whale was een hit en zette een reeks vervolgfilms in gang, allemaal variaties op het thema dat was gezet met het boek van Shelley. Whale zelf regisseerde Bride of Frankenstein (1935) en daarna daalde het niveau snel. Son of Frankenstein (1939), de laatste film met Boris Karloff als monster, introduceerde Dracula-acteur Bela Lugosi als Igor, de sinistere assistent van de professor. Dit trio films van de Universal Studio vormde het bronmateriaal van Mel Brooks’ hilarische parodie Young Frankenstein (1974), met de Britse komiek Marty Feldman als Igor (“Where wolf? There wolf!”).

Universal zette de reeks in 1942 voort met The Ghost of Frankenstein, waarin Bela Lugosi’s Igor als enige is overgebleven van het oorspronkelijke team acteurs. gevolgd door exploitatiefilms als Frankenstein Meets the Wolf Man (1943), House of Frankenstein (1944) en de komedie Abbott and Costello Meet Frankenstein (1948). Toen was de koek wel op. Het is aan Universal te danken dat het publiek bij het woord Frankenstein niet denkt aan Victor Frankenstein, maar aan het monster.

Opiumtinctuur

De Britse Hammer Studio deed het kunstje van Universal vanaf 1957 nog eens over. The Curse of Frankenstein, met Peter Cushing als Victor Frankenstein en Christopher Lee als het monster, was Hammers eerste film in kleur en een groot succes. Het vormde de basis voor wat uitgroeide tot het fenomeen Hammer Horror, goed voor maar liefst zes in kwaliteit aflopende vervolgfilms tussen 1958 en 1974. De meest authentieke boekverfilming is van acteur en regisseur Kenneth Branagh; in Mary Shelley’s Frankenstein (1994) speelt Robert De Niro het wezen. We noemen het ‘wezen’, want ‘monster’ is voor de pulpverfilmingen.

De personages van Mary Shelley’s debuutroman zijn in het nieuwe millennium net zo populair als tijdens de Universal-reeks uit de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw. Victor Frankenstein en zijn creatie figureren prominent in de Victoriaanse horror tv-serie Penny Dreadful. De Amerikaanse speelfilm Frankenstein (Bernard Rose, 2015) – FRANKƐN5TƐ1N volgens het affiche – vertelt het verhaal vanuit het gezichtspunt van het monster. Victor Frankenstein (2016) van regisseur Paul McGuigan daarentegen kiest voor de optiek van Igor, een personage dat niet voorkomt in de roman van Mary Shelley.

De professor en diens creatie zijn niet weg te branden uit het collectieve bewustzijn van de westerse cultuur en Frankenstein de roman is zo beroemd dat zelfs de ontstaansgeschiedenis algemeen bekend is: gezelschap zit door slecht weer opgesloten in villa aan het meer van Genève en vermaakt zich door elkaar zelf verzonnen griezelverhalen te vertellen. Verbeelding, bliksem en laudanum (opiumtinctuur) doen de rest. Zo leidde een mislukte vakantie tot een nieuw literair genre, zijn tijd ver vooruit.

Mary Shelley kneedde de gothic novel, de romantische griezelroman die rond 1800 populair was, om tot sciencefiction en al is Frankenstein met afstand haar bekendste boek, het is niet de enige toekomstroman die ze schreef. In 1826 publiceerde ze The Last Man, een dystopische roman die speelt aan het eind van de eenentwintigste eeuw op een aarde die door een besmettelijke ziekte nagenoeg is ontvolkt. Het boek werd bij verschijning afgekraakt als ‘ziek’ en raakte in vergetelheid, tot Mary Shelley in de jaren zestig werd herontdekt als voorloopster van het feminisme. Het werd in 1924 in Amerika losjes verfilmd als The Last Man of Earth en de tijd lijkt rijp voor een remake door Ridley Scott of Christopher Nolan.

Existentiële vragen

Voor de lezer en de filmkijker heeft die mislukte vakantie in de sombere zomer van 1816 meer opgeleverd dan het startpunt van het sciencefictiongenre en en een iconisch filmpersonage. Mary Shelley reageerde op de uitdaging van gastheer Lord Byron (‘laten we zelf een griezelverhaal schrijven’) met Frankenstein; or, The Modern Prometheus. John Polidori, Byrons lijfarts (en dealer annex minnaar, wordt gefluisterd), liet zich door volksverhalen over een bloedzuigende ondode inspireren tot The Vampyre, een verhaal dat in 1819 werd gepubliceerd.

The Vampyre was het eerste literaire werk dat alle vampierelementen uit volksverhalen samenbracht tot de vorm waarin we het nog steeds kennen. Het vormde de directe inspiratie voor Bram Stoker en diens roman Dracula (1897). Zo werden sciencefiction, fantasy en horror – hoekstenen van de populaire, sommigen zeggen subversieve, cultuur – geboren in Villa Diodati aan het meer van Genève. Waar een verregende zomer, spits gezelschap en een beetje dope niet toe kunnen leiden.

Het feminisme beleeft een nieuwe, derde golf en daarin past hernieuwde waardering voor Mary Shelley, de onafhankelijke vrouw met de messcherpe geest. Als personage was ze voor het eerst op het filmdoek te zien in James Whale’s Bride of Frankenstein, waarin Elsa Lanchaster zowel Shelley als de bruid speelde. Dit najaar verschijnt in de Nederlandse bioscoop Mary Shelley (2017) van de Saoedische filmmaakster Haifaa Al-Mansour, met Elle Fanning in de titelrol. En ook The Vampyre wordt verfilmd, door Rowan M. Ashe; de film moet najaar 2019 uitkomen.

Tweehonderd jaar na publicatie van haar debuutroman lijkt Mary Shelley actueler dan ooit. Sciencefiction is eindelijk mainstream geworden; het feminisme maakt een nieuwe opleving door; en we leven in nostalgische tijden, want de toekomst is niet meer wat zij was. Maar ook zonder die context staat Frankenstein; or, The Modern Prometheus recht overeind. Voor Guillermo Del Toro is Shelley’s roman hét puberboek par excellence. Het gaat over afwijzing en er niet bij horen; en stelt existentiële vragen van kind aan ouder: wie ben ik en waarom ben ik hier?

Frankenstein is een nieuwe fabel, de eerste uit de moderne tijd.

Het Imagine Film Festival in EYE, Amsterdam vertoont Frankenstein (James Whale, 1931) op maandag 16 april, 20:00. Met live muziek van Kevin Toma en live foley door Ronnie van der Veer.

Mijn gekozen waardering € -

Nieuwsgierigheid kostte de kat zijn kop, maar die heeft gelukkig negen levens. Nieuwsgierig naar mensen, muziek. film, literatuur, kunst en de impact van technologie. Schreef o.a. voor OOR, NRC Handelsblad, Nieuwe Revu, HP/De Tijd, Elsevier, Playboy en DJBroadcast. Dagindeling: 's ochtends werken, 's middags ontspannen, 's avonds leven en 's nachts doen wat mensen 's nachts doen.