Toen internet nog maar een paar jaar bestond publiceerde activist John Perry Barlow een ‘Verklaring van de onafhankelijkheid van cyberspace’. Die verklaring toont het optimisme uit die tijd over internet als nieuwe publieke ruimte waar mensen hun zaakjes regelen zonder regeringen. Barlow richtte zich in de onafhankelijkheidsverklaring rechtstreeks tot overheden toen hij schreef: “Jullie zijn hier niet welkom. Jullie hebben geen soevereiniteit waar wij bijeenkomen.”
Helaas voor Barlow is die gedachte naïef gebleken: nationale regeringen hebben zeker soevereiniteit over bepaalde gedeeltes van het internet en kunnen invloed hebben op wat hun burgers online doen en zien. Zowel in democratieën als in dictaturen, bleek ook deze week.
In Duitsland bepaalde een rechter deze week (uitspraak) dat Google.de zich aan de Duitse regels moet houden. Een Duitse zakenman was een zaak begonnen nadat hij erachter kwam dat als je zijn naam in het zoekveld van Google schrijft, er automatisch suggesties werden getoond met de woorden 'scientology' en 'fraude'. Volgens de zakenman was dit laster.
Wie in Google een zoekterm begint te tikken, wordt daarbij geholpen met vaak voorkomende zoektermen. Een automatisch systeem meet combinaties van woorden en gebruikt die bij het geven van suggesties. In het geval van deze zakenman hebben kennelijk genoeg mensen zijn naam in verband gebracht met die woorden, waardoor er een zichzelf versterkend effect optreedt.
Maar volgens de Duitse rechter wordt iemands privacy aangetast als bij de automatische invulactie onwaarheden worden voorgesteld. Google moet dan ook die combinaties uit het systeem halen.
De rechter bepaalde echter dat Google dat niet preventief hoeft te doen. Dat is iets waar bedrijven als Google – die hun dienst als een neutraal doorgeefluik of platform zien – erg huiverig voor zijn. Stel je voor dat je alle zoektermen, berichten en video's vóóraf moet bekijken en goedkeuren. Dat zou onbegonnen werk zijn. Gelukkig voor Google is 'notice-and-take-down' volgens de Duitse rechter genoeg: pas als iemand Google erop wijst dat er iets mis is, hoeven ze actie te ondernemen. Toch vindt Google de uitspraak “onbegrijpelijk”, aldus een woordvoerder tegen persbureau Bloomberg. In de Verenigde Staten is het grondwettelijk recht op vrije meningsuiting belangrijker.
Ook in Azerbeidzjan was laster op internet een onderwerp van discussie deze week. Het parlement van het Centraal-Aziatische land heeft de wet op laster en belediging uitgebreid om ook te gelden voor internet. Dit betekent volgens actiegroep Committee to Protect Journalists echter een bedreiging voor de persvrijheid op internet in Azerbeidzjan.
Zo zie je dat nationale regels en normen nog altijd belangrijk zijn, ook op internet. Ideeën over een internationaal internetverdrag, zoals twee jaar geleden nog werd geopperd, zijn dan ook niet haalbaar. We hebben nu een lappendeken van nationale regels voor internet, maar die past nu eenmaal ook het beste bij ons stelsel van nationaal soevereine landen.