De 12 zijn internationaal gewild en speelden op toonaangevende locaties, waaronder de Barbican, Royal Albert Hall, Berlin Philharmonie en Elbphilharmonie in Hamburg. De groep was te zien en te horen op toonaangevende festivals wereldwijd, waaronder de BBC Proms 2019 en het Barbican Sound & Visions-festival en trad op in Zuid-Korea en IJsland. Ook stond het 12 Ensemble op het podium van de Royal Festival Hall in Londen met de veelgeprezen Amerikaanse band The National voor een speciaal optreden als onderdeel van hun wereldwijde tournee. Bij hun uitvoeringen, altijd zonder dirigent, combineren de 12 de kracht, spanning en creativiteit van een strijkkwartet met het sensationele geluid van twaalf virtuoze strijkers.
Hun debuutalbum ‘Resurrection’ uit 2018, met werken van Witold Lutoslawski, John Woolrich en première-opnamen van werken van Bryce Dessner en Kate Whitley, werd alom met groot enthousiasme ontvangen.
Twee jaar na het succes van ‘Resurrection’ komt het 12 Ensemble met de opvolger: ‘Death and the Maiden’. Met hun eigen arrangement van het iconische strijkkwartet van Schubert als middelpunt, bevat het album een gloednieuwe, in opdracht geschreven compositie van Royal Opera House componist in residence Oliver Leith, naast een emotioneel geladen werk van John Tavener en – als eerbetoon aan de tijd die het ensemble in IJsland doorbracht – een invoelend arrangement van een lied van Sigur Rós.
De Engelse componist John Tavener (1944-2013) heeft altijd inspiratie gezocht in de spirituele en metafysische kanten van de menselijke natuur. Zelf zei hij ooit: “Ik reik bij alles wat ik doe naar het goddelijke. Muziek is een vorm van gebed, van mysterie.” Deze opvatting vertaalde John Tavener in muziek die een diep-religieus gevoel van bezinning ademt, gezet op rituele golven van klanken, waarbij soms een paar noten – minder dan er in een gemiddelde popsong zitten – genoeg zijn om uiting te geven aan iets dat ongelooflijk oprecht is en intens. Een voorbeeld is ‘The Lamb’, waarmee het tweede album van 12 Ensemble opent. ‘The Lamb’ is oorspronkelijk geschreven voor koor en als zodanig onder andere te horen (in een uitvoering van het Tenebrae Choir) in de score voor Paolo Sorrentino’s film ‘The Great Beauty’. Het is een op muziek gezet gedicht van William Blake (1757-1872) uit diens ‘Songs of Innocence’ en een van de bekendste werken van Tavener. Met de strijkersversie van ‘The Lamb’ als opener, aanvankelijk onschuldig mijmerend, tot er een steeds sterker wordende ondertoon van drama hoorbaar wordt, creëert het 12 Ensemble de perfecte inleiding voor de naderende schaduwen van ‘Death and the Maiden’.
Franz Schubert (1797-1826) was een romantische geest, die in 1824 met zijn strijkkwartet no. 14, ‘Der Tod und das Mädchen’, een van de donkerste strijkkwartetten aller tijden schreef. Een jaar eerder hadden zich bij de componist tekenen van een geslachtsziekte geopenbaard. Schubert leed onder het besef dat jeugd niet eeuwig duurde en gezondheid niet vanzelfsprekend was. Hij werd gekweld door depressies en bad vaak dat hij niet meer uit de slaap zou ontwaken. Onder deze omstandigheden werd ‘Der Tod und das Mädchen’ geboren, een weinig vrolijk maar indrukwekkend kwartetstuk, waar bij vlagen, afhankelijk van de uitvoerenden, een bijna manische bezetenheid van afstraalt. Schuberts kwartet leverde de titel en de muziek, ‘Death and the Maiden’, voor een film van regisseur Roman Polanski over een vrouw, slachtoffer van marteling en seksueel geweld, die de kans krijgt op haar beul wraak te nemen. Het 12 Ensemble maakte een eigen arrangement van het kwartetstuk. De strijkers slagen erin de twee, vaak uiteenlopende manieren waarop dit kwartet meestal wordt gespeeld, jagend, vol energie en met scherp accenten enerzijds en zielsgedreven romantisch en vol dichterlijke lyriek anderzijds, prachtig te combineren zonder dat dit tot harde afbrekingen en botsingen leidt – het blijft één verhaal. Opvallend aan deze uitvoering is ook dat zelfs binnen het raamwerk van de grote dynamische verschillen, die naadloos in elkaar overgaan, de nuance tot in de kleinste details overeind blijft. Een meesterprestatie.
Het 12 Ensemble noemt ‘Death and the Maiden’ “een album als een krachtige en persoonlijke reis door een evoluerend muzikaal landschap”. Op deze reis krijgt Schuberts kwartet een vervolg in ‘Honey Siren’ van Oliver Leith. Deze Royal Opera House componist in residence maakt akoestische muziek, elektronische muziek en video. Zijn werk richt zich in zijn eigen woorden op “tekst, beeld, video, theater, pathos en tastbare alledaagse thema’s”. ‘Honey Siren’ bestaat uit drie delen genaamd ‘Like thick air’, ‘Full, like drips & then globs’ en ‘Like dancing in slow honey’. Het zijn met lange streken gespeelde, zich op fascinerende wijze organisch ontwikkelende klankstructuren die even surreëel klinken als de titels aangeven en die aan het einde van de compositie uitlopen in een sirene-achtige apotheose.
De IJslandse postrockband Sigur Rós sluit ‘Death and the Maiden’ af, althans een arrangement (Button) voor strijkorkest van hun neoklassieke nummer ‘Fljótavík’, genoemd naar een brede baai in het uiterste noordwesten van het schiereiland Hornstrandir in de regio Westfjords in IJsland. De oorspronkelijk versie van ‘Fljótavík’ staat op ‘Með suð í eyrum við spilum endalaust’, het vijfde album van Sigur Rós uit 2008. Weidse vergezichten en pastorale zeggingskracht voltooien hier een muzikale reis die begon met de onschuld van ‘The Lamb’. De cirkel is rond. Een fascinerend muzikaal avontuur is ten einde, en kan weer opnieuw beginnen.
12 ENSEMBLE: DEATH AND THE MAIDEN
SPANCD002 / 5400863021795
Nawoord: Het 12 Ensemble lijkt een ideale festivalact. De jeugdige uitstraling, de avontuurlijke repertoirekeuze en de samenwerking met andere kunstenaars kunnen het 12 Ensemble tot een publiekstrekker maken op klassieke festivals, popfestivals en literatuur- en poëziefestivals.