Het is eind september 2008. Op een rustige dinsdagochtend staan vijftien plantsoenmedewerkers te wachten voor het winkelcentrum van Monroe. Ze staan te lummelen tussen de Bank of America en een fastfood restaurant. Alle vijftien hebben gereageerd op een vacature die was geplaatst op Craigslist.com (een Amerikaanse website te vergelijken met Marktplaats) Via een email hadden ze de instructie gekregen om naar de shopping mall te gaan en zich op een bepaalde manier te kleden: een geel reflecterend hesje, een veiligheidsbril, een stofmasker, een lange broek en een blauw shirt met lange mouwen. De wachtende sollicitanten zijn derhalve allemaal identiek gekleed.
Even verderop is een plantsoenmedewerker al aan het werk. Hij is in de weer met het spuiten van onkruidverdelger als er een Brinks geldauto voorrijdt bij de Bank of America. Op het moment dat de chauffeur van Brinks uitstapt met de geldtassen, komt de plantsoenmedewerker in beweging. Hij sprint naar de chauffeur, spuit hem pepperspray in het gezicht en grist de tassen met geld uit zijn handen. Vervolgens rent hij de straat over richting een kabbelend riviertje, omzoomd door vele bomen. De politie, die snel ter plaatse is, is in eerste instantie in verwarring als ze vijftien mannen zien staan die volgens 911 aan het signalement van de dader voldoen. Ze komen er al snel achter dat de bankovervaller er zelf niet tussen zit.
Als de agenten in de richting van de rivier rennen, volgen ze een spoor van vermommingen die de overvaller heeft weggegooid: een geel hesje, een pruik, een bril en een stofmasker. Bij het water aangekomen doen ze stroomafwaarts nog een ontdekking: ze vinden aan de oever van het riviertje een grote geel-zwarte zwemband waarmee de dader blijkbaar zijn vlucht over het water heeft voortgezet. Een politiehelikopter die snel in de lucht is, vindt geen spoor van de bankovervaller. De dader is ontkomen.
Welbespraakt
Anthony Curcio was de all American boy. Van gegoede komaf, al op jonge leeftijd welbespraakt, knap, voorkomend en een groot football–talent. Geen wonder dat hij verkering kreeg met Emily, het mooiste meisje van de school, queen van de cheerleaders. Er gloorde een gouden toekomst voor het stel.
Na High School ging Curcio – net als zijn vader had gedaan – studeren aan de universiteit van Idaho. Binnen de kortste keren was hij daar de ster van het footballteam. Maar toen ging het mis. Tijdens een training scheurde hij zijn voorste kruisband. Het revalidatieproces verliep moeizaam en Curcio raakte verslaafd aan de pijnstillers die de dokter had voorgeschreven. Hij verloor zijn plek in het footballteam. Later zou hij daarover zeggen: ‘Het leven ging door, behalve voor mij. Al mijn succes had ik te danken gehad aan American football, maar dat eindigde abrupt.’
Curcio raakte steeds meer verslaafd aan de medicijnen. Omdat de dokter hem geen sterke pijnstillers meer wilde voorschrijven, begon hij recepten te vervalsen en pillen op straat te kopen. Op een gegeven moment had hij aan twintig pillen per dag niet meer genoeg. Hij financierde zijn verslaving door kantoorartikelen van de universiteit te stelen en toegangsbewijzen voor basketbalwedstrijden te vervalsen. Uiteindelijk belandde Curcio in een afkickkliniek. Na vier pogingen was hij clean en vroeg hij Emily, die altijd in hem was blijven geloven, in het bijzijn van zijn familie ten huwelijk.
In 2004 zag de toekomst van het getrouwde stel er weer zonnig uit. Ze kregen twee dochters en Curcio, die een makelaarskantoor was begonnen, verdiende bakken met geld. Ze kochten een enorm huis aan het water. Op de oprijlaan stonden de duurste auto’s. Drie jaar later stortte de huizenmarkt in elkaar en raakte de Curcio’s alles weer kwijt. Er werd beslag gelegd op hun auto’s en huizen, Emily moest een baantje zoeken om de eindjes aan elkaar te knopen.
Anthony Curcio raakte weer verslaafd. Niet aan de medicijnen dit keer, maar aan de cocaïne en crack. Hij wist zijn verslaving verborgen te houden voor zijn gezin. Maar hij had wel geld nodig, veel geld, bedacht hij toen hij in een geleende auto een hamburger zat te eten bij het winkelcentrum van Monroe. Juist op dat moment stopte er een Brinks geldwagen voor de deur van de Bank of America. Curcio zag in een flits de oplossing: door een bank te overvallen zou hij in een keer weer over een grote hoeveelheid geld kunnen beschikken. Het voormalige football-talent bedacht een plan.
Het plan
Curcio ging minutieus te werk. Wekenlang observeerde hij de Brinks geldauto die bij het filiaal van de Bank of America in Monroe parkeerde. Hij maakte schetsen en aantekeningen en wist tot op de minuut wat de standaard procedures waren bij het afleveren en ophalen van het geld. En langzamerhand rijpte het plan in zijn hoofd: hij zou zich voordoen als plantsoenmedewerker en de chauffeur van de Brinks geldwagen met pepperspray overvallen. Om verwarring te stichten zouden er meerdere mensen in de buurt moeten zijn die op hem zouden lijken.
Om zijn plan te toetsen ging hij op 9 september 2008 repeteren. Die dag maakte hij tijdens het plannen van zijn overval echter een cruciale fout: hij verstopte zijn vermomming bij een afvalcontainer in de buurt van het winkelcentrum. Later die dinsdag wilde hij zijn spullen weer oppikken, maar zag de dakloze Alan Dean bij de container rondscharrelen. Het weerhield Curcio er niet van zijn spullen in het bijzijn van Dean op te pakken en weer mee te nemen. De dakloze Dean, die als fervent kruiswoordpuzzelaar altijd een pen bij de hand heeft, noteerde het kenteken van de auto van Curcio en belde 911, die een aantekening maakte van de melding.
Curcio, zich niet bewust van zijn blunder, ging verder met het plannen van de overval. Hij zette een vacature voor plantsoenmedewerker op Craigslist en nodigde vijftien kandidaten uit om zich op 30 september om stipt 11:00 uur te melden voor de Bank of America. De kandidaten bemachtigden geen baan, maar waren wel getuige van de spectaculaire overval die in heel de VS voorpaginanieuws was – en die Anthony Curcio $400.000,- opleverde.
Buzz en Barry
In Monroe worden er twee rechercheurs op de zaak gezet: Tim Buzzell en Barry Hatch. Het onderzoek van de politieagenten wordt nauw gevolgd door de pers, die een zekere bewondering voor de vermetele overval niet kan onderdrukken – een journalist noemt de onbekende overvaller Dan Tuber (tube is Engels voor zwemband) verwijzend naar de mythische vliegtuigkaper Dan Cooper, die ook spoorloos verdween en nooit gevonden werd.
Buzz en Barry, zoals ze liefkozend in de media worden genoemd, zitten aanvankelijk met de handen in het haar totdat een collega hen tipt over de logfiles van 911. Ze ontdekken het gesprek met Alan Dean en weten de dakloze man te traceren. Dean, een voormalig bouwvakker die door de crisis aan lager wal is geraakt, woont in een tentje naast de snelweg. Hij heeft het nieuws over de spectaculaire overval in de kranten gelezen en verwelkomt de beide politiemannen met ‘Hèhè, zijn jullie daar eindelijk?!’ Buzz en Barry hebben onvoorstelbaar geluk: Dean is nog in het bezit van het briefje waarop hij het kenteken van de verdachte auto heeft genoteerd. Voor de rechercheurs is het vervolgens een kleine moeite om erachter te komen op wiens naam de auto staat: Emily Curcio.
Het net sluit zich langzaam rond Anthony Curcio die met vrienden feest aan het vieren is in Las Vegas. Curcio betaalt de uitspatting met een deel van het geld dat hij heeft buitgemaakt en dat hij na de overval thuis stiekem in de wasdroger had gedaan – het geld was kletsnat geworden door de vlucht over de rivier met de zwemband. De verklaring van Allan Dean is echter nog niet voldoende om Curcio te arresteren. Buzz en Barry krijgen het bewijs pas echt rond als ze dna van Curcio weten veilig te stellen: dat matcht met het dna dat is teruggevonden op de vermomming van de bankovervaller. Begin november gaan ze over tot de arrestatie van Anthony Curcio, de all American boy die in Monroe zo veel aanzien genoot.
De 28-jarige Curcio verschijnt in de zomer van 2009 voor de rechtbank. De openbare aanklager beschouwt Curcio als een getroubleerd man, maar ‘Als hij in staat is zijn demonen te temmen, dan komt het goed met hem’. Rechter James Robart, die door familie en vrienden van Curcio wordt bestookt met brieven waarin ze het goedaardige karakter van de dader benadrukken, veroordeelt hem tot zes jaar.
Anthony Curcio is op 4 april 2013 vrijgekomen. Hij probeert aan de kost te komen als schrijver en illustrator van kinderboeken en geeft lezingen en presentaties over drugsverslaving. Ook heeft hij een boek geschreven over zijn leven en de overval: Heist and High. Emily, die tijdens de gevangenschap van haar man een tijdje van voedselbonnen moest leven, heeft inmiddels een uitstekende baan bij een internationaal adviesbureau en is nog steeds met Anthony getrouwd. Ze heeft hem weer alles vergeven.
