‘Ik eet wat Moeder Aarde ons geeft’

Regelmatig bevroeg ik voor de Stentor een streekgenoot over financiële kwesties. Deze keer (2016) was dat Hans Bouma uit Kampen: theoloog,  predikant, schrijver, dichter en voorvechter van dierenrechten.

Wanneer werd u ‘de dierendominee’?

,,Rond 1970, ik was toen 29, kwam bio-industrie op. En ik zag hoe daarin met dieren werd omgegaan. Dat greep mij enorm aan. Sindsdien bepleit ik een humaniteit die zo royaal is, dat dieren niet buiten onze morele horizon vallen. Maar het verzet is groot, want er staan enorme economische belangen op het spel.”

Ging u in debat met de boeren?

,,Nee, dat zou niet eerlijk zijn. De boeren hebben niet om de bio-industrie gevraagd, maar ze worden wel de dupe: veel varkenshouders gaan bijna failliet. Ik luister liever naar biologen en ethologen. Helaas bevestigen hun onderzoeken mijn vermoedens: alle seinen staan op rood. Eén kilo rundvlees kost 18.000 liter water, soja en granen gaan op aan veevoeders. Dus er dreigt voedsel- en watertekort. En ik ben medeplichtig.”

Medeplichtig?

,,Ja, via de belastingen betaal ik eerst mee aan deze vervuilende bedrijfstak en vervolgens aan het ondervangen van de milieuschade.”

Maar u koopt geen kiloknallers.

,,Nee, ik ben veganist. Ik eet wat Moeder Aarde ons geeft, zonder tussenkomst van dieren.”

Bent u dan niet duurder uit?

,,Integendeel. Wat veel mensen als armoedig eten beschouwen, zie ik als rijkdom. Bonen bijvoorbeeld zijn pareltjes! Die bevatten veel eiwitten en dankzij de vele rassen kun je er eindeloos mee variëren. Al gaat veganisme niet alleen over eten, het is ook een milieubewuste leefstijl. Zo maak ik weinig dure vliegreizen. Wat je ver weg zoekt, kun je ook in de achtertuin vinden.”

Een voorbeeld?

,,In 1985 was ik tien dagen op de Galápagos Eilanden. Daar is de natuur nog niet door mensen beïnvloed. Er is namelijk geen drinkwater, alleen wat brak water. En als je ziet hoe die leguanen en schildpadden zich redden! Fantastisch. Toch hoef ik nooit meer terug. De herinnering is genoeg. Er gaat geen dag voorbij zonder dat ik in gedachten weer even daar ben.”

En die achtertuin?

,,Achter ons huis is een sloot. Daar zit een meerkoet op haar eieren. Telkens zwemt er een eend om haar nest, met al haar kroost al achter zich aan. Dan kijkt die meerkoet alsof ze denkt: ‘Laat mij nou met rust!’ Er is ook een zwanenpaartje dat soms hier woont, maar soms ook een poos verdwijnt. Waarom…? Wat bezielt die dieren? Dat vind ik even fascinerend als wat er op de Galápagos Eilanden gebeurt. En het kost niets.”

Permitteert u zich nog enige luxe?

,,Als ik geld overhoud, besteed ik dat graag aan een concert of een cd. Alle cd’s in die kast heb ik vanaf de jaren tachtig verzameld.”

Duurste entreekaartje?

,,Dat zal ik opbiechten: 150 euro, dus mijn vrouw en ik waren samen 300 euro kwijt. Voor een concert door pianist András Schiff, in het Oostenrijkse Schwarzenberg. We hebben het wel gecombineerd met een vakantie in die buurt.”

Zulke tarieven komen toch vaker voor?

,,Maar hier in Kampen zijn ruim tweehonderd mensen op de Voedselbank aangewezen. En dan geef ík zo’n bedrag uit voor mijn eigen genoegen! Al was dit wel een uitzondering, hoor. En je investeert ook in meer dan zo’n concert alleen. Je kijkt ernaar uit, je beleeft het moment zelf. En vooral: je bewaart de herinneringen.”

Mijn gekozen waardering € -

Van Friese afkomst, maar geboren en getogen op de Veluwe. Na het gymnasium deed ik één semester Nederlandse taal- en letterkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Daarna belandde ik op het conservatorium in Zwolle (nu ArtEZ) en begon als muziekstudent met het recenseren van concerten en cd's. Na mijn eindexamen verbreedde dit schrijfwerk zich naar meerdere genres en opdrachtgevers.
Van 1991-1998 studeerde ik daarnaast psychologie in deeltijd aan de Universiteit Utrecht.
Journalistieke aandachtsgebieden: human interest, cultuur, zingeving.