Pastoor Van Peperstraten: ‘Ik sta in de continuïteit van eeuwen’

Jan-Jaap van Peperstraten (44) werd door Twitter s lands bekendste priester. Althans, na Antoine Bodar, de informele woordvoerder van de katholieke kerk in Nederland, die in hem een mogelijke opvolger ziet. In donkere dagen buigt hij zich over de brandende wereld, hij probeert te duiden en geeft houvast. "Als mensen geen betekenis meer voelen, begint het leven te ontrafelen."

Wat wilde u later worden?

‘Daar had ik geen duidelijk beeld van. Ik ben filosofie gaan studeren. Als ik niet zo’n statistiek-kneus was geweest, was het wellicht politicologie geworden. Ik vind politiek de spannendste kijksport die er is.’

Was u erg gelovig toen u jong was?

‘Dat viel wel mee. Mijn ouders waren gemengd gehuwd, maar ik heb alleen aan het protestantisme blootgestaan in mijn jeugd. We gingen niet veel naar de kerk. De interesse ervoor verdiepte zich pas tijdens mijn studie. De universiteit Nijmegen besteedde tamelijk veel aandacht aan de ideeëngeschiedenis, onder andere aan de filosofische aspecten van theologische vraagstukken.’

‘Mijn eerste baan als leraar levensbeschouwing in Eindhoven, confronteerde me. Ik kwam in een wereld die zich helemaal niets aantrekt van prachtige theorieën. Reden voor mij om na te denken over wat ik met mijn leven wilde. Ik las veel over de kerkgeschiedenis. Er zijn kerkelijke geschriften vanaf het jaar 100 over geloofsgemeenschappen in het oostelijke Middellandse Zeegebied en in Rome. Ik ontdekte dat de katholieke en orthodoxe kerken veel meer op die oorspronkelijke kerk lijken dan de protestantse. Dat triggerde me en ik verlangde ernaar in die continuïteit van eeuwen te staan. Ik heb er veel over gesproken met een priester. In 2006 ben ik katholiek gedoopt, en deed ik mijn eerste communie.’

Op uw 27e las u theologische literatuur, u gaf les op een middelbare school en werd katholiek. Ondertussen gingen uw leeftijdgenoten naar de kroeg, hadden vriendinnetjes, kregen misschien kinderen.

‘Ik heb ook een druk studentenleven gehad, niet voor niets heeft mijn studie langer geduurd dan nodig was.’

Wat vonden uw ouders ervan dat u katholiek werd?

‘Tja, ze vonden het misschien wat buitenissig, maar ze waren wel wat van me gewend. Sommige vrienden steunden me, sommige bleven weg. Een andere richting binnen het christendom is natuurlijk niet zo schokkend. Was ik moslim geworden, of bij een sekte beland, dan had dat meer teweeggebracht.’

‘Een paar maanden later verhuisde ik naar Schotland om te promoveren op een filosofisch ethisch thema: de morele dimensie van de leeservaring. Een van de conclusies was dat het lezen van fictie kan bijdragen tot vormen van moreel inzicht. Empathie is dus enigszins te trainen door het lezen van verhalen.’

Klinkt niet eenvoudig om te onderzoeken.

‘Wel heel interessant. Ik wilde in Schotland blijven, maar door de kredietcrisis van 2008 was er geen budget meer om verder onderzoek te kunnen doen. Dus terug naar Nederland en weer voor de klas. Ik ben me toen verder gaan oriënteren op de vraag of het priesterschap wat voor mij was. Hoe abstract die vraag ook is.’

‘Ik koos een Schots seminarie, maar daar zaten ze niet op buitenlandse studenten te wachten. Gelukkig maar, want niet veel later werd bekend dat een kardinaal daar zich in het verleden had opgedrongen aan seminaristen: studenten boven de achttien, maar toch. Een enorm schandaal, en ik ben blij dat ik daar niet direct mee te maken hoefde te hebben.’

In plaats van naar Schotland ging u in 2011 naar het zeer behoudende seminarie Tiltenberg in Vogelenzang (NH).

‘De Tiltenberg en Rolduc (Kerkrade – red.) waren toen nog de enige klassieke priesteropleidingen in Nederland. De reputatie van Rolduc, in 1974 opgericht door bisschop Gijsen, was nog conservatiever. Er werd een scherpe confrontatiekoers gevaren van orthodoxen tegen vrijzinnigen en omgekeerd. De polarisatie in katholiek Nederland was enorm in de jaren 70.’

Niet zonder reden. De paus benoemde eerst de zeer behouden Ad Simonis tot bisschop in Rotterdam, vervolgens Jo Gijsen in Roermond. Veel katholieken, die na het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) een democratische koers waren gaan varen, hebben die benoemingen als een overval ervaren.

‘Nederland kreeg inderdaad een flinke tik van Rome.’

Het weerhield u niet om naar de Tiltenberg te gaan?

‘Destijds stond ik echt rechts van het midden; daar wentelde ik me comfortabel in. Misschien is het de bekeerlingenziekte: wie vanuit een ander geloof binnenkomt, is altijd strenger dan de rest.’

‘De polarisatietijd lag toen al ruim achter ons, maar het ethos op het seminarie was er wel door gevormd en aannames uit die jaren hielden stand. Namelijk dat de waarheid — liefst met hoofdletter W — verdedigd moest worden tegen elke vervorming. De priester moest borg staan voor de leer en daar verantwoordelijk voor zijn. Terugkijkend kun je zeggen: zo’n houding is een recept voor ongelukken, conflicten en burn-out. En dat is ook veel voorgekomen. Weet je, als het goed is, matig je je houding zodra je priester bent. Dan merk je al snel dat een gestrekt been niet werkt.’                                                                                         

Waar staat u nu?

‘Dat is een gewetensvraag. Op sommige onderwerpen rechts, op andere links. De katholieke kerk is heel breed en ik probeer daaraan recht te doen. Een thema dat voor veel verdeeldheid zorgt, is euthanasie. Kerkelijke regels verbieden namelijk het sacrament van de ziekenzalving in de context van euthanasie. Die kan ik niet toedienen als iemand vlak erna euthanasie heeft afgesproken. Dit zeg ik met heel veel moeite, want pastorale nabijheid is zeer belangrijk. Maar als priester kan ik er niet ‘medeplichtig’ – met kleine letters — aan gemaakt worden. Wanneer iemand euthanasie overweegt, is er geen probleem. Dan kan ziekenzalving gewoon doorgaan. Maar als het besluit al gevallen is, gaat het op kerkelijke goedkeuring lijken.’

Los van de vraag wat goed is en wat fout, Jezus koos juist voor mensen die het moeilijk hadden.

‘De derde weg is een weg eromheen, en daar houd ik ook van. Als het niet linksom kan, dan maar rechtsom. Zolang mensen niet vertellen dat er euthanasie is gepland, kan ik met een gerust hart de ziekenzalving doen.’

Dat wordt ook wel hypocriet genoemd.

‘De een vindt het hypocriet, de ander zegt: zo houden we het leefbaar. Ik vind het laatste. Zo gauw iets gelegaliseerd wordt, wordt het genormaliseerd, en wordt de morele drempel lager, óók in de kerk. Ieder maakt zijn eigen afwegingen, ik ook. In andere dossiers vinden mensen mij weer heel links. Over klimaatverandering bijvoorbeeld, of vlees consumeren.’

Naar aanleiding van de gebeurtenissen rond Khadija Arib schreef u op twitter over eigen ervaringen met anonieme beschuldigingen: u kreeg ‘tips’ over parochianen, ook was er over u geklaagd dat u sommige uitvaarten zou weigeren.

‘Dat is pertinent onjuist. Ons pastorale team verzorgt áltijd de uitvaart, hoe iemand ook is overleden, dus ook na euthanasie, daar treden wij niet in.’

Brengt het katholieke geloof wat u ervan verwachtte?

‘Het gevoel in de historische continuïteit en traditie te staan, is hierdoor versterkt, zoals ik hoopte. Maar ik heb óók een ander perspectief op het katholicisme gekregen. Ik ben namelijk het protestantisme weer serieuzer gaan nemen. Ik ben echt bijbelser gaan preken, minder vanuit de theologie. Preken leer je beter van protestanten.’

U kreeg allerlei extra’s van het katholieke geloof erbij: de heiligenkalender, verschijningsvormen van Maria, eeuwenoude kerstliedjes, wijwater als het onweert …

‘De losse katholieke devotie krijgen mensen mee in de opvoeding. Die heb ik natuurlijk niet gehad. Dus het Putje van Heiloo (bedevaartsplaats – red.) en wat daar wel en niet bij hoort, laat ik rustig gebeuren. Devoties zijn van het volk.’

Wat verwachtte u van het priesterschap?

‘Ik hoopte op academische theologische verdieping, maar in de praktijk krijg ik juist veel energie van verkondiging en preken, gewoon op zondagochtend. Mijn preken blog ik met een link naar twitter en facebook. Ze worden veel gelezen. Ook het pastoraat bevalt tot mijn verrassing best goed, zoals huis- en ziekenbezoek en stervensbegeleiding. Dat het anders uitpakt dan ik verwachtte, laat ik gewoon gebeuren. Mijn roeping komt niet uit mezelf, maar van God. Die doet daar eigen dingen mee.’

‘In het begin was ik trouwens vrij dwingend qua katholieke rituelen. Daar werden we op het seminarie nogal rigide in geïnstrueerd. Nu waardeer ik een verzorgde liturgie, maar een spel draait niet alleen om de regels. Daar kwam ik bij mijn eerste uitvaart als pastoor gelijk achter. Men was vergeten het graf te graven, dus moest ik de uitvaartdienst flink rekken om de delvers genoeg tijd te geven het graf in orde te maken. Roll with the punches’

Wat zijn de teleurstellingen?

‘Waar beginnen we? Veel dingen lopen vast, wat voor eindeloze frustraties zorgt en er nog minder van de grond komt. Moeilijke besluiten die genomen moeten worden blijven liggen, zoals harde keuzes over kerksluitingen. En het is trekken en duwen om nieuwe initiatieven van de grond te krijgen, zoals hoe we jongeren meer kunnen betrekken. Echter vooral ben ik geschrokken van de hoeveelheid conflicten in de kerk, vooral op bestuurlijk vlak in de parochie, en hoe krampachtig die in stand worden gehouden – tot op het punt dat mensen liever alles kapot laten gaan, in plaats van ook maar de minste concessie te doen. Krachtig ingrijpen maakt de zaak soms nog erger. Dat heb ik wel meegemaakt.’

‘Waar ik ook tegenaan ben gelopen, is dat sommige parochianen te veel van de pastoor verwachten, qua beschikbaarheid en inzet. Ik probeer nu duidelijk te communiceren wat wel en niet mogelijk is. Dat wordt niet altijd gewaardeerd, maar ik ben ook maar mens en geen geloofsheld.’

Wat is uw godsbeeld?

‘We moeten ons geen beeld maken van een man met een baard op een wolk, die bliksemschichten stuurt, al dan niet in de slaapkamer als hij het ergens niet mee eens is. Echter, God is ook geen ‘iets’. Je kunt er een relatie mee hebben, zo bezien is God een persoon.’

 Zoals wij?

‘God heeft zich geopenbaard in Jezus Christus. Die had armen, benen en waarschijnlijk ook een baard, maar God in zichzelf is geen man of vrouw, want God overstijgt die lichamelijke categorieën. Dat ik God een persoon noem, is omdat we er een relatie mee kunnen hebben.’

Velen wijzen elk geloof af, omdat een goede god niet zoveel dood en misstanden zou toelaten.

‘Lijden, pijn en moeilijkheden zijn van alle tijden, en toch is God nabij. Die tegenstrijdigheid kunnen wij niet begrijpen, zeker niet in onze subjectieve cultuur. Je wordt niet alleen gelaten, ook als je God niet voelt. In de mystiek heet dit: ‘de donkere nacht van de ziel’: God niet voelen, terwijl je wel gelovig bent, niets horen, geen antwoord krijgen, geen troost voelen, je gebed valt in een bodemloze put. Net voor zonsopgang is het het donkerst.’

We moeten ons geen beeld maken van een man met een baard op een wolk, die bliksemschichten stuurt.

‘Velen hebben de kerk verlaten. En of de mens zonder geloof kan, kan ik niet beoordelen. Ik trek het graag breder: het leven heeft betekenis nodig, en dat betekeniskader kán een klassieke geloofsovertuiging zijn. Een geloof maakt het mogelijk om voorbij jezelf te kijken. Als mensen geen betekenis meer voelen, begint het leven te ontrafelen.’

‘Ik ben ervan overtuigd dat de huidige vlucht in complottheorieën een symptoom is van de extreme behoefte om weer betekenis te vinden. Zonder zingeving gaan mensen die namelijk zelf verzinnen. Begin vorige eeuw schreef de Engelse schrijver Chesterton al: als mensen ophouden met geloven, geloven ze niet niks, maar geloven ze álles. En zie, de coronacrisis tastte onze zekerheden aan en mensen zijn de meest buitenissige dingen gaan geloven: dat we vergiftigd worden door een vaccin, of dat reptielwezens de wereld beheersen.’

‘Inhoudelijk vind ik complottheorieën verschrikkelijk, ik heb er geen geduld voor. Als het een schreeuw van de ziel is, van de wezenlijkste kern van de mens, steek ik een hand uit. Echter complotdenkers sluiten zich ook daarvoor af.’

Er zijn veel hete hangijzers in de katholieke kerk, zoals geboortebeperking.

‘Bisschop Bekkers zei bijna 60 jaar geleden op nationale televisie dat geboortebeperking wordt overgelaten aan het geweten van mensen, en zo is het ook gegaan.’

‘De katholieke ethiek heeft overal een mening over, ook over zaken die het seksuele leven aangaan. Echter, we zijn zelf zeer feilbaar gebleken, zodat we ons niet in die delicate, intieme onderwerpen moeten mengen. Door de misbruikschandalen is ons morele gezag zeer beperkt. We zijn geen lichtende stad op de heuvel, en al waren we die wel, deze onderwerpen lenen zich daar niet voor.’ 

En het celibaat?

‘De katholieke kerk gaat ervan uit dat Jezus niet getrouwd was, en het celibaat is een vorm van navolging daarvan. Persoonlijk lijd ik niet onder het celibaat, het past goed bij mijn karakter. Wanneer priesters omwille van het celibaat uittreden, draag ik ze dat niet na. Wie als priester in het geheim een vrouw en kinderen heeft, of homoseksuele relaties onderhoudt, verbreekt de celibaatsbelofte. Daar krijg je niet veel applaus voor van de kerk.’

‘De katholieke kerk heeft ook diakens: doorgaans getrouwde mannen die de diakenwijding hebben ontvangen om werkzaam te kunnen zijn in de kerk. In de orthodoxe kerk kunnen getrouwde mannen ook priester worden. Ben je al getrouwd bij de wijding, dan blijf je getrouwd. Wie al gewijd is, mag niet alsnog trouwen. Ik ben er wel voorstander van om dit ook in de katholieke kerk zo te doen.’

Dit betreft gewijde mannen. Over vrouwen hoor ik u niet.

‘In de katholieke kerkgeschiedenis zijn vrouwen nooit tot priester of bisschop gewijd. Dat maakt het lastig om nu ineens te besluiten dat het wel kan. Paus Johannes Paulus II heeft dit in 1994 zelfs nog eens formeel bevestigd.’

‘Er wordt wel gezegd dat er ook vrouwelijke apostelen waren. We hebben te maken met de ambiguïteit van de Bijbeltekst: het Griekse woord diakonos komt er regelmatig in voor. Het betekent diaken, maar ook dienaar. Op een gegeven moment is er een diakonos met een vrouwennaam. Hoe lezen we dat? In het nieuwe testament staat dat vrouwen op allerlei manieren actief waren. De relevante Bijbelteksten zijn echter ambigu en niet makkelijk te begrijpen.’

Als het goed is, matig je je houding zodra je priester bent

‘Ik wil op grond van dit dunne ijs dus niet pleiten voor vrouwenwijding. Voor de Kerk, en ook voor mij is die traditie maatgevend. Wel wordt nog de vraag bestudeerd of er vrouwelijke diakens waren en welke rol ze hadden. In theorie zijn vrouwelijke diakens misschien mogelijk. Kortom, de paus heeft dus getracht het onderwerp resoluut af te sluiten, maar (lacht) daar trekt het onderwerp zich, geloof ik niet zoveel van aan.’

Hoe presenteert de katholieke kerk zich in deze multimediale tijd?

‘De communicatie verloopt lang niet altijd vlekkeloos, hoewel het nu met paus Franciscus al een stuk beter gaat. De Deetman-commissie (die misbruikschandalen in de katholieke kerk onderzocht in 2010-2011 – red.), heeft veel priesters kopschuw gemaakt. Het idee was, en is nog steeds dat je maar beter niet kunt reageren op kritiek. Terwijl zwijgen ook communicatie is. Dan leggen mensen er hun eigen werkelijkheid in, trekken ze zelf conclusies en ben je de regie kwijt.’

‘Door de ontkerkelijking zijn we al bijna onzichtbaar geworden. Als we onze mond blijven houden, doe dan de deur maar dicht. Mede hierom is woordvoering informeel veel uitbesteed aan onze vriend in Rome, Antoine Bodar. Die trekt die klus al geruime tijd in zijn eentje.’

Sterker nog, laatst noemde hij uw naam op televisie toen gevraagd werd wie hem zou kunnen opvolgen.

(Lachend) ‘Dat heb ik gehoord, ja. Ik was op vakantie in Boedapest en kreeg ineens berichten op mijn telefoon dat Antoine mijn naam had genoemd. Dat heeft hij niet van tevoren overlegd.’

‘Ik weet nog niet goed wat ik ervan vind. Ik sta er wel voor open, maar wil er niet voor vrijgesteld worden, want voor mijn welzijn is het belangrijk om dagelijks in contact te zijn met parochianen.’

‘Het zou sowieso goed zijn als meer priesters vaardig worden in omgaan met de media. Jonge priesters zijn immers al gewend aan sociale media. Ons opsluiten in de pastorie en denken dat mensen ons wel weten te vinden, is gedoemd te mislukken.’

U twittert veel, niet alleen over religieuze kwesties. ’s Avonds gaat er een Spotify-tip uit, u discussieert over Baudets reptielentheorie, plaatst emoji-kaarsjes voor de verongelukte Hede en Sanne, reageert op berichten en deelt persoonlijke ervaringen. Waarom doet u dit allemaal?

‘Ik ben een twitterveteraan. Het is een kostelijk medium voor je eigen nieuwsvoorziening. Ik werk met Tweetdeck, met thematische lijsten en heb een paar onderwerpen openstaan, waaronder ‘kerkelijk nieuws’. Ik zie veel, en filter veel. Twitteren gebeurt even tussendoor, als ik koffiezet schiet ik zo vier berichten af.’

‘Twitteren is niet alleen zenden, ook reageren. Soms ontstaat er ruzie, maar ik probeer het altijd weer bij te leggen. Ik vermijd verhitte discussies en wie nare opmerkingen maakt, of anderen in mijn twitterdraadje minacht, blok ik. Met 80 procent flauwe grappen krijg ik publiek, en kan ik 20 procent serieuze berichten versturen die goed landen.’

Naar aanleiding van de naam van de pasgeborene van Baudet, twitterde u een lijst alternatieve riddernamen en schreef u schertsend verbaasd te zijn dat het Lancelot was geworden, en geen Parcifal.

‘Ridder Parcifal is Baudets grote liefde en voor hem is Goede Vrijdag de belangrijkste dag van het jaar. Niet vanwege de christelijke boodschap maar omdat dan traditiegetrouw de opera ‘Parsifal’ van Richard Wagner wordt opgevoerd. Ik heb een triviantmap in mijn hoofd. Veel feitjes waar je niets aan hebt, maar op twitter is het makkelijk.’

Niet bang voor ruzie met FvD-ers?

‘Mwah, de meesten reageren anoniem: ‘Ik vind jou een lul’ en dat zegt dan @Pietje63228. Daar heb je me niet mee. Soms wordt het vervelend: ‘Ik weet waar je woont.’ Tja, mijn adres is sowieso geen geheim. Ik ben ook niet bang aangelegd.’

Veel van uw tweets gaan over politieke kwesties. Is dit persoonlijke interesse, of is het de pastoor die de mensheid iets wil meegeven? 

‘De katholieke kerk is geen onaards instituut. Ze spreekt zich duidelijk uit over politieke en maatschappelijke thema’s. De zorg voor de schepping is onze opdracht. In de katholieke kerk kun je niet verkondigen dat klimaatverandering niet bestaat. Je kunt geen racist zijn met de katholieke catechismus in de hand. Toch roep ik niet op om koud te douchen of veganist te worden. Ook voer ik geen campagne voor een partij. De preek is voor Gods woord en daar mag je best enige huiver voor hebben. Daarin ben ik protestants gebleven. Zijn woord moet je niet misbruiken.’

Katholieke stemmers zijn er van FvD tot en met PvdD.

‘Ik zie zaken ook van meerdere kanten. Net als paus Franciscus houd ik van vluchtelingen en het klimaat, maar ik kom uit Zeeuws-Vlaanderen en dat is toch echt een omgekeerde vlaggen-territorium. Dat begrijp ik ook.’ 

‘Ik reageer op wat er in de samenleving gebeurt en dan gaat het vaak over Thierry Baudet, maar niet uitsluitend. Op mijn grapje over Jesse Klaver kreeg ik ook boze mentions. Ik had iets geschreven als: ‘we hebben de Messias en de Jessias’, naar aanleiding van een gelikt campagnefilmpje waarin Jesse de wereld zou redden. Baudet springt er echter uit omdat hij aanvankelijk onder gelovigen veel bijval kreeg. Hij zou de progressief-liberale consensus doorbreken. Toch hield hij in 2014 al een speech tijdens de omstreden IJzerbedevaart in Vlaanderen. Toen kreeg ik al wel een vermoeden welke kant het zou opgaan.’

‘De conservatieve christelijke pers is inmiddels wel klaar met FvD. Ze zien dat Baudet heel neerbuigend doet over het geloof. Hij mag dan, net als veel conservatief-christenen, een hekel hebben aan postmodernisme, dit betekent nog niet dat ze Baudet op het schild moeten hijsen. De vijand van je vijand is niet automatisch je vriend. Toch zijn er nog veel mensen ‘betoverd’ door het charisma van de man met de vlotte Leidse babbel en riskante denkbeelden, die steeds meer radicaliseert. Velen hebben hun eigen verlangens op hem geprojecteerd en ik waarschuw dat dat brokken oplevert. Dat zijn geen stemadviezen. Ik bevraag het enthousiasme voor deze politicus kritisch, vooral omdat er in messiaanse termen over hem wordt gesproken. Het gaat natuurlijk niet goed met Thierry, en dat is pijnlijk, want ik gun iedereen een leven in vrede. Anderzijds, hij is geen slachtoffer en zijn gevaarlijke nonsens onweersproken laten, is niet mijn keuze.’

Terug naar de parochie, hoe is het om pastoor te zijn in deze tijd?

‘Je raakt een zeer pijnlijk punt. In mijn bisdom Haarlem-Amsterdam gaat in de komende vijf jaar 60 procent van de kerken dicht en in de vijf jaar erna nog een groot aantal. De katholieke kerk moet een nieuwe weg vinden. Heel verdrietig voor de parochianen en voor mij als pastoor is het slikken om begeleider te zijn van gemeenschappen die worden afgebouwd. Voorbij die tien jaar kijken lukt al helemaal niet.’

‘We hebben niet veel priesters meer, een deel ervan is zelfs van buitenlandse komaf: uit Italië, India, of Brazilië bijvoorbeeld. Gemiddeld over heel Nederland gaat het ongeveer om een kwart. Soms zijn er taalkwesties, of botsende culturen, zeker als de geloofsbeleving van de ‘import’-priester anders is dan de toch wat vrijzinnigere Nederlandse parochianen. Maar over het algemeen zijn we blij met hun komst en ontstaan er warme pastorale relaties.’

Waarom zouden mensen nog katholiek blijven, of zelfs worden?

‘Je treedt in een traditie van 2000 jaar, ook al wordt de parochiekerk teruggebracht tot tien mensen in een zaaltje. We leven in een extreem gesegregeerd land. De verticale lijn, die door alle lagen van de bevolking loopt, zijn we vrijwel kwijtgeraakt. Kerkgemeenschappen zijn de laatste plekken waar je makkelijk mensen ontmoet die heel anders zijn dan jij, die een andere achtergrond en opleiding hebben.’

‘Onze eigen bubbel mag dan heel comfortabel zijn, we lijden er ook onder. En om nog even verder te preken: je vindt God niet in je eigen kring. Lees maar de verhalen in de Bijbel. Naäman de Syriër: een volledige buitenstaander, leprozen die genezen worden, de barmhartige Samaritaan. God werkt door mensen die je normaliter niet om je heen hebt.’

‘Mensen verlangen naar betekenis, en misschien zelfs naar God. Door een gemeenschap die breder is dan die je al hebt, word je uitgedaagd en leer je op andere manieren denken. Dan wordt je ego minder groot en blijft er meer over voor anderen.’

We leiden 2022 uit en beginnen een nieuw jaar. Wat is uw kerstwens voor de lezers?

‘Hoe men het feest ook noemt of beleeft, Kerstmis gaat om het licht dat door de duisternis heen komt. De wereld van nu voelt donkerder dan ze lange tijd was, en terugkomend op ‘de donkere nacht van de ziel’: we weten niet hoelang deze donkere nacht zal duren. Alles om ons heen zit aan en over zijn grenzen. Schiphol, de energievoorziening, klimaat, het overheidsbeleid. We willen wellicht met volle kracht terug naar 2019 om ons leven van toen te hernemen, maar de wereld is veranderd. In plaats van ons vast te klampen aan de mast van de Titanic, kunnen we andere wegen en leefwijzen zoeken. Dat vraagt moed en aandacht, en minder ‘ik’, echt minder ‘ik’.’

‘Ik wens daarom iedereen moed toe om recht te doen aan die veranderende wereld.’

Dit artikel verscheen ook in het winter-/kerstnummer van HP/De Tijd – dec. ’22/jan. ’23.

BIO

Jan-Jaap van Peperstraten (Soest, 1978) is enig kind van een Nederlands Hervormde moeder en een niet-praktiserende katholieke vader. Gedurende zijn jeugd woonde hij in Breskens (Zeeland). Hij studeerde filosofie en haalde lesbevoegdheden. Op 28-jarige leeftijd bekeerde hij zich tot het katholicisme. Van Peperstraten woonde enkele jaren in Schotland om daar te promoveren. In 2011 begon hij de priesterstudie. Na zijn wijding werd hij pastoor in Heemstede; sinds 2019 bekleedt hij dit ambt in Alkmaar. Zijn preken staan op internet (http://zwartepeper.blogspot.com/). Hij heeft ruim 16-duizend volgers op twitter (@jjvpeperstraten – hoopverlener). Jan-Jaap is een achterneef van tv-presentator Toine van Peperstraten.

Mijn gekozen waardering € -