We lopen door het hippe Parque Lleras in Medellín, als uit het niets twee jongens opduiken. Bij mij beginnen de alarmbellen te rinkelen, maar Maite Hontelé voelt het al feilloos aan en reageert vriendelijk en een tikje afstandelijk om de ontmoeting kort te houden. Ze willen met haar op de foto. Eerst met de één en daarna met de ander. Geroutineerd neemt ze een pose aan, thumbs up. De jongens blij.
Het is in Colombia ook geen alledaagse verschijning, “een Vikingvrouw die met mannen muziek maakt, zoals ze het zelf met gevoel voor ironie zegt. “Maar ik ben daar verder niet zo mee bezig. Ik vind het wél leuk dat ik na optredens heel veel mailtjes krijg van Colombiaanse meisjes die saxofoon of trompet willen leren spelen en die zeggen ‘Ik wil zoals jij zijn’. Het is fijn om een voorbeeld te zijn.
Maite Hontelé maakt een boost in haar carrière door na vier jaar hard werken vanuit haar nieuwe land Colombia, waar ze samenwoont met Juancho Valencia, toetsenist en componist, die ook hard aan de weg timmert met zijn bands Puerto Candelaria en La República. Ze produceerde er twee albums, Llegó La Mona (De Blonde is aangekomen) en Mujer Sonora (Sonora Vrouw), trad er op op festivals en speelde onder andere in Mexico en Maleisië.
Een feestje van twee uur
In Aruba speelde ze vorig jaar op het Caribbean Sea Jazz Festival en daar had ze een ontmoeting die haar doorbraak zou betekenen: met de legendarische Venozolaanse salsazanger Oscar D’León. “Ik dacht, totdat ik met hem op het podium sta, geloof ik het gewoon niet. Ik werd aan hem voorgesteld en hij had geen idee wie ik was. Dat was natuurlijk al niet zo’n goed begin. Maar hij zei ‘Speel mee in de soundcheck’. En dat werd een feestje van twee uur. Toen wilde hij dat ik meespeelde die avond als special guest. Dat was heel bijzonder. Een week later kreeg ik een mail of ik met hem wilde toeren in Europa en dat kwam goed uit, want ik zou zelf met mijn Nederlandse band ook optreden.”
Ze trad vijf keer met Oscar D’León op en twee keer met haar eigen band, in Nederland, Duitsland en Spanje. Daar had ze nóg een ontmoeting die belangrijk zou blijken te zijn, met de Cubaanse bassist-zanger-componist Alain Pérez. Deze jonge Cubaan speelt met de beroemde Spaanse gitarist Paco de Lucía en heeft in het verleden met een andere salsalegende gewerkt: Celia Cruz.
Balsem voor de ziel
Dankzij de onmoeting met Alain Pérez is Maite Hontelé special guest op 22 mei in het Teatro Nacional in de Cubaanse hoofdstad Havana op het internationale muziekfestival Cubadisco. Ze zal haar Nederlandse toer een weekje onderbreken om in Havana acte de présence te geven. Maar de dingen zijn niet zo vanzelfsprekend als ze lijken, ze heeft er zelf ook naar toegewerkt.
“Alain Pérez is getrouwd met een zus van Issac Delgado. Daar had ik vorig jaar een keer mee gejamd en dat vond hij leuk. Dus ik stuurde hem af en toe een mailtje om het een beetje warm te houden en toen Déjame Así net uit was stuurde ik het via wetransfer naar Issac en Alain. Issac vond het balsem voor de ziel en hij stuurde me drie weken geleden een mailtje om me voor Cuba uit te nodigen.
Cuba, legt Maite Hontelé uit, is geen gemakkelijk terrein om te betreden voor buitenlandse artiesten. Er is geen geld aan de ene kant en aan de andere kant is er ook een hoge mate van eigendunk over het muzikale kunnen die niet bemoedigend werkt. “Issac Delgado zelf is er zeven jaar niet geweest en iedereen kijkt uit naar zijn komst. Ik kom er dus met de pie derecho (rechtervoet) binnen. Het zou weleens een belangrijk moment in mijn carrière kunnen zijn.
André Hazes
Hontelé beschouwt zichzelf niet als een virtuoos trompettist, ze is iemand die na jaren van veel oefenen en goed naar anderen luisteren een goede techniek heeft en een mooi geluid kan neerzetten. “Ik speel vrij simpel. Het blijft je bij en dat is mijn kracht. De kracht van mijn solo’s is niet zo zeer het laten zien wat ik kan, maar meer een verhaal vertellen. Het liet iemand denken aan André Hazes. Die was een kei in mooi en met overredingingskracht zingen.
Ze heeft het grote voorrecht dat ze er in haar carrière niet alleen voorstaat. In haar woonplaats Medellín zorgt het productiehuis Merlín, waar ook haar vriend Juancho werkt, voor het ‘neerzetten van Maite in de markt’. “Dat is een luxe die veel artiesten niet hebben. Ze heeft zorgvuldig het imago opgebouwd van de stoere trompettiste die muziek met ballen speelt, maar die wel vrouwelijke jurkjes en rokjes aan heeft on stage en mooi is opgemaakt op de cover van haar cd Déjame Así.
Die titel klinkt misschien harder dan hij bedoeld is. Het is meer Laat me maar even dan Laat me, verklaart Hontelé. Het verwijst naar wie ze is. “Ik heb niet gekozen voor het logische pad. Ik speel trompet en ik speel salsa en ik ben van een land waar dat niet leeft gegaan naar een gevaarlijk land waar het wél leeft. Ik ben iemand die op zijn doel afgaat.
Carrière
Maite Hontelé (33) deed haar trompetopleiding aan het Rotterdams conservatorium. Ze wist haar docenten zo ver te krijgen dat ze zich kon ontwikkelen van jazz- naar salsa-musicus. In Nederland speelde ze in bands als Malavita en Bongomatik en de big band Rumbatá onder leiding van de Colombiaan Jaime Rodríguez. Haar kennismaking met Colombia was in een toernee door het land met Rumbatá in 2004. Haar vertrek naar Colombia in 2009 betekende een stap van sideman zijn in een band naar zelf de leiding nemen.
In Colombia heeft ze een achtkoppige band en in Nederland speelt ze met een internationaal (Venezuela, Curaçao, Duitsland, Spanje en Nederland) samengestelde band van negen mensen.
Meer van Wies Ubags? Neem een abonnement!