Het bezoek van Paus Franciscus, vorige week, overschaduwde dit nieuws enigszins, maar de grootste sloppenwijk van Rio de Janeiro, Rocinha, is al een tijdje in rep en roer. Bijna drie weken geleden verdween daar de metselaar Amarildo Souza Lima; nadat hij door agenten van de daar gestationeerde ‘vredespolitie’ voor verhoor meegenomen werd is hij niet meer gezien. Rocinha is één van ruim dertig favela’s in Rio die met het oog op mega-evenementen als de Wereldjongerendagen, het WK van 2014 en de Olympische Spelen gepacificeerd werden.
De omstandigheden waaronder de metselaar verdween zijn op zijn minst verdacht te noemen. Zo waren de camera’s bij de ingang van het politiebureau waar de vredespolitie van Rocinha gelegerd is op het moment dat Souza daar verhoord werd defect en stond de gps van alle politieauto’s van Rocinha’s vredespolitie die dag uitgeschakeld.
De vredespolitie zegt Souza Lima na het verhoor op vrije voeten te hebben gesteld. Het onderzoek naar de zaak – door de recherche – duurt voort.
Bewoners van Rocinha demonstreerden deze week met succes om de aandacht van de media voor de zaak vast te houden. Zo blokkeerden zij verschillende keren een belangrijke verbindingsweg die langs de wijk loopt, protesteerden ze op het strand van Copacabana en marcheerden naar het huis van Sérgio Cabral.
Haatfiguur nummer één
Deze gouverneur van de deelstaat Rio de Janeiro heeft het zwaar te verduren. Tijdens de protestgolf die Brazilië al anderhalve maand in zijn greep houdt groeide Cabral, lid van de middenpartij PMDB, uit tot haatfiguur nummer één – niet in het minst vanwege zijn harde aanpak van de recente massademonstraties. Al sinds het begin van de protestgolf wordt er onophoudelijk gedemonstreerd voor zijn woonhuis in de rijkeluisbuurt Leblon.
Maandag had Cabral er genoeg van. ‘Niet als de politicus Sérgio Cabral, maar als de vader van twee jonge kinderen’ smeekte hij de demonstranten maandag om voor zijn huis weg te gaan. “Ik ben toch geen dictator,” voegde de deelstaatgouverneur, wiens populariteit vorige week tot een kille twaalf procent zakte, eraan toe. Het mocht niet baten; zijn huis blijft in Rio hoofddoelwit van de protesten.
Turbulentie
Dat er zwaar weer op komst is in de Braziliaanse luchtvaartsector werd deze week duidelijker dan ooit. Sinds woensdag staakt een groot deel van het personeel van Infraero, het staatsbedrijf dat verantwoordelijk is voor bijna alle luchthavens van Brazilië. Hoewel het vliegverkeer grotendeels normaal verloopt waren veel vertragingen het gevolg; tientallen vluchten werden geannuleerd. De werknemers eisen een loonsverhoging van vijftien procent en betere arbeidsvoorwaarden.
Hierbovenop maakte ’s lands grootste luchtvaartmaatschappij TAM (onderdeel van de Braziliaans-Chileense luchtvaartreus LATAM) bekend dat het ruim achthonderd man personeel laat gaan.
Ook voornaamste concurrent Gol heeft het moeilijk; deze prijsvechter heeft momenteel de twijfelachtige eer de luchtvaartmaatschappij met de grootste schuldenlast ter wereld te zijn. De almaar stijgende dollar en hoge brandstofkosten spelen de Braziliaanse luchtvaartsector parten – ondanks de enorme marktgroei van het afgelopen decennium.
