‘Liever wolf in het bos dan geketende hond!’

Van Rucphen in Brabant en Sluis in Zeeuws-Vlaanderen tot Antwerpen in Vlaanderen en Lille in Noord-Frankrijk doen rechts-populistische partijen het goed. Kiezers lopen warm voor de radicale opvattingen van Geert Wilders, Filip Dewinter en vader en dochter Le Pen. ‘Dit zijn de rebellen van historisch Vlaanderen.’

Altijd al een buitenbeentje geweest, Sint Willebrord. Nergens in Nederland behaalden Geert Wilders en diens Partij voor de Vrijheid bij de  parlementsverkiezingen (2010) percentueel meer stemmen dan in dit Brabantse kerkdorp, dat deel uitmaakt van de gemeente Rucphen. Meer dan de helft van de kiezers stemde op 9 juni in Sint Willebrord op de PVV.

Voor Bram Thijsse, fractievoorzitter van de Rucphense Volkspartij (RVP), komt het succes van Wilders niet als een verrassing. De inwoners van Sint Willebrord, weet hij, vertonen historisch opmerkelijk afwijkend stemgedrag. Ze kiezen graag voor rebellen: vroeger voor boer Koekoek en voor de Centrumdemocraten van Hans Janmaat, later voor wijlen Pim Fortuyn en diens LPF. Tegenwoordig is Geert Wilders in Sint Willebrord de held van de kiezers.

Handvol

Thijsse: ‘En dat terwijl hier maar een handvol buitenlanders woont en we nauwelijks last hebben van criminaliteit – toch twee kernpunten van de PVV.’

De stem op Wilders is, volgens Thijsse, wiens RVP meedoet aan een lokale coalitie met VVD en CDA, vooral een stem voor duidelijkheid. ‘De mensen denken dat ze populistische kandidaten kunnen vertrouwen omdat die praten als in het café: zonder poespas. Dat herkennen ze. Zo zijn die kiezers zelf ook. Die retoriek ligt dicht bij hen. Als ze lokaal stemmen, dan stemmen ze bij voorkeur ook op kandidaten die ze persoonlijk kennen. Ja, dus ook op mij.’

In dat PVV-bolwerk Sint Willebrord, aan de grens met België, is nog wat aan de hand, weet antropoloog Herman Tak (56), die doceert aan de Roosevelt Academy in Middelburg. Hier kwam historisch het uitschot uit Breda terecht. Mensen die zich door de autoriteiten onheus bejegend voelden. Armen. Ontevredenen. Burgers die tegen de gevestigde orde stemmen.

Volgens Tak, die onderzoek doet naar Europese regionale ontwikkelingen, heerst dit gevoel van achterstelling – en de verongelijktheid daarover – ook op grote schaal in de gebieden ten zuidwesten van Rucphen, in Zeeuws-Vlaanderen, in gemeenten als Hulst en Sluis waar de PVV eveneens hoog scoorde. Hij bedacht voor die geestestoestand een term: grenssyndroom.

Tak: ‘De PVV scoort hoog in gemeenten die grenzen aan België en Duitsland. En ook op de grens tussen katholieke en protestantse streken en aan de grens tussen gebieden met veel of weinig economische groei doet de PVV het erg goed.’

Hij begrijpt wel iets van de kritiek – vooral in Zeeuws-Vlaanderen – dat deze streek door ‘de politiek’ wordt benadeeld. ‘Als ik voor de Westerscheldetunnel sta, denk ik ook: wat idioot eigenlijk dat je in je eigen land tol moet betalen om in een ander gebied te kunnen komen.’ Dat Zeeuws-Vlaanderen wordt achtergesteld, is voor Tak geen vraag. ‘Het is zo. En het was altijd al zo.’

Kanaliseren

Veel kiezers die uitdrukking willen geven aan hun onlustgevoelens, komen bij rechts-populistische partijen terecht. Die lenen zich er immers, als vergaarbak van de volkswoede, bij uitstek voor om dit soort emoties te kanaliseren. Angst voor buitenlanders, onvrede over de islam en over ‘de moslims’, ergernis over stijgende misdaad, vrees voor de gevolgen van de mondialisering, zelfs irritatie over de tol bij de tunnel door de Westerschelde? Tak: ‘Die mensen stemmen niet of ze stemmen op de PVV. Aan rechts-populistische partijen kun je, veel meer dan aan de VVD of het CDA, je persoonlijke onvrede ophangen.’

Er zit een grensoverschrijdende lijn in die rebellie van de burgers. Rechts-populistische partijen doen het niet alleen goed in West-Brabant en Zeeuws-Vlaanderen, maar ook verderop naar het zuiden, in het Vlaamse gebied rond de Schelde, waar het Vlaams Belang van Filip Dewinter zijn bakermat heeft, tot in het noordwesten van Frankrijk, waar het Front National, onder leiding van de 41-jarige Marine Le Pen (de dochter van), dit jaar met een anti-Europese campagne meer dan 20 procent van de stemmen in de wacht sleepte.

Landsgrenzen

In zijn kantoor aan de Amerikalei in Antwerpen knikt Filip Dewinter (47) tevreden over het electorale succes van Wilders en de familie Le Pen. ‘Ieder doet in zijn land wat hij moet doen,’ zegt de leider van het Vlaams Belang. Dat deze partijen – hoe verschillend ook – succesvol zijn in een geografische strook, die loopt van de plattelandsgemeentes in Zeeuws-Vlaanderen tot aan Lille (Rijsel), de hoofdstad van Frans Vlaanderen, verbaast Dewinter niet.

‘Het kan geen toeval zijn: haal de huidige landsgrenzen weg en je treft het historische Vlaanderen aan.’ Het afwijkende stemgedrag in die streken heeft met de volksaard van de Vlamingen te maken, meent Dewinter. ‘Dit gebied is militair zo vaak onder de voet gelopen. Het was het slagveld van Europa, allerlei vreemde mogendheden hebben het gebruikt om er hun oorlogen uit te vechten: Spanjaarden, Oostenrijkers, Fransen, Duitsers. Gevolg is dat de mensen zich al snel verzetten tegen het gezag, tegen het establishment.’ 

Dewinter is al dertig jaar actief in de Vlaamse politiek. Zijn Vlaams Belang is als een bulldozer, zegt Dewinter, een partij die de weg vrijmaakt voor anderen. Zijn motto: liever gevreesd dan bemind. ‘Liever wolf in het bos dan een geketende hond.’

Xenofoob

Dewinter sneed taboes aan, hij beschimpt de multiculturele samenleving, bekritiseert de islam, hij sneert naar de Walen en wordt ervan beschuldigd een racist en een xenofoob te zijn; in 2004 werd zijn Vlaams Blok veroordeeld wegens racisme. Hij kreeg te maken met bedreigingen, en hij incasseert na electorale successen ook verkiezingsnederlagen. Zoals in juni dit jaar. In dezelfde maand waarin Wilders won, verloor het Vlaams Belang de federale verkiezingen, vooral van de Vlaams-nationalistische N-VA van Bart De Wever, de nieuwe politieke ster aan het Vlaamse front.

‘Dit gebied is militair zo vaak onder de voet gelopen. Het was het slagveld van Europa, allerlei vreemde mogendheden hebben het gebruikt om er hun oorlogen uit te vechten: Spanjaarden, Oostenrijkers, Fransen, Duitsers. Gevolg is dat de mensen zich al snel verzetten tegen het gezag, tegen het establishment’ (Filip Dewinter, Vlaams Belang)

Filip Dewinter lijkt er gelaten onder. Het cordon sanitaire dat de andere partijen rond het Vlaams Belang spanden, heeft zijn vruchten afgeworpen, zegt hij, zittend aan zijn bureau. ‘Het was lang een middel om onze maagdelijkheid niet te verliezen en dé oppositiepartij te zijn. Maar nu keert het zich tegen ons. Mensen geven je op den duur hun stem niet meer als ze denken dat er niets mee gebeurt.’

Het Vlaams Belang effende het pad voor een partij als de N-VA (‘een soort Vlaams Belang-soft’), vindt Dewinter. En anders dan Bart De Wever, ‘die nu al water bij de wijn doet,’ blijft Dewinter hameren op de vertrouwde thema’s: immigratie, veiligheid, islam. ‘Wij zijn ons electoraat echt niet voor de eeuwigheid kwijt.’

Niet ver van Brussel, vlak bij de Belgische taalgrens in het plaatsje Ninove, zitten Georges Holtijzer (69) en zijn vrienden aan het bier. Locatie: Volkshuis De Redding. Ooit het lokaal van de plaatselijke socialisten.

Criminelen

Maar Holtijzer en zijn kameraden hebben een hekel aan socialisten. Ze stemmen Vlaams Belang. Gewoon: omdat ze Vlamingen zijn, omdat er ‘zo veel criminelen zijn onder al die Oost-Europeanen en moslims’ en omdat ze ‘niks van Europa moeten hebben’. Deze mannen willen dat Vlaanderen weer zo wordt als het ooit was.

Hij heeft in de dertig jaar dat hij politiek actief is, bewust ingezet op die angst voor verandering, had Filip Dewinter eerder die dag in Antwerpen erkend. ‘Natuurlijk heb ik dat beeld van het oude, welvarende en veilige Vlaanderen gebruikt. Om aan te geven hoezeer we in een andere richting zijn doorgeschoten: die van de multiculturele multicriminaliteit.’

Gevoed door de angst voor bedreigingen van buitenaf hebben rechtse populisten als Dewinter en Wilders bondgenoten tot in de orthodox-joodse wijk van Antwerpen. ‘Chapeau voor de heer Wilders,’ zegt een orthodoxe jood achter de vitrine in Hoffy’s restaurant, vlak bij het Centraal Station. ‘Hij neemt het tenminste op voor ons joden.’

Wat Wilders allemaal beweert over de islam als een fascistische ideologie, dat durft in België niemand te zeggen, ook Dewinter niet, beweert een andere orthodox-joodse man buiten op straat op fluistertoon. ‘Maar natuurlijk heeft hij gelijk. Kijk naar ons, wij komen onze wijk niet eens uit, omdat we bang zijn voor de Marokkanen aan de andere kant van het spoor.’ Het zijn niet alleen de Marokkanen, zegt de jonge mevrouw Hoffman, die erbij is komen staan. ‘Mijn zoontje Chaim van 13 is laatst in onze eigen wijk door een groep Polen achtervolgd. Ik zal niet ontkennen dat ik bang ben.’

 ‘Chapeau voor de heer Wilders,’ zegt een orthodoxe jood achter de vitrine in Hoffy’s restaurant, vlak bij het Centraal Station van Antwerpen. ‘Hij neemt het tenminste op voor ons joden’

Een deel van de angsten van zijn kiezers is reëel, had Filip Dewinter gezegd, en een deel is denkbeeldig. ‘Het zijn voornamelijk problemen van de grote stad. Maar veel van onze kiezers op het platteland zijn de stad ontvlucht en stemmen nu preventief. Hun stem betekent: wij willen niet dat het hier zo wordt als in Antwerpen of in Rijsel.’

Aanpakken

Rijsel heet in het Frans Lille. In de hoofdstad van Frans Vlaanderen is Marine Le Pen (41) actief, dochter van de oude Jean-Marie, de grote man van het Front National (FN). Steeve Briois (39) uit het naburige Hénin-Beaumont, haalde Marine Le Pen, vicevoorzitter van het FN, uit Parijs naar deze regio Nord-Pas de Calais. ‘Haar mentaliteit past bij deze noordelijke streek: niet kletsen, maar aanpakken.’ Prompt boekte het Front National bij verkiezingen in maart in Nord-Pas de Calais een uitstekend resultaat. Briois: ‘Het Front National heeft met Marine Le Pen een nieuwe toekomst. En die begint hier.’

Openvallend overhemd

In de kamer van Le Pen, in het luxueuze nieuwe gebouw van de Conseil Régional in Lille, bevestigt Briois, gekleed in jeans en met een openvallend overhemd, de woorden van Bram Thijsse, de leider van de Rucphense Volkspartij: ‘De kiezers moeten jou persoonlijk kennen. Wij zijn zeer militant geweest in onze campagne. We waren overal op straat, we kennen de problemen van de mensen. Ikzelf ben in mijn eigen gemeente Hénin-Beaumont altijd te spreken voor mijn kiezers.’

In deze oude mijnbouwstreek wijst het Front National graag en met succes op de ‘gevaren van Europa en het openstellen van onze grenzen’. De crisis is hier direct voelbaar, zegt Briois. Reuzen als Samsonite en Metal Europe sloten hun fabrieksdeuren, en de jeugdwerkloosheid is er met zo’n 18 procent veel te hoog.

Maar wat bij de kiezers vooral goed aankwam, was de strijd van Briois tegen de machinaties van de socialistische burgemeester van Hénin-Beaumont, een stadje van nog geen dertigduizend inwoners. Die man moest opstappen nadat bleek dat hij mogelijk voor miljoenen euro’s valse rekeningen had uitgeschreven, waarmee de burgemeester zijn politieke cliëntèle bediende. Briois: ‘Dankzij de socialisten zit de stad nu opgescheept met een tekort van 13 miljoen euro.’

Gecorrumpeerd

Net als de PVV en het Vlaams Belang beschouwt het Front National zich als de stem van het gewone volk tegen de gecorrumpeerde gevestigde orde. Briois: ‘De kloof in Frankrijk tussen de elites en het volk is immens, in alle opzichten en op alle terreinen: politiek, sociaal, cultureel. En de ideologie van die elite is het multiculturalisme. Als ik zeg dat er een relatie bestaat tussen etnische achtergrond en crimineel gedrag, word ik vervolgd. Terwijl het overduidelijk is dat mensen van buitenlandse afkomst vaker crimineel zijn dan autochtone Fransen. De gevangenissen zitten er vol mee. Maar alleen al als je de term “ras” in de mond neemt, ben je in Frankrijk verdacht.’

De Middelburgse antropoloog Herman Tak verwijst naar een analyse van de joods-Duits-Amerikaanse politieke filosoof Hannah Arendt. ‘De mensen kunnen de meest uiteenlopende onlustgevoelens projecteren op rechtse bewegingen, omdat die bewegingen het ene moment iets vinden en het andere moment weer iets anders. Ze hoeven zich nooit te verantwoorden.’

Zo kan het Vlaams Belang, dat wortels heeft in de nationalistische Vlaamse collaboratie, tegenwoordig de joodse zaak steunen in de gezamenlijke strijd tegen de radicale islam. Filip Dewinter: ‘Iedereen moet van zijn fouten leren. Wij willen niks met dat zwarte verleden te maken hebben. We willen een moderne partij zijn en zijn beslist niet antisemitisch. De orthodoxe joden zijn hier al sinds mensenheugenis en ze hebben zich altijd correct opgesteld in Antwerpen. Het is een gemeenschap van brave burgers, die de basiswaarden van onze westerse samenleving niet bestrijden.’

‘De kloof in Frankrijk tussen de elites en het volk is immens, in alle opzichten en op alle terreinen: politiek, sociaal, cultureel. En de ideologie van die elite is het multiculturalisme. Als ik zeg dat er een relatie bestaat tussen etnische achtergrond en crimineel gedrag, word ik vervolgd' (Steeve Briois, Front National)

Een soortgelijke strategie volgde Marine Le Pen in Nord-Pas de Calais tijdens de campagnes voor de regionale verkiezingen. Le Pen koos er bewust voor om de regionale identiteit – die van Frans-Vlaanderen, waar oudere mensen nog ‘Vlaamsch klappen’ (Nederlands spreken) – te benadrukken. Dit is in tegenspraak met de tradities van het Front National en met de lijn van haar vader. Jean-Marie Le Pen is immers voorstander van een sterke, centralistische Franse eenheidsstaat en hij moet niets hebben van de – toegegeven; zeer marginale – aanspraken op onafhankelijkheid van Frans-Vlaamse activisten en hun toenaderingspogingen tot de Vlaamse buren in België.

Zwarte leeuw

Toch is Le Pens strategie begrijpelijk. Ook het Front National vindt, net als de PVV en het Vlaams Belang, een groot deel van zijn kiezers onder blanke mannen met weinig opleiding. Die ouvriers zijn geen bereisde kosmopolieten, maar mensen die hechten aan hun eigen streek, stad en dorp.

Mannen als vader Jean-Pierre (72) en zoon Ronald Cloët (48) van café-restaurant De Drie Meulen in het landelijke stadje Cassel. Hun lokaal staat aan de Grote Markt, tegenover het uitgeleefde gebouw van Radio Uylenspiegel (‘De Stem van Vlaanderen’). Die voormalige illegale radiozender ijvert voor het behoud van de Vlaamse cultuur in Noord-Frankrijk, maar zit op het moment zonder antenne.

Op de gevel van Radio Uylenspiegel staat de verzuchting: ‘Een Zuid-Vlaming is ook een Vlaming.’ En in het bruine café van de familie Cloët – de oude moeder Francine is aan het poetsen – hangt de gele Vlaamse strijdvlag met de zwarte leeuw, de vlag die onder meer door organisaties uit de Vlaamse Beweging wordt gevoerd.

Aardige mensen, de Cloëts. Ze blijken een heel netwerk aan Frans-Vlaamse contacten te hebben. Onder hen bevindt zich ook de lokale activist Wido Triquet, die Marine Le Pen in een open brief de les leest omdat zij de pejoratieve term ‘les Ch’tis’ (‘boerenkinkels’) gebruikt als ze het heeft over de inwoners van deze noordelijke contreien: ‘Madame, nous sommes des FLAMANDS’ – ‘Mevrouw, wij zijn Vlamingen.’

Dit zijn kleine problemen vergeleken met de treurnis die je aan de kust aantreft in de havenstad Calais. Hier geven groepen zwervende illegalen voeding aan de anti-buitenlandersretoriek van rechtse populisten. Jonge mannen als Samuel (25) uit Ghana of Abdelkarim (19) uit Afghanistan. Soms maanden wachten deze sans papiers bij de boten naar Engeland in de hoop zich te kunnen vastklampen onder een vrachtwagen om zo de overtocht over het Kanaal te maken. ‘Vier van mijn vrienden heb ik zo al verloren,’ zegt Abdelkarim uit het Afghaanse Kandahar. ‘Ze verongelukten toen ze van de vrachtwagens vielen.’

Busjes

De secours catholique haalt groepjes illegalen eens per dag op en brengt ze in busjes naar privé-adressen, waar de mannen zich kunnen douchen. Maar veel inwoners van Calais ergeren zich aan hun aanwezigheid. Zij vragen zich af waarom zij de overlast van de mondialisering moeten dragen.

‘Weet u waarom ik op het Front National stem?’ vraagt Jacqueline (42), een woedende hoteluitbater, retorisch. ‘Omdat wij gewone mensen worden uitgebuit tot op het bot. We betalen ons blauw aan belastingen en we houden ons keurig aan de regels, maar intussen worden die illegalen, die Oost-Europeanen en die moslims, met ons geld in de watten gelegd. Laat ze oprotten. Wij hebben voldoende problemen met onze ouderen, onze armen en onze werklozen.’

Zo schept de mondialisering haar eigen angsten, haar eigen verliezers en outcasts en uiteindelijk haar eigen politieke werkelijkheid. Steeve Briois van het Front National: ‘De mensen zijn het beu om bang te zijn. En daarom is de toekomst aan ons.’

Verschenen in: Elsevier

 

Mijn gekozen waardering € -

Wierd Duk schrijft over Berlijn, de hipste stad van Europa, en bericht over Duitsland, het machtigste land in de Europese Unie, en over Rusland, het ingewikkeldste land tussen Europa en Azië. Hij was correspondent in Rusland en verslaggever voor de GPD en Elsevier. Laat op radio en tv regelmatig zijn licht schijnen over actuele internationale ontwikkelingen. Schreef de boeken ‘Poetin: straatvechter bedreigt wereldorde’ (Prometheus/Bert Bakker) en 'Merkel: koningin van Europa' (Prometheus/Bert Bakker). In 2016 verschijnt 'De Beul en de Heilige: een geschiedenis uit Auschwitz' (Prometheus/Bert Bakker).

Geef een reactie